Heeft u correcties, aanvullingen of foto's bij een artikel dan kunt u die hier mailen.
Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank!
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis

Josephus Godefridus Maria Coppens (1940-2024): verschil tussen versies

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 43: Regel 43:
*1980 Hij vestigde zijn atelier in het [[Molenhuisweg 7|voormalige molenhuis]].
*1980 Hij vestigde zijn atelier in het [[Molenhuisweg 7|voormalige molenhuis]].
*1986 Hij bouwde een nieuw beeldhouwatelier bij zijn huis en ging daarin aan het werk.
*1986 Hij bouwde een nieuw beeldhouwatelier bij zijn huis en ging daarin aan het werk.
*1997 Hij nam zitting in de gemeentelijke [[Monumentencommissie Deurne|monumentencommissie]], waarvan hij nog steeds lid is.
*1997 Hij nam zitting in de gemeentelijke [[Monumentencommissie Deurne|monumentencommissie]], een functie die hij tot december 2019 vervulde.
*1997 Hij bouwt [[expositieruimte Molenrijn]] op eigen erf, die hij in 1998 in gebruik nam. Daarnaast richtte hij een beeldentuin in: [[Beeldentuin Joep Coppens]].
*1997 Hij bouwde [[Molenrijn|expositieruimte Molenrijn]] op eigen erf, die hij in 1998 in gebruik nam. Daarnaast richtte hij een beeldentuin in: [[beeldentuin Joep Coppens]].
 
*2010 Het feit dat hij vijftig jaar beeldhouwer was werd gevierd, waarbij het boek [[Beeldend Geschreven]] gepresenteerd werd. Hij exposeerde samen met zijn vader.
*2010 Het feit dat hij vijftig jaar beeldhouwer was werd gevierd, waarbij het boek [[Beeldend Geschreven]] gepresenteerd werd. Hij exposeerde samen met zijn vader.
*2019 Zijn zestigjarig jubileum als beeldhouwer gaat gevierd worden met een tentoonstelling in [[Museum De Wieger]] en de hal van het [[gemeentehuis]] van Deurne van 12 mei tot half september 2019.
*2019 Zijn zestigjarig jubileum als beeldhouwer gaat gevierd worden met een tentoonstelling in [[Museum De Wieger]] en de hal van het [[gemeentehuis]] van Deurne van 12 mei tot half september 2019.
Regel 54: Regel 53:
De interesse van de beeldhouwer voor de oude Grieken en Romeinen is te herkennen in meerdere van zijn beeldhouwwerken. Daarnaast is hij bijzonder geïnteresseerd in de oude Afrikaanse beeldhouwkunst. De vruchtbaarheidssymboliek en de monumentale, krachtige vormgeving van de oude Afrikanen spreekt hem daarin enorm aan. Dat ook de Afrikaanse beeldhouwkunst voor Joep Coppens een belangrijke inspiratiebron is, is terug te zien in een aantal van zijn kunstwerken. Joep laat zich inspireren door organische vormen uit de natuur. Hij maakt zowel figuratieve als abstract-figuratieve en geheel abstracte beelden, merendeels in brons uitgevoerd en altijd met een diepere symboliek. Hij heeft een geheel eigen beeldtaal ontwikkeld, die altijd te herkennen is.
De interesse van de beeldhouwer voor de oude Grieken en Romeinen is te herkennen in meerdere van zijn beeldhouwwerken. Daarnaast is hij bijzonder geïnteresseerd in de oude Afrikaanse beeldhouwkunst. De vruchtbaarheidssymboliek en de monumentale, krachtige vormgeving van de oude Afrikanen spreekt hem daarin enorm aan. Dat ook de Afrikaanse beeldhouwkunst voor Joep Coppens een belangrijke inspiratiebron is, is terug te zien in een aantal van zijn kunstwerken. Joep laat zich inspireren door organische vormen uit de natuur. Hij maakt zowel figuratieve als abstract-figuratieve en geheel abstracte beelden, merendeels in brons uitgevoerd en altijd met een diepere symboliek. Hij heeft een geheel eigen beeldtaal ontwikkeld, die altijd te herkennen is.


Joep Coppens woont en werkt in zijn ateliers bij het huis en de molen Johanna Elisabeth in Vlierden, die hij zelf 28 jaar draaiende hield. Hij is nog altijd actief. Aan huis heeft hij zijn [[Beeldentuin Joep Coppens]] en de expositieruimte Molenrijn die op aanvraag te bezichtigen zijn. Verspreid door de gemeente Deurne (en daarbuiten) staat een aantal beelden van Joep Coppens, onder meer bij [[basisschool De Piramide]] en in het [[Pastoor Roespark]].
Joep Coppens woont en werkt in zijn ateliers bij het huis en de molen Johanna Elisabeth in Vlierden, die hij zelf 28 jaar draaiende hield. Hij is nog altijd actief. Aan huis heeft hij zijn [[beeldentuin Joep Coppens]] en de expositieruimte Molenrijn die op aanvraag te bezichtigen zijn. Verspreid door de gemeente Deurne (en daarbuiten) staat een aantal beelden van Joep Coppens, onder meer bij [[basisschool De Piramide]] en in het [[Pastoor Roespark]].
 
==Monumentenzorg==
 
Grote verdiensten heeft Joep Coppens als lid van de monumentencommissie. Onderstaande rede, door hem uitgesproken op 11 december 2019 bij gelegenheid van zijn afscheid van deze commissie, geeft een beeld, niet alleen van de vele verdiensten en activiteiten als commissielid, maar ook als zeer bij de cultuurhistorie betrokken Deurnenaar.
 
'''''MONUMENTENZORG IN DEURNE'''''
 
''Terugblik door Joep Coppens, plusminus. 24 jaar lid van de monumentencommissie Deurne.''
 
