Heeft u correcties, aanvullingen of foto's bij een artikel dan kunt u die hier mailen.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis
Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand.

Haageind 60

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Klein Kasteel
HaageindDeurne 6.jpg
Oud Huis, Klein Kasteel
Locatie Haageind 60, Deurne
Gebruik Als conferentieoord
Monument status Rijksmonument
Het Klein Kasteel, links de Watermolen en rechts het Haageind, gezien vanuit de lucht.
Foto collectie Toon Timmers
Tekening gemaakt door Piet Hohmann
Foto: collectie Leo Coolen

Het Klein Kasteel is een 14e eeuws kasteel aan het Haageind 60 in Deurne.[1] Het Klein Kasteel springt in het oog door zijn middeleeuwse woontoren, de kern van veel kastelen, met jongere aanbouwen uit de 17e en 19e eeuw.

Landschappelijke situering[bewerken | brontekst bewerken]

In het beekdal van de Bakelse Aa of Vlier werd aan de oostzijde van het Haageind vóór 1383 een vierkante donjon gebouwd, die later de namen Oud Huis, Klein Kasteel en Oud Kasteel kreeg. In dezelfde periode verrees ook een watermolen op de Bakelse Aa ten noorden van het Klein Kasteel. Dit kasteel diende als residentie van de heer van Deurne, eigenaar van de heerlijkheid.

Ten oosten van het Klein Kasteel lagen hooilanden in het dal van de Bakelse Aa. Deze percelen droegen in 1454 onder meer de namen Sint-Kathelijnenbeemd en Vriezenbeemd. In 1990 werd hier een park met vijver aangelegd voor de wijk Heiakker, die oostelijk van het Klein Kasteel was verrezen.

Bouwhistorie[bewerken | brontekst bewerken]

Het Klein Kasteel, dat in de middeleeuwen nog Oud Huis werd genoemd, werd gebouwd als opvolger van een residentie op het goed Ter Vloet, stroomafwaarts gelegen langs de Vlier in de buurtschap Kerkeind. De verplaatsing stroomopwaarts naar het Haageind moet in de tweede helft van de 14e eeuw hebben plaatsgevonden. Het Klein Kasteel bestaat tegenwoordig uit de 14e-eeuwse donjon, een 17e of 18e-eeuwse lage boerderijaanbouw en een aangebouwd wit herenhuis uit 1857 met bouwdelen uit de 14e eeuw. Bij de verbouwing in 1857 werden de oude neerhof, een boerderij die haaks op het gebouw stond, afgebroken. De bestaande zuidelijke aanbouw werd verhoogd en gepleisterd, waardoor het huidige beeld van het witte herenhuis ontstond. Daarnaast werd de noordelijke aanbouw verlengd. Tegelijk met de grote verbouwing van het Groot Kasteel werd rond 1906 het Klein Kasteel ontpleisterd en de dakbekroning gewijzigd.

Een in 2009 uitgevoerde bouwhistorische verkenning toonde aan dat de kap van de woontoren nog grotendeels van de bouwtijd van die toren dateert en doet vermoeden dat de toren een zeldzaam voorkomende vorm van weergang heeft gehad. Nader onderzoek van de kap kan daarover mogelijk meer zekerheid geven.[2] Zogenaamd dendrochronologisch onderzoek zou namelijk de kapdatum van het hout op het seizoen nauwkeurig kunnen bepalen. Daardoor zouden we een vrij nauwkeurige bouwperiode van het Klein Kasteel kunnen bepalen.

De toegang tot het terrein, die voorheen via de Herendijk liep (dat is nu de oprit van de watermolen, werd bovendien in 1857 verlegd naar de Haageind-zijde. Een brand van 24 september 1944 richtte enige schade aan, maar kon door de toenmalige huurder Pieter Wiegersma tijdig worden geblust.[3]

Bouwplannen voor een losstaand gastenverblijf achter het Klein Kasteel werden in 2008 door de Deurnese politiek op basis van archeologische en cultuurhistorische overwegingen unaniem verworpen, alhoewel het bestemmingsplan een aanbouw toestaat. In 2010 werd een nieuw plan voor een gastenverblijf bij het Klein Kasteel opgesteld.[4] Opnieuw ging dat plan niet door. Door een wetswijziging is de plaatsing van een gastenverblijf door de aanvraag van een omgevingsvergunning in 2016 alsnog mogelijk geworden.

Eigendomsgeschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Gevaert Willemszoon van Doerne is de oudst bekende heer van Deurne die er met zekerheid heeft gewoond, zo rond 1380-1390.[5] Tot begin 16e eeuw was het Klein Kasteel de residentie van de heren van Deurne, achtereenvolgens de geslachten Van Doerne (tot 1456), De Mol en Taije. Begin 16e eeuw werden de heerlijkheid en het Klein Kasteel van de familie Taije gekocht door de eigenaar van het Groot Kasteel, Everard Hendrickszoon van Doerne, een verre neef van de vroegere Van Doerne's op het Klein Kasteel. Na zijn dood kreeg de oudste zoon het Groot Kasteel en de heerlijkheid, waardoor het Groot Kasteel voortaan de residentie van de heerlijkheid zou worden. Het Klein Kasteel kwam toe aan een jongere zoon. Later kwam het in handen van diverse particulieren en plaatselijke bestuurders; vanaf het einde van de 18e eeuw tot 1948 was het wederom bezit van de heren van Deurne. Zij verhuurden het aan talloze particulieren, onder wie meerdere militairen met hun gezinnen en welgestelden die tijdelijk in Deurne verbleven en voor enkele jaren een passend huis nodig hadden. Bekendste huurder was ongetwijfeld Otto van Rees, die er tussen 1923 en 1927 woonde en Hendrik Wiegersma inspireerde om te gaan schilderen.

In 1948 werd het door Theodore de Smeth van Deurne verkocht aan Hendrik Wiegersma, die het ter beschikking stelde aan zijn zoon Pieter Wiegersma, glazenier. Wiegersma jr. woonde er al vanaf 1942 en erfde het Klein Kasteel en de naastgelegen watermolen in 1969 van zijn vader. De noordelijke aanbouw werd in deze periode als atelier gebruikt. In een ander bijgebouw exploiteerde Tjerk Wiegersma, zoon van Pieter, verscheidene jaren een kunsthandel die zich richtte op de Haagse School en de Nederlandse impressionisten. Doorgaans twee maal per jaar werden er in de kunsthandel goedverzorgde tentoonstellingen gehouden.[6]

In 1999 werd het aangekocht door de gebroeders Nooijen. Het heeft tegenwoordig een representatieve functie en wordt niet bewoond. Het terrein is niet toegankelijk; het Klein Kasteel is evenwel vanaf de openbare weg goed zichtbaar.

De relatie met de heerlijkheid Cranendonck[bewerken | brontekst bewerken]

Het Klein Kasteel was tot 1795 een leengoed van de heren van Cranendonck, evenals de naastgelegen Haageindse watermolen (oudste vermelding 1387). Ook de watermolen op het goed Ter Vloet was een Cranendoncks leengoed. De Deurnese leengoederen behoorden tot de meest perifeer gelegen leengoederen van Cranendonck; veel van de overige leengoederen lagen onder Cranendonck zelf of binnen de huidige gemeente Eindhoven. In 1726 werd door Pero de Cassemajor, als drossaard en secretaris van de heerlijkheid Deurne, in handen van de rentmeester van de domeinen van Cranendonk een een bedrag van 75 gulden 14 stuivers en 4 penningen betaald, ter lossing van een jaarlijkse cijns van twee gulden, achttien stuivers en een oort. Deze cijns dateerde van Maria-Tenhemelopneming (15 augustus) 1368 en was hem q.q. op 3 januari 1710 in handen gekomen van Hendrina van Heesacker qq.[7]

Slot van Peelland - een negentiende-eeuwse mythe[bewerken | brontekst bewerken]

In de negentiende eeuw schreef de Brabantse geschiedschrijver Adriaan Brock, geheel in de lijn van de zogenaamde Romantiek, over een zogenaamd Slot van Peelland, hetgeen de oude benaming voor het Klein Kasteel zou zijn geweest. Dit werd als waarheid overgenomen door de invloedrijke aardrijkskundige A.J. van der Aa. Later ontwikkelde zich onder schrijvers zelfs het idee dat het Klein Kasteel het poortgebouw zou zijn geweest van een majestueus Slot van Peelland. Wetenschappelijk gefundeerd archeologisch, historisch en historisch-geografisch onderzoek verwijzen deze mythe rond het Slot van Peelland echter direct naar de prullenbak. Het Klein Kasteel heeft nóóit zo geheten en is al zeker geen poortgebouw geweest van een groter slot. Ondanks de duidelijke weerlegging van deze feiten verschijnt de term Slot van Peelland echter nog regelmatig in publicaties als een werkelijke vroegere benaming.[8]

