Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Henricus Donckers (1707-1764): verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
(4 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
{{Infobox persoon | {{Infobox persoon | ||
| naam = Henricus Donckers | | naam = Henricus Donckers | ||
| foto = | | foto = | ||
| tekst = | | tekst = | ||
| volledige naam = | | volledige naam = Henricus Donckers | ||
| roepnaam = | | roepnaam = Hendrik | ||
| geboorteplaats = Gemert | | geboorteplaats = Gemert | ||
| | | doopdatum = 5 juni 1707 | ||
| overl.plaats = Vlierden | | overl.plaats = Vlierden | ||
| overl.datum = 5 januari 1764 | | overl.datum = 5 januari 1764 | ||
Regel 12: | Regel 12: | ||
| beroep(en) = geestelijke, pastoor | | beroep(en) = geestelijke, pastoor | ||
| bidprentje = | | bidprentje = | ||
}}'''Henricus (Hendrik) | }}'''Henricus (Hendrik) Don(c)kers (1707-1764)''' was van 1748 tot aan zijn dood in 1764 [[pastoor van Vlierden]].<ref>In het boek ''[[Vlierdens Verleden 721-1926]]'' wordt als zijn geboortedatum (doopdatum) 17 januari 1716 gegeven, maar dat is de doopdatum van zijn jongere broer Andreas, die later eveneens geestelijke en pastoor werd.</ref> | ||
Hendrik was het tweede kind uit een gezin met twaalf kinderen van Theodorus Jacobs Donckers en Maria Hendrix van der Meulen. Zijn broer Andreas was pastoor in 't Twistje in het Land van Kessel. Zijn zus Maria Anna was de moeder van de latere Deurnese pastoor [[Leonardus Swinkels (1738-1815)|Leonardus Swinkels]]. | |||
Op 4 december 1748 werd hij door de Raad van State toegelaten als pastoor van Vlierden, als opvolger van pastoor [[Peter Willem Wagemans]] of pastoor [[Bertram Witvelt]]. Voor zijn aanstelling in Vlierden was hij vice-pastor in Veghel.<ref>Op 4 februari 1749 vroeg Hendrik Scheij, die tot dan kapelaan in Bakel was, toestemming bij de Raad van State om zich vanwege het vertrek van Hendrik Donkers naar Vlierden als pastoor (in Veghel?) te vestigen. ''Brabants Historisch Informatiecentrum (BHIC) toegang 178 inv.nr. 360 archief Resoluties Raad van State dienstjaar 1749 deel 1 folio 256 verso – dinsdag 4 februari 1749 - regest Henk Beijers.''</ref> | Op 4 december 1748 werd hij door de Raad van State toegelaten als pastoor van Vlierden, als opvolger van pastoor [[Peter Willem Wagemans]] of pastoor [[Bertram Witvelt]]. Voor zijn aanstelling in Vlierden was hij vice-pastor in Veghel.<ref>Op 4 februari 1749 vroeg Hendrik Scheij, die tot dan kapelaan in Bakel was, toestemming bij de Raad van State om zich vanwege het vertrek van Hendrik Donkers naar Vlierden als pastoor (in Veghel?) te vestigen. ''Brabants Historisch Informatiecentrum (BHIC) toegang 178 inv.nr. 360 archief Resoluties Raad van State dienstjaar 1749 deel 1 folio 256 verso – dinsdag 4 februari 1749 - regest Henk Beijers.''</ref> | ||
Op 2 april 1753 diende hij bij de Raad van State een verzoek in om zich | Op 12 maart 1751 kocht pastoor Donckers voor 715 gulden en 15 stuivers van [[Dirk Verdeuseldonk]] het huis tegenover de [[schuurkerk van Vlierden]], waarachter bijna een eeuw later de [[oude pastorie van Vlierden]] gebouwd werd. | ||
Op 2 april 1753 diende hij met succes bij de Raad van State een verzoek in om zich tijdens zijn afwezigheid in Vlierden tijdelijk te laten vervangen door een naburige pastoor. Hij was namelijk aangesteld als executeur testamentair van de nalatenschap van zijn in Gemert overleden zwager Philippus Douven, gehuwd met zijn zus Elisabeth Donkers, en moest daarvoor een aantal zaken regelen.<ref>Brabants Historisch Informatiecentrum (BHIC) toegang 178 inv.nr. 372 Resoluties van de Raad van State dienstjaar 1753 folio 296 – maandag 2 april 1753 - regest Henk Beijers.<br>Idem toegang 7700 Schepenen van Veghel 17 mei 1753 inv.nr. 80 folio 19 t/m 24 - regest Antoon Vissers.</ref> | |||
==De hondjes van de pastoor en een vreemde man== | ==De hondjes van de pastoor en een vreemde man== | ||
Regel 25: | Regel 27: | ||