In 1969 ging ik vanuit Maastricht, waar ik woonde met mijn gezin, naar Deurne voor een bespreking van de mogelijkheid om me te vestigen bij de korenwindmolen in Vlierden. Vanuit Vlierden wandelde ik over het [[Haageind]] naar het [[Dinghuis]]. In het mooi gerestaureerde oude gebouw trof ik werk aan van de beroemde dokter in Deurne [[Hendrik Wiegersma]]; hij bleek een verzameling streekeigen volkskunst te bezitten naast werk van bevriende kunstenaars (schilders en beeldhouwers) met wie hij een sterke band had opgebouwd. De conservator van dit tot museum getransformeerd Dinghuis was de archivaris [[Herman Jozef Maria Philippus Allard (1913-1986)|Allard]], die tevens ambtenaar was van de Burgerlijke Stand in Deurne. Het verheugde me dat Deurne dit (de restauratie van het Dinghuis en de bestemming tot museum) onder leiding van burgemeester [[Frans Hoebens]] gerealiseerd had. De molen in Vlierden werd, nadat we in 1971 in de nabijheid van de molen een huisje gebouwd hadden en ik daar met mijn gezin ingetrokken was, mijn beeldhouwatelier. Dat we op deze plek een huisje hadden mogen bouwen, dankten we voor een deel aan deze burgemeester en de Provincie, die het had goedgekeurd, wel met de restrictie dat het om een klein huis moest gaan, aangepast aan de molen en het omringende landschap. In de periode 1971-1977 stonden er in de gemeente Deurne slechts dertien panden op de [[rijksmonumentenlijst]].<br>
Toen [[Hub van Doorne]] in 1975 75 jaar oud werd, schonk hij de boerderij (die zijn eigendom was) ''[[De Pelikaan]]'' aan de gemeente Deurne met de bedoeling er de muziekschool in te vestigen en voegde er een ton in guldens aan toe om dat plan te realiseren. Er werd van alles over gespeculeerd, maar geen enkel plan overleefde. Uiteindelijk zakte de boerderij zo'n 4 jaar later in en restte ons slechts een grasveld, het ''[[Hub van Doornepark]]''. Naar aanleiding van de teloorgang van dit Rijksmonument (want dat was het!) is de heemkundekring Hendrik Ouwerling ontstaan. Van deze heemkundekring was ik voorzitter van 1978 tot 1997.<br>
Gedurende de eerste jaren van het bestaan is het bestuur ijverig aan de gang gegaan om meer Deurnese gebouwen op de Monumentenlijst te plaatsen. Dit mislukte keer op keer, er was nog geen draagvlak voor. Het enige gebouw dat bij de Rijksdienst voor Monumentenzorg voor de toets der kritiek kon doorstaan was het oude molenhuis, gelegen aan [[Molenhuisweg 7]] in Vlierden. Vanaf 1980 gebruikte ik het toen leegstaand huis als atelier. Het was voor mij op loopafstand (plusminus 500 meter). In 1983 werd het huis geklasseerd: van toen af was het een rijksmonument. Het kwam in particuliere handen en werd in 1986 door de eigenaar grondig en bijzonder mooi gerestaureerd. Zelf verhuisde ik met mijn werk naar het nieuw gebouwde atelier aan ons huis bij de molen. Wat tot dan toe nog moeizaam ging, het benoemen van panden tot rijks- of [[gemeentelijk monument]], werd rond 1989 een stuk gemakkelijker dankzij de gemeentelijke monumentenverordening. Die leidde tot een geweldige toename in dorpen en steden van kandidaat-monumenten. De provincie trad hierbij op en benoemde in Deurne een veertigtal gebouwen tot rijksmonument. Men had het Deurnes gebied grondig bestudeerd en deed hierin verslag in het [[MIP-rapport]]. Uit dit rapport zou de gemeente zelf een keuze gaan maken van nog eens veertig gebouwen, die het predicaat gemeentelijk monument zouden krijgen. De heemkundekring kreeg de taak hierin mee te participeren. Onder leiding van een ambtenaar Woningbouw, de gemeentearchivaris en twee leden uit het bestuur van de heemkundekring (waaronder ikzelf) werd een voorlopige gemeentelijke monumentenlijst samengesteld, die onder toezicht gesteld werd van burgemeester [[Jan Smeets]]. Deze was van mening dat het kerkdorp [[Helenaveen]] de status moest krijgen van ''beschermd dorpsgezicht''. Dat heb ik altijd betreurd, omdat Helenaveen tijdens de bevrijding in 1944 grotendeels verwoest was.<br>
Kort na 1992 werd de gemeentelijke monumentencommissie opgericht, waarin onder andere de architect Jan van der Eerden uit Den Bosch zitting nam. Een man met heel veel kennis op het gebied van monumenten. Ondertussen wilde [[Martien van Doorne]] ook zijn steentje bijdragen aan cultureel Deurne en kwam voor de dag met een indrukwekkend, maar riskant plan. Hij liet een nieuw museum ontwerpen, rekening houdend met de bestaande gebouwen zoals de kasteelruïne en het Dinghuis. Hierin zouden de voorwerpen gehuisvest worden die de gemeente Deurne aan kunst en cultuur verworven had. Van Doorne wilde dit nieuwe museum aan de gemeente schenken, maar de gemeenteraad stemde er niet mee in. Het zou in de plattelandsgemeente Deurne niet rendabel zijn. In 1985 ging men inmiddels voortvarend te werk met de (knappe) restauratie van het [[gemeentehuis]] uit 1895 op de [[Markt]] en de grote uitbreiding met nieuwbouw, ontworpen door het architectenbureau Wijnen en Senders uit Den Bosch. Mooi geïntegreerd project, op hoog niveau. Burgemeester [[Ton van Genabeek]] was de toenmalige burgemeester.<br>
In 1993 was er nog genoeg werk voor de monumentencommissie. Om enkele panden te noemen: de restauratie van het gemeentehuis op de Markt; [[Holtens molen]], rijksmonument, in 1990 nog een stenen romp met binnen half vergaan houten restant, werd voor slechts één gulden verkocht aan een particuliere stichting. Die heeft in vijftien jaar tijd de molen geheel in de oude staat hersteld; deze heeft nu drie ''ambachten'' die alle prima functioneren: het malen van graan malen; het olie slaan en het houtzagen. In het buitengebied van Deurne ([[Kouwenhoek]]) zijn in de jaren negentig twee boerderijen ingrijpend en uitstekend gerestaureerd. Het is een hele prestatie om van een boerderij, waarin mens en dier bijeen geleefd hebben, zodanig te veranderen dat de basis van de boerderij bewaard blijft en er toch een leefbaar burgerwoonhuis met garage gerealiseerd wordt. Naar mijn idee overigens té goed gerestaureerd. In Deurne is vrijwel geen enkele langgevelboerderij bewaard gebleven. Een mooi voorbeeld van zo'n uitstekend gerestaureerde langgevelboerderij' is [[Bierbrouwerij De Zon|brouwerij De Zon]] aan de [[Lagekerk]], jarenlang in gebruik geweest als brouwerij van de familie Swinkels; nog een restant van de oude ambachten (potten bakken; de steenoven; turfsteken; beeldenfabriek; bouwen), waar men in Deurne zo goed in was.<br>
