Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Antonius Josephus Maria Witlox (1895-1946): verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 29: | Regel 29: | ||
Tijdens zijn pastoraat in Deurne werd hij bijgestaan door de kapelaans: | Tijdens zijn pastoraat in Deurne werd hij bijgestaan door de kapelaans: | ||
*[[ Johannes Jacobus Donkers (1910-1972)]] | *[[ Johannes Jacobus Donkers (1910-1972)]] | ||
*[[ Theodorus Josephus Maria Klijn (1916-2001)]] | *[[ Theodorus Josephus Maria Klijn (1916-2001)]] |
Huidige versie van 15 sep 2024 om 08:45
Pastoor Witlox | ||
Persoonsinformatie | ||
Volledige naam | Antonius Josephus Maria Witlox | |
Roepnaam | Antoon | |
Geboorteplaats | Waalwijk | |
Geboortedatum | 7 april 1895 | |
Overl.plaats | Eindhoven | |
Overl.datum | 4 april 1946 | |
Beroep(en) | geestelijke, pastoor | |
Bidprentje | NBA |
Antonius Josephus Maria (Antoon) Witlox (1895-1946) was van 1941 tot 1945 pastoor in de Sint-Willibrordusparochie in Deurne-centrum als opvolger van pastoor Roes.
Algemeen[bewerken | brontekst bewerken]
Antoon was een zoon van leerlooier Hendrikus Johannes Maria Witlox (Waalwijk 1861-1934 Moergestel) en Maria Antonia Bressers (Dongen 1858-1927 Moergestel).
Hij werd op 14 juni 1919 tot priester gewijd. Op 12 september 1919 werd hij jaar benoemd tot kapelaan in Goirle.
Op 17 oktober 1920 werd hij benoemd tot viceprefect van het kleinseminarie van 's-Hertogenbosch.
Op 21 september 1928 werd hij benoemd tot directeur van het seminarie Beekvliet te Sint-Michielsgestel.
Op 21 april 1939 werd professor Witlox benoemd tot pastoor van Hoogeloon.
In oktober 1941 werd hij door bisschop Diepen benoemd tot pastoor in de oude parochie van Deurne, als opvolger van de overleden pastoor Roes.
Tijdens zijn pastoraat in Deurne werd hij bijgestaan door de kapelaans:
- Johannes Jacobus Donkers (1910-1972)
- Theodorus Josephus Maria Klijn (1916-2001)
- Antonius Martinus van Oort (1917-1989)
Van 27 oktober 1941 tot 8 september 1945 was hij geestelijk adviseur van het Wit-Gele Kruis Deurne.
Van 1942 tot 1945 was hij geestelijk adviseur van de Boerenbond Deurne.
Zilveren priesterfeest[bewerken | brontekst bewerken]
Pastoor Witlox mocht bij zijn zilveren priesterfeest op woensdag 14 juni 1944 een zilveren ciborie in ontvangst nemen, vervaardigd door de zilversmid Van den Hout uit Weert. In het drijfwerk op de ronde voet is Maria met het kind Jezus afgebeeld. De inscriptie onder de voet luidt:
- Ter gedachtenis aan mijn zilveren priesterfeest 14 juni 1944 A.M.J. Witlox pastoor. A.F. v.d. Hout Weert fecit.
Gezien de tijdsomstandigheden (Tweede Wereldoorlog) werd zijn zilveren priesterfeest zonder veel feestvertoon gevierd. De viering vond voornamelijk binnen het kerkgebouw plaats. In de versierde Sint-Willibrorduskerk werd een plechtige hoogmis opgedragen. Door Mgr. dr. J.H.J.M. Witlox, een broer van de jubilaris, werd een feestpreek gehouden en de Wilbertzangertjes voerden de wisselende gezangen uit. 's Middags werd een plechtig lof gecelebreerd. Pastoor Witlox was een groot Mariavereerder. Daarom vond tijdens het lof de overdracht plaats van de Maria-Vredeskapel, het feestgeschenk van de parochianen aan de jubilaris.