Jenneke Jan Dirks was als meid bij pastoor Donckers in dienst. Ze moest in 1754 een getuigenverklaring voor de Vlierdense [[schepen]]en afleggen in verband met een mysterieuze inbraak in de [[schuurkerk]]. Op 13 maart van dat jaar ontmoetten de pastoorsmeid en Engelina Vervoordeldonk, toen ze met de twee hondjes van de pastoor aan het wandelen waren, ter hoogte van de [[Hees]] een man van wie Engelina meende dat ze hem kende. Ze sprak hem aan en vroeg waar hij vandaan kwam. Hij antwoordde daarop dat hij uit Gemert kwam en voegde er aan toe dat de hondjes wel op die van de pastoor leken. Ook vroeg hij of ze beten. Engelina kon hem wat dat laatste betreft geruststellen. De man zei dat hij bij de pastoor moest zijn en vroeg of die in de kerk woonde. Pastoorsmeid Jenneke was bang dat de onbekende een slechte tijding vanuit Gemert kwam brengen, maar nu kon de man haar op d'r gemak stellen. De man vervolgde zijn route. Aangekomen bij de kerk sloeg hij echter niet de weg in die leidde naar kerk en de pastorie maar liep gewoon rechtdoor. De wandelende dames wisten niet goed wat ze er van moesten denken en vertrouwden de situatie niet. | Jenneke Jan Dirks was als meid bij pastoor Donckers in dienst. Ze moest in 1754 een getuigenverklaring voor de Vlierdense [[schepen]]en afleggen in verband met een mysterieuze inbraak in de [[schuurkerk]]. Op 13 maart van dat jaar ontmoetten de pastoorsmeid en Engelina Vervoordeldonk, toen ze met de twee hondjes van de pastoor aan het wandelen waren, ter hoogte van de [[Hees]] een man van wie Engelina meende dat ze hem kende. Ze sprak hem aan en vroeg waar hij vandaan kwam. Hij antwoordde daarop dat hij uit Gemert kwam en voegde er aan toe dat de hondjes wel op die van de pastoor leken. Ook vroeg hij of ze beten. Engelina kon hem wat dat laatste betreft geruststellen. De man zei dat hij bij de pastoor moest zijn en vroeg of die in de kerk woonde. Pastoorsmeid Jenneke was bang dat de onbekende een slechte tijding vanuit Gemert kwam brengen, maar nu kon de man haar op d'r gemak stellen. De man vervolgde zijn route. Aangekomen bij de kerk sloeg hij echter niet de weg in die leidde naar kerk en de pastorie maar liep gewoon rechtdoor. De wandelende dames wisten niet goed wat ze er van moesten denken en vertrouwden de situatie niet. | ||
Mogelijk was er een verband tussen deze ontmoeting en het gegeven dat in de daarop volgende nacht op meerdere plaatsen de ramen van de Vlierdense schuurkerk werden vernield en er 's morgens tegen de kerk aan de straatzijde een bij Hendrik van Neerven uit de schuur gestolen ladder werd aangetroffen, kennelijk geplaatst om te proberen via de ''singsolder'' de kerk binnen te komen. | Mogelijk was er een verband tussen deze ontmoeting en het gegeven dat in de daarop volgende nacht op meerdere plaatsen de ramen van de Vlierdense schuurkerk werden vernield en er 's morgens tegen de kerk aan de straatzijde een bij [[Henricus Claessens (1680-1759)|Hendrik Claassen van Neerven]] uit de schuur gestolen ladder werd aangetroffen, kennelijk geplaatst om te proberen via de ''singsolder'' de kerk binnen te komen. | ||
Pastoor Donkers was een bemiddeld man. Bij zijn overlijden was hij eigenaar van een hoeve met de de daarbij horende landerijen in Erp onder Boerdonk. Zijn bezittingen werden toen getaxeerd op 3.060 gulden.<ref>Schepenbank Erp BHIC toegang 7690 inv.nr. 89 foto 273-278 26 januari 1764.</ref> | |||
Als pastoor van Vlierden werd Hendrik Donckers opgevolgd door [[Adam Antonius Verhoeven]]. | Als pastoor van Vlierden werd Hendrik Donckers opgevolgd door [[Adam Antonius Verhoeven]]. |
Huidige versie van 25 okt 2023 om 15:54
Henricus Donckers | ||
Persoonsinformatie | ||
Volledige naam | Henricus Donckers | |
Roepnaam | Hendrik | |
Geboorteplaats | Gemert | |
Doopdatum | 5 juni 1707 | |
Overl.plaats | Vlierden | |
Overl.datum | 5 januari 1764 | |
Beroep(en) | geestelijke, pastoor |
Henricus (Hendrik) Don(c)kers (1707-1764) was van 1748 tot aan zijn dood in 1764 pastoor van Vlierden.[1]
Hendrik was het tweede kind uit een gezin met twaalf kinderen van Theodorus Jacobs Donckers en Maria Hendrix van der Meulen. Zijn broer Andreas was pastoor in 't Twistje in het Land van Kessel. Zijn zus Maria Anna was de moeder van de latere Deurnese pastoor Leonardus Swinkels.