In Helenaveen (14 kilometer naar het zuidoosten) treft men — overgebleven na de bevrijding in 1944 - de zogenaamde ''[[Koningshoeven]]'' aan, gelegen langs de [[Soemeersingel]] en de [[Koolweg]]. Zij zijn in stand gehouden en goed gerestaureerd. Niet te vergeten ook de [[protestantse kerk Helenaveen|protestantse kerk]] met het huis van de dominee en de school in de bocht van de Soemeersingel; het verkeert in zeer goede staat en is grondig (met nieuwe fundering) gerestaureerd — de trots van ''De Oude Peel''! Twee zeer belangrijke monumenten hebben de verwoestende [[Tweede Wereldoorlog]] God zij dank overleefd, terwijl er in [[Liessel]] en [[Neerkant]] in 1944, zoals men weet, toch ontzaglijk veel kapotgeschoten is. Ik denk hierbij aan de mooie neo-gotische [[Sint-Willibrorduskerk (Liessel)|kerk in Liessel]], bijzonder mooi hersteld, en [[windmolen van Liessel|molen De Volksvriend]] uit 1903, die nog steeds draaiende is.<br>
Wat mij zeer ter harte gaat, is uiteraard hoe een en ander zich in Vlierden ontwikkeld heeft waar het de monumenten betreft. Tot 1926 was Vlierden een eigen gemeente en voor 1796 een heerlijkheid. Wij kwamen wonen bij de Vlierdense molen, midden in die heerlijkheid, juist op de waterscheiding van de [[Astense Aa]] en de Loop ([[Oude Aa]]). In het jaar dat wij daar onze intrek namen, was de molen net gerestaureerd en kreeg de naam Johanna Elisabeth. Van grote betekenis is het oude molenhuis (Molenhuisweg 7) dat gerestaureerd en inmiddels sinds 1987 weer bewoond is; vervolgens Vorst|hoeve De Vorst]] van de [[Beelsfundatie]] — heel goed gerestaureerd en nog volop actief als modern boerenbedrijf; binnenkort de restauratie van [[Hazeldonk|hoeve De Hazeldonk]], op de [[Hazeldonkseweg]], afstammend van de [[Heer van Vlierden|Heren van Vlierden]] uit de 17<sup>e</sup> en 18<sup>e</sup> eeuw (de familie [[d'Aumerie]]). In het centrum van Vlierden het oude [[Sint-Lambertusklooster|nonnenklooster]], bekend als ''[[huize De Vliert]]'', dat nu prachtig gerestaureerd is en bewoond wordt door vier gezinnen; de [[Oude pastorie van Vlierden|oude pastorie]] tegenover de kerk en de [[Hees 6|boerderij op De Hees]], die door [[Lendert Coppens]] gerestaureerd is. Uiteraard is ons [[Sint-Willibrorduskerk van Vlierden|Vlierdens kerkje]], een Waterstaatskerk (1846), voor mij ook van grote waarde. Helaas is naar mijn idee de platte frontgevel, aangebracht in 1956 volkomen misplaatst. Daar staat tegenover dat in het begin van de huidige eeuw het interieur in de oude staat is hersteld, bijzonder mooi is gerenoveerd en het dak (kap en spanten) geheel zijn hersteld. Ook zijn nieuwe pannen op het dak aangebracht. Er worden nog wekelijks diensten gehouden in deze kerk — een levend monument dus!<br>
Van zeer grote betekenis voor Deurne is de grote, ingrijpende restauratie van de [[Sint-Willibrorduskerk (Deurne)|Sint-Willibrorduskerk]] in het centrum. De kerk stamt uit de 15° eeuw. Men heeft er het grote [[Orgel in Willibrorduskerk Deurne|Smitsorgel]] eveneens laten restaureren (voor een half miljoen!). Het interieur van deze kerk is bijzonder boeiend, met haar rijkdom aan altaren, glas-in-loodramen, schilderingen en (ook middeleeuwse) beelden. Een kerk met een rijke en zeer boeiende historie, waarbij ik denk aan [[pastoor Roes]], die het in de eerste helft van de 20<sup>e</sup> eeuw opnam voor de boeren. Niet ver van onze majestueuze Willibrorduskerk staat de goed gerestaureerde [[Helmondseweg 5|hervormde kerk]] ([[Helmondseweg]]), waar nog diensten plaatsvinden en kleine concertuitvoeringen gegeven worden op hoog niveau. Ook de [[Maria Vredeskapel]] op de rand van De [[Vlier]] — waterloop in de nabijheid van het [[Oud Kasteel]], waar nog vóór het einde van de oorlog dit kapelletje werd gebouwd. Goed gerestaureerd, in goede staat dankzij regelmatig onderhoud — een goed voorbeeld van Gesammt Kunstwerk, dankzij de betrokkenheid van de Deurnenaren. De [[Sint-Willibrorduskerk (Zeilberg)|Zeilbergse kerk]] is ook behouden. Wel stuitend is het dat er een fitnesscentrum in gevestigd is, waardoor van het interieur niets meer te zien is. Een mooie neogotische kerk uit 1914; een rijksmonument, onttrokken aan de r.-k. eredienst.<br>
Tot slot wil ik mijn grote dankbaarheid uitspreken naar de heer [[Jan Hohmann]], die zo genereus is geweest in 1988, mede namens de familie [[Van Doorne]], aan heemkundekring H.N. Ouwerling het woonhuis aan de Stationsstraat, nabij de [[Doornehof]], gratis in gebruik te geven. Het werd ons [[Heemhuis]], een vertrouwde plek voor de leden van onze heemkundekring om er samen te komen en historisch heemkundig onderzoek te doen, tegenwoordig onder de bezielende leiding van [[Pieter Koolen]], die met zijn team mede-onderzoekers al ontzaglijk veel oude historie van Deurne heeft opgedolven uit de archieven. De heemkundekring beschikt zelfs over een eigen zeer indrukwekkende Wikipedia databank: Deurnewiki genaamd, waarop iedere geïnteresseerde alles van de Deurnese historie kan vinden. Er vinden in het Heemhuis tentoonstellingen plaats. Onder leiding van [[Johannes Henricus van Hoek (1947)|Hans van Hoek]] is er een uitgebreid overzicht te zien van de verzameling voorwerpen uit de [[Oudheidkamer]]. Erg mooi tentoongesteld op de eerste verdieping van het Heemhuis. Samen met zijn vrouw Anneke onderhoudt en inventariseert Hans de zeer uitgebreide fotobank. Daarnaast bevindt zich in het Heemhuis een [[Bibliotheek van heemkundekring H.N. Ouwerling|bibliotheek]] met Deurnese boeken, waaronder een aantal antiquarische exemplaren, die alleen ter plekke ingezien kunnen worden. De archeologische vondsten worden bewaard in de kelder en daar ook tentoongesteld.<br>
Historisch interessant is, dat dit alles zich bevindt in het oude café van [[Laurens Lutters (1871-1947)|Laurens Lutters]] uit het begin van de 20<sup>e</sup> eeuw. De heemkundekring heeft het interieur in de 'huiskamer’ teruggebracht in de stijl uit de tijd van het café.<br>
Met enige schaamte moet ik bekennen dat de Vlierdense molen sinds 1970 steeds vochtiger werd. Dit duurde jarenlang, de molen werd met allerlei lapmiddelen behandeld, zodat hij wel kon blijven draaien, maar uiteindelijk kwam men niet meer om een restauratie heen. De toenmalige wethouder [[Nicole Lemlijn]] zag dit in en besloot de molen te laten restaureren voor het kolossale bedrag van 3 ton (in euro's). In 2010, midden in de crisistijd kwam een grondige restauratie van de Vlierdense molen tot stand, sindsdien glorieert de molen weer in het Vlierdens akkerlandschap.<br>
Misschien zie ik dingen over het hoofd, maar mijn eindconclusie mag toch zijn dat de staat van het monumentenbestand van Deurne sinds de teloorgang van boerderij De Pelikaan aanzienlijk is toegenomen en dan mag Deurne wat mij betreft tevreden over zijn. ''Joep Coppens''   