In de tweede helft van de twintigste eeuw duikt de naam op in overzichtswerken van Brabantse kastelen, veelal met een toeristisch oogmerk, al is onduidelijk wie hiervoor de aanzet heeft gegeven. Slechts een enkele maal komt de naam voor in werken die de pretentie hebben wetenschappelijke kwaliteit te dragen, doorgaans als gevolg van het gebruik van niet-wetenschappelijke literatuur.[9]

Ondanks de hardnekkigheid waarmee in deze overzichtsliteratuur en daarvan afgeleide publicaties op internet aan de naam wordt vastgehouden [10], heeft de naam nooit wortel geschoten in de regio zelf en is de naam plaatselijk onbekend. Alhoewel de naam Slot van Peelland in zijn ontstaan overeenkomsten vertoont met de eveneens historisch foutieve benaming van Kasteel Radboud in Medemblik heeft deze laatste naam de historische wél verdrongen. De naam Slot van Peelland is evenwel beperkt gebleven tot een bepaalde categorie van (toeristische) overzichtsliteratuur, en niet, zoals Kasteel Radboud, in wetenschappelijke literatuur of lokale (bronnen)studies terechtgekomen. Een ander verschil is het feit dat de voortgaande mythevorming rondom het Slot van Peelland verder ging, en hier ook een veel groter kasteel bij werd voorgesteld dan het historische Klein Kasteel, dat slechts het poortgebouw zou zijn geweest.

Bezitters[bewerken | brontekst bewerken]

Bezitters en bewoners van het Klein Kasteel
periode naam eigenaar sociale status huurder (indien van toepassing)
? - vóór 1381 Willem van Doerne [11] heer van Deurne
vóór 1381-ca 1428 Gevard van Doerne heer van Deurne
ca 1428-1456 Jan van Doerne heer van Deurne
1456-1470 Ywan de Mol heer van Deurne
1471-1499 Josina de Mol heer van Deurne
1499 Rutger van Boetzelaer heer van Deurne
1499-1508 Henrick Taije heer van Deurne
1508-1519 Jan Taije heer van Deurne
1519-1526 Everard van Doerne hoogschout van 's-Hertogenbosch, heer van Deurne, Vlierden en Bakel
1527-1545 Hendrick van Doerne heer van Deurne en Vlierden, kanunnik te Tongeren
1545-1606 Jan van Doerne heer van Deurne en Bakel
1606-1619 Wolfaart Evert van Wittenhorst heer van Deurne
1619-1645 Margreta van Wittenhorst vrouwe van Deurne, Rossum en Broekhuizen
1645-1649 Johan François Godefroid Huijn van Geleen heer van Deurne
1649-1651 Willem de Lamargelle heer van Deurne
1653-1656 Rogier van Leefdael [12] heer van Deurne en Liessel, rentmeester der geestelijke goederen
1656-1678 Otto de Visschere [13] secretaris van Deurne, heer van Vlierden
1678-1699 Rogier van Leefdael [14] heer van Deurne en Liessel, rentmeester der geestelijke goederen
1699-1714 Johan van Leefdael heer van Deurne en Liessel, rentmeester der geestelijke goederen
1714-1728 Gerardus Sulyard (1691-1730) heer van Deurne en Liessel
1728-1745 Pero de Cassemajor schout en secretaris van Deurne en Liessel
1745-1756 Erfgenamen van Pero de Cassemajor
1756-1782 Hendrik Sluiter (een derde deel), de overige erfgenamen van De Cassemajor (twee derde deel?) predikant te Deurne, Liessel en Vlierden Keerenberg, Joseph Bernardus Scherping, André Gerard de Millet, J.E. Schenk, Hohenlohe, Christiaan Leonhardi
1782-1785 Erfgenamen van Hendrik Sluiter
1785-1801 Agatha Alewijn (1721-1801) vrouwe van Deurne, Liessel en Alphen & Rietveld Victor de Girard de Mielet
1801-1859 Theodorus de Smeth (1779-1859) heer van Deurne, Liessel en Alphen & Rietveld
1859-1870 Henri baron de Smeth heer van Deurne, Liessel en Alphen & Rietveld
1870-1924 Theodore baron de Smeth (titulair) heer van Deurne en Liessel Otto van Rees
1924-1929 Henriëtte Marie Rudolphine Fagel titulair vrouwe van Deurne en Liessel
1929-1948 Theodore baron de Smeth van Deurne titulair heer van Deurne en Liessel, burgemeester van Batenburg, Appeltern en Jutphaas Raymond de Smeth, Pieter Wiegersma
1948-1969 Hendrik Wiegersma arts, schilder Pieter Wiegersma
1969-1999 Pieter Wiegersma glazenier, schilder
1999-heden Gebroeders Nooijen ondernemers in de landbouwsector