Op 4 december 1748 werd hij door de Raad van State toegelaten als pastoor van Vlierden, als opvolger van pastoor Peter Willem Wagemans of pastoor Bertram Witvelt. Voor zijn aanstelling in Vlierden was hij vice-pastor in Veghel.[2]
Op 12 maart 1751 kocht pastoor Donckers voor 715 gulden en 15 stuivers van Dirk Verdeuseldonk het huis tegenover de schuurkerk van Vlierden, waarachter bijna een eeuw later de oude pastorie van Vlierden gebouwd werd.
Op 2 april 1753 diende hij met succes bij de Raad van State een verzoek in om zich tijdens zijn afwezigheid in Vlierden tijdelijk te laten vervangen door een naburige pastoor. Hij was namelijk aangesteld als executeur testamentair van de nalatenschap van zijn in Gemert overleden zwager Philippus Douven, gehuwd met zijn zus Elisabeth Donkers, en moest daarvoor een aantal zaken regelen.[3]
De hondjes van de pastoor en een vreemde man[bewerken | brontekst bewerken]
Jenneke Jan Dirks was als meid bij pastoor Donckers in dienst. Ze moest in 1754 een getuigenverklaring voor de Vlierdense schepenen afleggen in verband met een mysterieuze inbraak in de schuurkerk. Op 13 maart van dat jaar ontmoetten de pastoorsmeid en Engelina Vervoordeldonk, toen ze met de twee hondjes van de pastoor aan het wandelen waren, ter hoogte van de Hees een man van wie Engelina meende dat ze hem kende. Ze sprak hem aan en vroeg waar hij vandaan kwam. Hij antwoordde daarop dat hij uit Gemert kwam en voegde er aan toe dat de hondjes wel op die van de pastoor leken. Ook vroeg hij of ze beten. Engelina kon hem wat dat laatste betreft geruststellen. De man zei dat hij bij de pastoor moest zijn en vroeg of die in de kerk woonde. Pastoorsmeid Jenneke was bang dat de onbekende een slechte tijding vanuit Gemert kwam brengen, maar nu kon de man haar op d'r gemak stellen. De man vervolgde zijn route. Aangekomen bij de kerk sloeg hij echter niet de weg in die leidde naar kerk en de pastorie maar liep gewoon rechtdoor. De wandelende dames wisten niet goed wat ze er van moesten denken en vertrouwden de situatie niet.
Mogelijk was er een verband tussen deze ontmoeting en het gegeven dat in de daarop volgende nacht op meerdere plaatsen de ramen van de Vlierdense schuurkerk werden vernield en er 's morgens tegen de kerk aan de straatzijde een bij Hendrik Claassen van Neerven uit de schuur gestolen ladder werd aangetroffen, kennelijk geplaatst om te proberen via de singsolder de kerk binnen te komen.
Pastoor Donkers was een bemiddeld man. Bij zijn overlijden was hij eigenaar van een hoeve met de de daarbij horende landerijen in Erp onder Boerdonk. Zijn bezittingen werden toen getaxeerd op 3.060 gulden.[4]
Als pastoor van Vlierden werd Hendrik Donckers opgevolgd door Adam Antonius Verhoeven.
Bronnen, noten en/of referenties
|