==Onderscheidingen==
==Onderscheidingen==
Regel 62: Regel 82:


==Deurnese opdrachten==
==Deurnese opdrachten==
Hieronder zijn afbeeldingen van zijn kunstwerken opgenomen die ergens in de gemeente Deurne een plaats gekregen hebben:
Hieronder zijn afbeeldingen van hebben:
<gallery caption="">
<gallery caption="Zijn kunstwerken die in de gemeente Deurne een plaats kregen." widths="200" heights="200">
Bestand:29.923.JPG|[[Golvend water]]  
29.923.JPG|[[Golvend water]]  
Bestand:30.211.jpg|[[De tand des tijds]]
30.211.jpg|[[De tand des tijds]]
Bestand:30.213.jpg|[[Grote Ringklauwvleugel]]  
30.213.jpg|[[Grote Ringklauwvleugel]]  
Bestand:30.212.jpg|[[Grote Hoornkruik]], ontwerp voor het beeld bij het voormalige gebouw van het [[Peellandcollege]]
30.212.jpg|[[Grote Hoornkruik]]
Bestand:30.214.jpg|[[Samoerai]]
30.214.jpg|[[Samoerai]]
Bestand:30.215.jpg|[[Fontein in Pastoor Roespark|Fontein]]
30.215.jpg|[[Fontein in Pastoor Roespark|Fontein]]
Bestand:30.217.jpg|[[Tempeltje voor de vindplaats van de Gouden Helm|Tempeltje]]
30.217.jpg|[[Tempeltje voor de vindplaats van de Gouden Helm|Tempeltje]]
Bestand:30.230.jpg|[[Schepping van Adam en Eva|Schepping Adam en Eva]]
30.230.jpg|[[Schepping van Adam en Eva|Schepping Adam en Eva]]
Bestand:30.210.jpg|[[In Slagorde]]
30.210.jpg|[[In Slagorde]]
Bestand:Zacheus.jpg|[[kom uit de boom, Zacheus]]
Zacheus.jpg|[[kom uit de boom, Zacheus]]
Bestand:Franciscanessenbeeld ontwerp 1994 11 (4).jpg|[[Franciscanessenbeeld ontwerp]] staat opgesteld in de grote hal in De Nieuwenhof
Franciscanessenbeeld ontwerp 1994 11 (4).jpg|[[Franciscanessenbeeld ontwerp|Franciscanessenbeeld]]
 