Een inventaris uit 1745[bewerken | brontekst bewerken]

Op 29 september 1745 werd na het overlijden van Pero de Cassemajor een inventaris samengesteld van al zijn bezittingen die zich toen in het Klein Kasteel bevonden. Deze inventaris wordt hier weergegeven zoals die destijd in de oude schrijfwijze werd beschreven.[15]

Op de solder
  • eenige oude paardegetuijgen
  • eenige oude visch en vinke netten, met eenige koijen etc.
  • eenig oud ijserwerk

De kamer boven de keldercamer

  • 22 schilderijen, soo groot als kleijn
  • 21 geplakte prenten
  • een kas (kast)
  • een ledikant met een groen behangsel
  • twee teerekjes
  • een kapstok
  • vijf groene bekleede stoelen, met twee dito armstoelen
  • een leunstoel met matras
  • een vierkant tafeltje.

De kamer boven de eetzaal

  • een lit d'ange (hemelbed) met een gewatert grijs behangsel
  • een bed
  • hooftpeluw, en vier kussens
  • een matras
  • vier wolle deekens
  • een cattoene spreij
  • ses stoelen en ses sitkussens
  • een bekleede groene leunstoel
  • tien schilderijen
  • een teetafel

Op de kinderkamer

  • Vijf prentschilderijtjes
  • een ledikant
  • een bed
  • peuluw en matras
  • een pavillioen (hemel) met kattoen behangsel
  • een bed
  • peuluw en een kussen
  • drie wolle deekens
  • drie stoelen
  • twee koffertjes
  • een kapstok
  • twee kleerbakken
  • een kas
  • een teetafel agtkantig

Knegtskamer

  • een bed
  • peuluw en twee kussens
  • een spinnewiel
  • twee deekens
  • een tafel
  • een wafelijser
  • twee oblieijsere (wafelijzers)
  • ses keulse boterpotten
  • eenige beteljes (beiteltje?)
  • een oud ledikant

Kelderkamer

  • een lit d'ange net een sije behangsel
  • een matras
  • bed
  • peuluw en vier kussens
  • twee wolle deekens en een cattoene spreij
  • rustbank, met een matras en stroijsak
  • een sije spreij
  • vier lendekussentjes
  • twee kinderdeekens
  • een ebbenhoute kas
  • loguet kas etc.
  • agt roije met trijp bekleede stoelen
  • ses stoelen met hooge leuningen
  • dertien schilderijen, soo groot als kleijn
  • een tafel
  • een stilletje
  • een kapstocken
  • seven blicke teebussen en een trommel
  • een partije mandewerk alsmede eenige ringen etc.
  • een kleijn ijser kistje, een poederdoos en borstel, een pruikebol

In de eetsaal

  • vier spiegels
  • ses geplakte printen
  • twee schilderijen
  • ses stoelen met hooge leeuningen
  • ses dito stoelen
  • ses stoelmatrassen
  • ses kussens
  • drie dito slegte
  • een ijke ovale tafel
  • een teetafel
  • een verlakt kasje
  • een postelijn kasje met glasen
  • vier geplijsterde beeltjes
  • een gavast (sterk) schouwkleet
  • een ijsere handboog
  • twee sakpistoolen
  • twee saalpistoolen
  • een alabaste mortier met een stamper
porcelein
  • vijf blauwe koppen en schotelen
  • twee halve kommetjes
  • twee blauwe spoelkommen
  • seven bruijne chocolade–kopjes en schotelen
  • ses blauwe teekopjes en schotelen
  • een half dousaijn Japanse copjes en schotelen
  • drie suijkerschoteltjes met koperen voeten
  • twee porcelijne suijkerschoteltjes
  • negentien pulletjes
  • een douseijn blauwe kopjes en schoteltjes
  • een half dousain bruijne kopjes en vijf schoteltjes
  • agt teeschoteltjes
  • vijf paar blauwe kopjes en schoteltjes
  • vijf roode teepotjes
  • een dito suijker kom met een deksel
  • een dito schoteltje
  • twee delfse teepotten en een melkkannetje
  • eenig oupaar schoteltjes en kopjes
  • negen borden
  • twee glasen suijkerschoteltjes of bakjes