In het kader van het zilveren priesterfeest van de pastoor werd ook voor de schoolkinderen een uitstapje naar de speeltuin in Helmond georganiseerd.[1]
Mariavereerder[bewerken | brontekst bewerken]
Pastoor Witlox bezocht ook enkele malen Johanna (Janske) Gorissen, een indertijd omstreden Noord-Brabantse zieneres en medium. Janske genoot in die jaren in het bisdom Breda, maar ook daarbuiten, grote bekendheid. Bij één van de bezoeken van pastoor Witlox in 1937 zouden bebloede doeken om het hoofd van Janske zich plots gemanifesteerd hebben als de wonden van Jezus Christus doornenkroon. Pastoor Witlox legde daarover de volgende verklaring af:
- Het was juist, of er rondom haar hoofd boven de oogen 'n bloedbron was, waaruit bloed gevloeid was. Dat bloed (donkerrood en blijkbaar nog versch) scheen langzaam gevloeid te zijn, in breedere of smallere straaltjes, langs de slapen, in de oogen, over de wangen. Ook vanuit de mondhoeken liepen een paar straaltjes over het gezicht, en in het kuiltje van den hals juist boven het nachthemd was zelfs een klein plasje bloed te zien. Over het hoofdkussen lag een badhanddoek uitgespreid, onder het hoofd lag dan nog een witte doek, en het bovendeel van het hoofd was met een doek tot juist boven de wenkbrouwen strak omwikkeld. Deze laatste was totaal met bloed doordrenkt, terwijl de doek onder het hoofd ook bevlekt was. [...] Op de schouders en op de borst vertoonden zich op het witte nachthemd verschillende lichtroode plekken, van bloed, dat van onder uit door de kleren was heengedrongen. De handen waren met witte lappen omwonden en juist ter hoogte van de handpalm zag men een bloedvlek. Op den rechterarm, die door den mouw van het nachthemd tot ongeveer 10 cM. boven den pols werd blootgelaten, waren een viertal roode strepen waar te nemen....[2]
Hij blies de Mariaverering in de oude parochie van Deurne nieuw leven in. Tijdens zijn pastoraat werd er elke zaterdagavond in de Sint-Willibrorduskerk een lof ter ere van Maria gecelebreerd waar hij de parochianen in voorging. Dit lof werd opgeluisterd met zang van het Mariakoor met orgelspel van organist Jozef Scheepers.
Afscheid[bewerken | brontekst bewerken]
Na zijn jubileumfeest bleef hij nog maar korte tijd in Deurne want in september 1945 werd hij overgeplaatst naar Eindhoven waar hij rector werd van het Sint-Jozefziekenhuis. Deze overplaatsing was overigens op zijn eigen verzoek. In het memoriaal van de zusters Franciscanessen wordt hierover het volgende meegedeeld:
- De politieke vete die na de oorlogsjaren zijn parochianen in twee scherp tegenover elkander staande partijen verdeelde was deze priester met zijn fijnbesnaarde ziel te machtig. Hij vroeg ontslag aan Monseigneur en bekwam dit.
Bij zijn afscheid werd gememoreerd dat hij de liturgie in al haar pracht in de kerk had hersteld en dat de parochie onder zijn beleid bloeide in een sterke katholieke beleving. Zijn opvolger werd pastoor Van Dinter.
Pastoor Witloxstraat[bewerken | brontekst bewerken]
Van 1963 tot 1965 was er een pastoorswijk in de Houtenhoek, waarvan de straten vernoemd waren naar pastoors die een belangrijke rol in de Deurnese geschiedenis speelden. Ook was er een straat naar pastoor Witlox vernoemd. Uiteindelijk werd in 1965 toch gekozen voor een componistenwijk. Een jaar na zijn afscheid overleed hij als gevolg van een verkeersongeval.
Zie ook het overzicht van pastoors van de parochie Deurne.
Bronnen, noten en/of referenties
|