</gallery>
</gallery>


== Externe links ==
== Externe links ==
*[https://www.rkd.nl/ Website Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie]     
* [http://www.joepcoppens.nl  Werk van Joep Coppens]  
* [http://www.joepcoppens.nl  Werk van Joep Coppens]  
 
*[https://rkd.nl/nl/explore/artists/record?query=Coppens&start=6 Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie]


{{DEFAULTSORT:Coppens,Josephus}}
{{DEFAULTSORT:Coppens,Josephus}}

Versie van 25 dec 2019 16:59

Josephus Godefridus Maria Coppens
30.536.jpg
Persoonsinformatie
Volledige naam Josephus Godefridus Maria Coppens
Roepnaam Joep
Geboorteplaats Eindhoven
Geboortedatum 19 december 1940
Partner(s) [[PersoonPartner(s)::Johanna Elisabeth van de Rijt (1943)]]
Beroep(en) beeldhouwer
Joep bij zijn voor zijn kunstwerk Samoerai aan de Hogeweg.
Foto collectie Weekblad voor Deurne
In Slagorde, kunstwerk van Joep Coppens aan het Stationsplein / Tramstraat
Foto collectie Weekblad voor Deurne
Tijdens de presentatie van het boek "Beknopte geschiedenis van Deurne" op 6 mei 1983 aan burgemeester Van Genabeek .
foto collectie gemeente Deurne

Josephus Godefridus Maria (Joep) Coppens (1940) is een Vlierdense beeldhouwer.

Huize Molenrijn

Familie en gezin

Joep is een zoon van de kunstfotograaf Martinus Franciscus Josephus (Martien) Coppens (Lieshout 1908-1986 Geldrop) en Johanna (Nanna) Cuppens (Asten 1908-2000 Eindhoven).

Hij huwde op 20 januari 1967 in het Zuid-Limburgse Wahlwiller met beeldend kunstenares Johanna Elisabeth (Els) van de Rijt (Sint-Oedenrode 18 augustus 1943).

Joep woonde in zijn jeugd met zijn ouders in Eindhoven. Hij was het vierde kind in een gezin van tien kinderen, waarvan er een jong stierf.

Joep en Els Coppens hebben vier kinderen:

  1. Eva Christina Coppens, (Maastricht 16 september 1967). Zij is longarts.
  2. Veronica Johanna Maria Coppens , (Maastricht 29 mei 1969). Zij is docent NT2 en logopedist.
  3. Valerius Martinus Antonius, (Geldrop 16 februari 1975).
  4. Lendert Cornelis Petronella, (Geldrop 26 juni 1977). Hij heeft een eigen bouwbedrijf in Deurne.

Biografie

  • 1947-1953 Hij volgde de lagere school in Eindhoven.
  • 1953-1958 Hij volgde de hbs aan het Sint-Joriscollege in Eindhoven.
  • 1958-1959 Hij studeerde aan de Academie voor Industriële Vormgeving Eindhoven met beeldhouwen bij Van Rijn.
  • 1959-1961 Hij vervulde zijn militaire dienstplicht.
  • 1961-1964 Hij studeerde aan de Jan van Eijck Academie in Maastricht, waar hij modeltekenen volgde bij professor Ko Sarneel en leerde klassiek naar model boetseren bij de Italiaan professor Fred Carasso.
  • 1965 Hij was een half jaar werkzaam in bronsgieterij Sillen in Swalmen, een leerzame tijd voor hem, als beeldhouwer die veel in brons ging werkten.
  • 1965-1966 Hij deed studies aan de Ateliers '63 in Haarlem bij de Joodse beeldhouwer Wessel Couzijn en de Japanse beeldhouwer Shinkichi Tajiri, waar hij een andere visie ontwikkelde op wat beeldhouwen inhoudt,
  • 1971 Hij vestigde zich met zijn gezin in Vlierden bij de korenmolen Johanna Elisabeth, waarop hij 28 jaar vrijwillig molenaar was. Hij richtte het Molencomité, de latere Peellandse Molenstichting Deurne, op, waarvan hij tien jaar voorzitter was.
  • 1978 Hij werd voorzitter van de kort daarvoor opgerichte heemkundekring H.N. Ouwerling, een functie die hij tot 1996 vervulde.
  • 1979 Hij richtte de Peellandse Molenstichting op en was daarvan ongeveer zeven jaar voorzitter.
  • 1980 Hij vestigde zijn atelier in het voormalige molenhuis.
  • 1986 Hij bouwde een nieuw beeldhouwatelier bij zijn huis en ging daarin aan het werk.
  • 1997 Hij nam zitting in de gemeentelijke monumentencommissie, een functie die hij tot december 2019 vervulde.
  • 1997 Hij bouwde expositieruimte Molenrijn op eigen erf, die hij in 1998 in gebruik nam. Daarnaast richtte hij een beeldentuin in: beeldentuin Joep Coppens.
  • 2010 Het feit dat hij vijftig jaar beeldhouwer was werd gevierd, waarbij het boek Beeldend Geschreven gepresenteerd werd. Hij exposeerde samen met zijn vader.
  • 2019 Zijn zestigjarig jubileum als beeldhouwer gaat gevierd worden met een tentoonstelling in Museum De Wieger en de hal van het gemeentehuis van Deurne van 12 mei tot half september 2019.