glazen

  • seven gesleepe bierglasen
  • drie groote bierglasen
  • vijf bierglasen
  • glase peperbus
  • twee cristalle soutvaten
  • een dito waterpotje
  • twee soutvaatjes
  • vijf bocalen met decksels
  • een bocaal met een arentsklauw met silverbeslag
  • vier bocaaltjes met devisen (versiersels)
  • drie romers met randjes
  • een en twintig romers (wijnglazen)
  • een glase kast
  • een vremd bruijne steene bierkannetje
  • vier olie- en asijnflesjes
  • twee glase soutvaten
  • een glase tregter

In 't voorhuijs

  • negen snaphanen
  • drie degens
  • twee hartvangers
  • een walthoorn
  • spreekhoorn
  • kleijn hoorentje
  • eenige hondehals en muijlbanden
  • twee weijtassen
  • een hertshoorn
  • een kasje
  • een tafel
  • ses schilderijen
  • een mand en bak met timmermans- en tuijnmansgereedschap
  • een groot koffer
  • een tiktak-bort (soort spelletje)
  • een dambort

In de keuken

  • een schotelrek
  • twee neerslaande tafels
  • een leun– of armstoel
  • vijf stoelen
  • 'n tabouret (stoel zonder leuning)
  • een lessenaar met een voet
  • drie schilderijen
  • elf delfse blauwe schotelen
  • een loije tabaksdoos

Tin (in de keuken)

  • twaalf nieuwe borden
  • twee en twintig tinne borden
  • agt assietten (borden)
  • twee schotelplaten
  • een deurslag (vergiet)
  • negen schotelen
  • een lampet en schotel
  • koelvat
  • een soupschotel
  • twee waterflessen
  • vijf waterpotten
  • een teetrekpot
  • een kom met een deksel
  • knol–deurslag
  • inktkoker
  • ringmostertpot en bekertje
  • een olie- en asijnvoetje
  • tien tinne lepels
  • tinne kan
  • een kandelaar
koper (in de keuken)
  • een groote coffijkan
  • twee kopere hooren
  • een klijn koffijkannetje
  • een chocoladekan
  • een teeketel
  • een dito klijn
  • drie kopere kandelaren
  • een confoart met schotel
  • vier blakers (vuurpan)
  • twee copere zeefjes
  • twee ringen
  • vijf deksels
  • tabaks confoort en een ander confoortje
  • twee taartebakjes
  • twee raspen
  • tabaksdoos
  • twee coffijmoolens
  • drie messen net kopere heften
  • vijf metaale vorken en twee lepels
  • drie schotels
  • een taartepan en twee deksels
  • twee casrollen (braadpan)
  • vier kopere kommen
  • een doofpod
  • vier teeketels
  • ses kopere ketels
  • vijsel en pannetje
  • lamp
  • twee schaalen
  • koperen bedpan
  • oliekannetje en deksel
  • disteleerketel met sijn toebehooren
  • asketel
  • keteltje totte regenbak

ijserwerk

  • sestien messen
  • suijkertang
  • twee snuijters
  • een ijsere latboom
  • twee strijkijsers
  • drie tangen
  • twee blaaspijpen
  • twee roosters
  • twee hangijsers
  • vier treeften[16]
  • twee confoirten
  • twee kettingen
  • een koekpan
  • een schop
  • drie speeten (spitten) en eenige kleijnen
  • een druijplepel
  • een schopje
  • een hanspestje
  • vleesriek
  • hakmes (nog een dito)
  • ijsere ketel
  • ses vorken
  • een spit met zijn toebehooren
  • een kroon (luchter?)

Op de Blek

  • een gieter
  • lamp en bak
  • teeketel
  • pannetje
  • salade emmer
  • blaker
  • blek tot de vloer
  • swaveldoos
  • een groote koelbak
  • kaske
  • trog
  • twee torftonnen
  • schotelrek
  • een vloot
  • een partij aardewerk
  • een partij stoff en schrobgoet
  • ses stoelen
  • een partij mandewerk
  • een tafel
  • een partij houte borden
  • houte pors (pers)
  • houte fonteijntje
  • houte spuijt
  • teerekje
  • een tafel
  • tien schilderijen
  • een teeblaadje
  • twee lanteerns
  • een schrijf1eij
  • houte stoel
  • eenig hofgereedschap
  • seven stooven
  • vier tonnen en vier halve tonnen
  • twee vleeskuijpen
  • een ijssleede
  • twee schaafbanken
klederen
  • een swarte rok
  • camisool en broek
  • nog een swarte broek
  • een bruijne rok
  • camisool en twee broeken
  • een groene rok
  • camisool en broek
  • twee jassen
  • een roode overrok
  • een groene engelse rok en blauw camisool
  • een bruijne engelse rok met camisool en silvere gewerkte knoopen
  • een groene chamberlou (kamerjapon)
  • een hartsleere broek
  • item nog een reeleere broek
  • een groen manskapje
  • een rijssak
  • een mantelsak
  • een borstrok
  • een paar slopkoussen
  • vier paar wolle onderkoussen
  • drie paar swarte koussen
  • twee paar andere gecouleerde (gekleurde) koussen
  • een japon en een sjerp
  • een paar wante en een paar hartsleere handschoenen
  • vier wollen mutsen
  • drie pruijken
  • drie hoeden

en verder

  • tien groote ramen en seventien kleijnen tot engelse glasen
  • dertien brandemmers
  • twee emmers
  • hoenderkoij
  • hondehok
  • twee oude kopere ketels
  • vier ijser draijen ramen
  • twee heertijsers
  • eenig houtwerk en planken tot repareeren van de hoeve te gebruijken
  • koornschup en specij
  • vischkar
  • een houte schroeff
  • eenig glas tot reparatie
  • een partije klot of torf
  • een mijt brandhout

Item nog in de stal

  • een swart ruijnpeert
  • een kootskar met sijn behooren
  • een chaize (stoel) met sijn behooren
  • een hooge kar met sijn behooren en een oude huijff
  • een wagen met vier raijen
  • eenige paardetuijgen tot koekskar en chaize
  • een rijsaal (zadel)
  • schabrak (dekkleed) en toom
  • een paar lensen (wagenpennen)
  • eenige oude schoenen
  • een paar lange honden
  • kruijwagen
  • vogelskoij met vogelkein

In de kelder

  • ses boteljes (flessen) met roode wijn
  • veertien dito met rijnsche wijn
  • een hondertwintig boteljes met franse wijn
  • eenig houte vaatverk

In een taxatieregister van 1715, zich eveneens bevindende in archief van de Deurnese schepenbank, komt een schatting voor van de waarde van de beide Deurnese kastelen en de toehorende hoeven. Het groot kasteel met de heerlijkheid werd daar geschat op 21.000 gulden, het klein kasteel op 1.825 gulden, de hoeve de Grote Bottel op 1.900 gulden en een hoeve op de Wasberg op 1.350 gulden. Bij het overzicht van onroerende goederen komt eveneens voor een post zilverwerk, zich hoogstwaarschijnlijk eveneens bevindende in het klein kasteel te Deurne, namelijk: een sauijskommetje, een trekpot, een tabaksconfortie (komfoor), twee kandelaars, een cleijne secoupje (drinkschaal), een trek (snoer), ses leepels, ses voorcietten (vorken), ses leepels, negen voorcietten, eene lepel, 1 soupleepel, 3 confituur leepeltjes en vorkjes, 3 teeleepeltjes met steel en 2 lepelen en vorken, 1 kleijnen lepeltje, 2 paar broekgepsen, een snuijter, een schenkbort met een voet, een dito sonder voet, twee silvere deegens en 1 paar schoengepsen.[17]