Carrière

Eind vijftiger jaren startte hij met het vervaardigen van zijn beeldhouwwerk, na één jaar studie aan de Eindhovense Academie voor Industriële Vormgeving, zijn opleiding aan de Hogeschool voor Beeldende Kunsten de Jan van Eyck Academie onder leiding van de beeldhouwer Fred Carasso in Maastricht, waar hij Els leerde kennen, en zijn atelierstudies aan de Ateliers '63 bij Wessel Couzijn.

De interesse van de beeldhouwer voor de oude Grieken en Romeinen is te herkennen in meerdere van zijn beeldhouwwerken. Daarnaast is hij bijzonder geïnteresseerd in de oude Afrikaanse beeldhouwkunst. De vruchtbaarheidssymboliek en de monumentale, krachtige vormgeving van de oude Afrikanen spreekt hem daarin enorm aan. Dat ook de Afrikaanse beeldhouwkunst voor Joep Coppens een belangrijke inspiratiebron is, is terug te zien in een aantal van zijn kunstwerken. Joep laat zich inspireren door organische vormen uit de natuur. Hij maakt zowel figuratieve als abstract-figuratieve en geheel abstracte beelden, merendeels in brons uitgevoerd en altijd met een diepere symboliek. Hij heeft een geheel eigen beeldtaal ontwikkeld, die altijd te herkennen is.

Joep Coppens woont en werkt in zijn ateliers bij het huis en de molen Johanna Elisabeth in Vlierden, die hij zelf 28 jaar draaiende hield. Hij is nog altijd actief. Aan huis heeft hij zijn beeldentuin Joep Coppens en de expositieruimte Molenrijn die op aanvraag te bezichtigen zijn. Verspreid door de gemeente Deurne (en daarbuiten) staat een aantal beelden van Joep Coppens, onder meer bij basisschool De Piramide en in het Pastoor Roespark.

Monumentenzorg

Grote verdiensten heeft Joep Coppens als lid van de monumentencommissie. Onderstaande rede, door hem uitgesproken op 11 december 2019 bij gelegenheid van zijn afscheid van deze commissie, geeft een beeld, niet alleen van de vele verdiensten en activiteiten als commissielid, maar ook als zeer bij de cultuurhistorie betrokken Deurnenaar.

MONUMENTENZORG IN DEURNE

Terugblik door Joep Coppens, plusminus. 24 jaar lid van de monumentencommissie Deurne.