Bronnen, noten en/of referenties
  1. Keunen, L.J., 2004. "De relatie tussen drie adellijke Deurnese complexen: Ter Vloet, Klein Kasteel en Groot Kasteel." in: Het Brabants Kasteel. Jaargang 25 (2002), nr. 1/2 , uitgave oktober 2004, p. 3-40. Vereniging Vrienden van Brabantse Kastelen, Tilburg.
  2. Taco Hermans en Edwin Orsel - De kap van de woontoren van kasteel Klein Deurne in: 'Die hofstat daer dat huys op plach te staan' (2022)
  3. Mondelinge informatie P. Wiegersma, documentaire over de bevrijding van Deurne, 1994.
  4. Eindhovens Dagblad, 5 mei 2010
  5. Zie voor de genealogie en bronvermeldingen: W. Wijnaendts van Resandt, "Vincent van Doerne en zijn voorouders", in: Jaarboek van het Centraal bureau voor genealogie, dl. 41(1987), p. 31 e.v.
  6. Weekblad voor Deurne 13 setember 1974
  7. Nationaal Archief - Nassause Domeinraad Toegang 1.08.11 inv.nr. 9482. Akte van 17 oktober 1726.
  8. Keunen, Luuk, 2004. Eeuwenoude misverstanden rond het zogenaamde “Slot van Peelland”. in D'n Uytbeyndel. Periodiek van Heemkundekring H.N. Ouwerling – Deurne, nr. 55, p. 16-23 (herfst 2004).
  9. Becx, E., A. van Oirschot, F. van Oirschot en T. Vollebergh, 1999. Kastelengids van Noord-Brabant. Matrijs, Utrecht.
  10. http://www.absolutefacts.nl/kastelen/data/peellanddeurne.htm en http://www.absolutefacts.nl/kastelen/kastelennieuws/kasteel0020.htm
  11. Mogelijk was hij de bouwheer
  12. Onzeker, de leenregisters over deze periode ontbreken.
  13. Onzeker, de leenregisters over deze periode ontbreken.
  14. Onzeker, de leenregisters over deze periode ontbreken.
  15. De inventaris van het klein-kasteel in Deurne - door R.J. Jansen gepubliceerd in D'n Uytbeyndel nummer 13 (zomer 1987) blz. 18-23 en nummer 14 (najaar 1987) blz. 13-18. Het origineel bevindt zich in het Regionaal Historisch Centrum Eindhoven, archief schepenbank Deurne en Liessel, 15e eeuw - 1810 toegang 13183 inv.nr. 132 fol. 113 verso e.v.
  16. Een treeft is een ring op drie poten om potten boven het vuur te hangen.
  17. RHCe Schepenbank Deurne en Liessel, 15e eeuw - 1810 toegang 13183 inv.nr. 125 fol. 30.



















DeurneWiki TR Plekke: DeurneWiki_TR_Plekke_POI

De informatie die hier staat wordt gebruikt om over te hevelen naar WikiTude. Dit is onderdeel van het DeurneWiki TR Plekke project dat als doel heeft geselekteerde artikelen uit DeurneWiki over te brengen naar WikiTude, een nlwikipedia:Toegevoegde realiteit. Zie hier onder hoe WikiTude te installeren. Voor meer informatie, zie artikel DeurneWiki TR Plekke.

DeurneWiki TR Plekke: DeurneWiki_TR_Plekke_POI
Naam Klein Kasteel
Wereld DeurneWiki_TR_Plekke_POI
Korte WikiTude text van object Het Klein Kasteel, ook wel Oud Huis of Oud Kasteel genoemd, werd vóór 1383 gebouwd en is daarmee de oudste woning van Deurne. Het centrale en oudste gedeelte is de vierkante donjon, die diende als residentie van de heer van Deurne. Het Oud Huis was, samen met de watermolen, een leengoed van de heren van Cranendonck. Het huis werd merendeels bewoond door de plaatselijke bestuurlijke elite. De kunstenaars Otto van Rees en Pieter Wiegersma woonden en werkten hier.
Bestandsnaam van plaatje bij object voor WikiTude 27.439.JPG
Getoond plaatje 27.439.JPG
Coordinaten van het object in WikiTude 51.470486° N, 5.804191° E
Lokatie op kaart
Bezig met het laden van de kaart...

Installeren van WikiTude op uw android of iPhone mobiel

Installeer WikiTude voor uw android toestel: Android robot.svg of WikiTude voor uw iPhone: IPhone.svg door op de links te klikken of via de app-market van uw toestel.