In 1969 ging ik vanuit Maastricht, waar ik woonde met mijn gezin, naar Deurne voor een bespreking van de mogelijkheid om me te vestigen bij de korenwindmolen in Vlierden. Vanuit Vlierden wandelde ik over het Haageind naar het Dinghuis. In het mooi gerestaureerde oude gebouw trof ik werk aan van de beroemde dokter in Deurne Hendrik Wiegersma; hij bleek een verzameling streekeigen volkskunst te bezitten naast werk van bevriende kunstenaars (schilders en beeldhouwers) met wie hij een sterke band had opgebouwd. De conservator van dit tot museum getransformeerd Dinghuis was de archivaris Allard, die tevens ambtenaar was van de Burgerlijke Stand in Deurne. Het verheugde me dat Deurne dit (de restauratie van het Dinghuis en de bestemming tot museum) onder leiding van burgemeester Frans Hoebens gerealiseerd had. De molen in Vlierden werd, nadat we in 1971 in de nabijheid van de molen een huisje gebouwd hadden en ik daar met mijn gezin ingetrokken was, mijn beeldhouwatelier. Dat we op deze plek een huisje hadden mogen bouwen, dankten we voor een deel aan deze burgemeester en de Provincie, die het had goedgekeurd, wel met de restrictie dat het om een klein huis moest gaan, aangepast aan de molen en het omringende landschap. In de periode 1971-1977 stonden er in de gemeente Deurne slechts dertien panden op de rijksmonumentenlijst.
Toen Hub van Doorne in 1975 75 jaar oud werd, schonk hij de boerderij (die zijn eigendom was) De Pelikaan aan de gemeente Deurne met de bedoeling er de muziekschool in te vestigen en voegde er een ton in guldens aan toe om dat plan te realiseren. Er werd van alles over gespeculeerd, maar geen enkel plan overleefde. Uiteindelijk zakte de boerderij zo'n 4 jaar later in en restte ons slechts een grasveld, het Hub van Doornepark. Naar aanleiding van de teloorgang van dit Rijksmonument (want dat was het!) is de heemkundekring Hendrik Ouwerling ontstaan. Van deze heemkundekring was ik voorzitter van 1978 tot 1997.
Gedurende de eerste jaren van het bestaan is het bestuur ijverig aan de gang gegaan om meer Deurnese gebouwen op de Monumentenlijst te plaatsen. Dit mislukte keer op keer, er was nog geen draagvlak voor. Het enige gebouw dat bij de Rijksdienst voor Monumentenzorg voor de toets der kritiek kon doorstaan was het oude molenhuis, gelegen aan Molenhuisweg 7 in Vlierden. Vanaf 1980 gebruikte ik het toen leegstaand huis als atelier. Het was voor mij op loopafstand (plusminus 500 meter). In 1983 werd het huis geklasseerd: van toen af was het een rijksmonument. Het kwam in particuliere handen en werd in 1986 door de eigenaar grondig en bijzonder mooi gerestaureerd. Zelf verhuisde ik met mijn werk naar het nieuw gebouwde atelier aan ons huis bij de molen. Wat tot dan toe nog moeizaam ging, het benoemen van panden tot rijks- of gemeentelijk monument, werd rond 1989 een stuk gemakkelijker dankzij de gemeentelijke monumentenverordening. Die leidde tot een geweldige toename in dorpen en steden van kandidaat-monumenten. De provincie trad hierbij op en benoemde in Deurne een veertigtal gebouwen tot rijksmonument. Men had het Deurnes gebied grondig bestudeerd en deed hierin verslag in het MIP-rapport. Uit dit rapport zou de gemeente zelf een keuze gaan maken van nog eens veertig gebouwen, die het predicaat gemeentelijk monument zouden krijgen. De heemkundekring kreeg de taak hierin mee te participeren. Onder leiding van een ambtenaar Woningbouw, de gemeentearchivaris en twee leden uit het bestuur van de heemkundekring (waaronder ikzelf) werd een voorlopige gemeentelijke monumentenlijst samengesteld, die onder toezicht gesteld werd van burgemeester Jan Smeets. Deze was van mening dat het kerkdorp Helenaveen de status moest krijgen van beschermd dorpsgezicht. Dat heb ik altijd betreurd, omdat Helenaveen tijdens de bevrijding in 1944 grotendeels verwoest was.
Kort na 1992 werd de gemeentelijke monumentencommissie opgericht, waarin onder andere de architect Jan van der Eerden uit Den Bosch zitting nam. Een man met heel veel kennis op het gebied van monumenten. Ondertussen wilde Martien van Doorne ook zijn steentje bijdragen aan cultureel Deurne en kwam voor de dag met een indrukwekkend, maar riskant plan. Hij liet een nieuw museum ontwerpen, rekening houdend met de bestaande gebouwen zoals de kasteelruïne en het Dinghuis. Hierin zouden de voorwerpen gehuisvest worden die de gemeente Deurne aan kunst en cultuur verworven had. Van Doorne wilde dit nieuwe museum aan de gemeente schenken, maar de gemeenteraad stemde er niet mee in. Het zou in de plattelandsgemeente Deurne niet rendabel zijn. In 1985 ging men inmiddels voortvarend te werk met de (knappe) restauratie van het gemeentehuis uit 1895 op de Markt en de grote uitbreiding met nieuwbouw, ontworpen door het architectenbureau Wijnen en Senders uit Den Bosch. Mooi geïntegreerd project, op hoog niveau. Burgemeester Ton van Genabeek was de toenmalige burgemeester.
In 1993 was er nog genoeg werk voor de monumentencommissie. Om enkele panden te noemen: de restauratie van het gemeentehuis op de Markt; Holtens molen, rijksmonument, in 1990 nog een stenen romp met binnen half vergaan houten restant, werd voor slechts één gulden verkocht aan een particuliere stichting. Die heeft in vijftien jaar tijd de molen geheel in de oude staat hersteld; deze heeft nu drie ambachten die alle prima functioneren: het malen van graan malen; het olie slaan en het houtzagen. In het buitengebied van Deurne (Kouwenhoek) zijn in de jaren negentig twee boerderijen ingrijpend en uitstekend gerestaureerd. Het is een hele prestatie om van een boerderij, waarin mens en dier bijeen geleefd hebben, zodanig te veranderen dat de basis van de boerderij bewaard blijft en er toch een leefbaar burgerwoonhuis met garage gerealiseerd wordt. Naar mijn idee overigens té goed gerestaureerd. In Deurne is vrijwel geen enkele langgevelboerderij bewaard gebleven. Een mooi voorbeeld van zo'n uitstekend gerestaureerde langgevelboerderij' is brouwerij De Zon aan de Lagekerk, jarenlang in gebruik geweest als brouwerij van de familie Swinkels; nog een restant van de oude ambachten (potten bakken; de steenoven; turfsteken; beeldenfabriek; bouwen), waar men in Deurne zo goed in was.
In Helenaveen (14 kilometer naar het zuidoosten) treft men — overgebleven na de bevrijding in 1944 - de zogenaamde Koningshoeven aan, gelegen langs de Soemeersingel en de Koolweg. Zij zijn in stand gehouden en goed gerestaureerd. Niet te vergeten ook de protestantse kerk met het huis van de dominee en de school in de bocht van de Soemeersingel; het verkeert in zeer goede staat en is grondig (met nieuwe fundering) gerestaureerd — de trots van De Oude Peel! Twee zeer belangrijke monumenten hebben de verwoestende Tweede Wereldoorlog God zij dank overleefd, terwijl er in Liessel en Neerkant in 1944, zoals men weet, toch ontzaglijk veel kapotgeschoten is. Ik denk hierbij aan de mooie neo-gotische kerk in Liessel, bijzonder mooi hersteld, en molen De Volksvriend uit 1903, die nog steeds draaiende is.
Wat mij zeer ter harte gaat, is uiteraard hoe een en ander zich in Vlierden ontwikkeld heeft waar het de monumenten betreft. Tot 1926 was Vlierden een eigen gemeente en voor 1796 een heerlijkheid. Wij kwamen wonen bij de Vlierdense molen, midden in die heerlijkheid, juist op de waterscheiding van de Astense Aa en de Loop (Oude Aa). In het jaar dat wij daar onze intrek namen, was de molen net gerestaureerd en kreeg de naam Johanna Elisabeth. Van grote betekenis is het oude molenhuis (Molenhuisweg 7) dat gerestaureerd en inmiddels sinds 1987 weer bewoond is; vervolgens Vorst|hoeve De Vorst]] van de Beelsfundatie — heel goed gerestaureerd en nog volop actief als modern boerenbedrijf; binnenkort de restauratie van hoeve De Hazeldonk, op de Hazeldonkseweg, afstammend van de Heren van Vlierden uit de 17e en 18e eeuw (de familie d'Aumerie). In het centrum van Vlierden het oude nonnenklooster, bekend als huize De Vliert, dat nu prachtig gerestaureerd is en bewoond wordt door vier gezinnen; de oude pastorie tegenover de kerk en de boerderij op De Hees, die door Lendert Coppens gerestaureerd is. Uiteraard is ons Vlierdens kerkje, een Waterstaatskerk (1846), voor mij ook van grote waarde. Helaas is naar mijn idee de platte frontgevel, aangebracht in 1956 volkomen misplaatst. Daar staat tegenover dat in het begin van de huidige eeuw het interieur in de oude staat is hersteld, bijzonder mooi is gerenoveerd en het dak (kap en spanten) geheel zijn hersteld. Ook zijn nieuwe pannen op het dak aangebracht. Er worden nog wekelijks diensten gehouden in deze kerk — een levend monument dus!
Van zeer grote betekenis voor Deurne is de grote, ingrijpende restauratie van de Sint-Willibrorduskerk in het centrum. De kerk stamt uit de 15° eeuw. Men heeft er het grote Smitsorgel eveneens laten restaureren (voor een half miljoen!). Het interieur van deze kerk is bijzonder boeiend, met haar rijkdom aan altaren, glas-in-loodramen, schilderingen en (ook middeleeuwse) beelden. Een kerk met een rijke en zeer boeiende historie, waarbij ik denk aan pastoor Roes, die het in de eerste helft van de 20e eeuw opnam voor de boeren. Niet ver van onze majestueuze Willibrorduskerk staat de goed gerestaureerde hervormde kerk (Helmondseweg), waar nog diensten plaatsvinden en kleine concertuitvoeringen gegeven worden op hoog niveau. Ook de Maria Vredeskapel op de rand van De Vlier — waterloop in de nabijheid van het Oud Kasteel, waar nog vóór het einde van de oorlog dit kapelletje werd gebouwd. Goed gerestaureerd, in goede staat dankzij regelmatig onderhoud — een goed voorbeeld van Gesammt Kunstwerk, dankzij de betrokkenheid van de Deurnenaren. De Zeilbergse kerk is ook behouden. Wel stuitend is het dat er een fitnesscentrum in gevestigd is, waardoor van het interieur niets meer te zien is. Een mooie neogotische kerk uit 1914; een rijksmonument, onttrokken aan de r.-k. eredienst.
Tot slot wil ik mijn grote dankbaarheid uitspreken naar de heer Jan Hohmann, die zo genereus is geweest in 1988, mede namens de familie Van Doorne, aan heemkundekring H.N. Ouwerling het woonhuis aan de Stationsstraat, nabij de Doornehof, gratis in gebruik te geven. Het werd ons Heemhuis, een vertrouwde plek voor de leden van onze heemkundekring om er samen te komen en historisch heemkundig onderzoek te doen, tegenwoordig onder de bezielende leiding van Pieter Koolen, die met zijn team mede-onderzoekers al ontzaglijk veel oude historie van Deurne heeft opgedolven uit de archieven. De heemkundekring beschikt zelfs over een eigen zeer indrukwekkende Wikipedia databank: Deurnewiki genaamd, waarop iedere geïnteresseerde alles van de Deurnese historie kan vinden. Er vinden in het Heemhuis tentoonstellingen plaats. Onder leiding van Hans van Hoek is er een uitgebreid overzicht te zien van de verzameling voorwerpen uit de Oudheidkamer. Erg mooi tentoongesteld op de eerste verdieping van het Heemhuis. Samen met zijn vrouw Anneke onderhoudt en inventariseert Hans de zeer uitgebreide fotobank. Daarnaast bevindt zich in het Heemhuis een bibliotheek met Deurnese boeken, waaronder een aantal antiquarische exemplaren, die alleen ter plekke ingezien kunnen worden. De archeologische vondsten worden bewaard in de kelder en daar ook tentoongesteld.
Historisch interessant is, dat dit alles zich bevindt in het oude café van Laurens Lutters uit het begin van de 20e eeuw. De heemkundekring heeft het interieur in de 'huiskamer’ teruggebracht in de stijl uit de tijd van het café.
Met enige schaamte moet ik bekennen dat de Vlierdense molen sinds 1970 steeds vochtiger werd. Dit duurde jarenlang, de molen werd met allerlei lapmiddelen behandeld, zodat hij wel kon blijven draaien, maar uiteindelijk kwam men niet meer om een restauratie heen. De toenmalige wethouder Nicole Lemlijn zag dit in en besloot de molen te laten restaureren voor het kolossale bedrag van 3 ton (in euro's). In 2010, midden in de crisistijd kwam een grondige restauratie van de Vlierdense molen tot stand, sindsdien glorieert de molen weer in het Vlierdens akkerlandschap.
Misschien zie ik dingen over het hoofd, maar mijn eindconclusie mag toch zijn dat de staat van het monumentenbestand van Deurne sinds de teloorgang van boerderij De Pelikaan aanzienlijk is toegenomen en dan mag Deurne wat mij betreft tevreden over zijn. Joep Coppens

Onderscheidingen

  • In februari 1997 ontving hij het Zilveren Draaginsigne van de Stichting Brabants Heem.
  • In februari 1997 ontving hij de zilveren legpenning van de gemeente Deurne.
  • In april 2000 ontving hij de koninklijke onderscheiding als lid in de Orde van Oranje-Nassau.

Deurnese opdrachten

Hieronder zijn afbeeldingen van hebben:

Externe links