Heeft u correcties, aanvullingen of foto's bij een artikel dan kunt u die hier mailen.
Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank!
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis

Poel (Station Deurne)

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
De waterpoel bij het station Deurne.
Foto: collectie Henk van den Broek


Een poel waaruit de watertoren (bij)gevuld kon worden was in 1866 een van de basisvoorzieningen bij de ingebruikname van het stationsemplacement van Deurne.


Het water in het reservoirgebouw op het stationsemplacement van Deurne werd op peil gehouden door water uit de nabijgelegen poel te ontrekken.

De poel bevond zich bij de andere tractie-inrichtingen, zoals de askuil en de watertoren maar grensde ook aan het perceel van hotel Goossens. In de Lijst van objecten aan de spoorweg in de gemeente Deurne is te zien dat de poel, op dezelfde hoogte gesitueerd was als de askuil en watertoren.

Waterhuishouding[bewerken | brontekst bewerken]

De (grond)waterhuishouding rondom de poel bleek echter verre van ideaal. In een schrijven van 20 maart 1931 aan B en W van Deurne beklaagde Jean Goossens zich namelijk over dat “ten gevolge van den vlotten aanvoer van water vanaf Zeilberg en nog meer ten gevolge van den slechte afvoer van water langs 't spoor naar richting Helmond mijn tuin en kelder reeds ruim 4 maanden onder water staat. Beleefd doch dringend verzoek ik Uw college betere afvoer van het water ten spoedigste te willen bevorderen, daar mijn tuin geheel waardeloos wordt en door mij vele kosten moeten worden gemaakt voor dagelijks watervrij maken van mijn woonhuis. Hopende eene gunstige beslissing te mogen vernemen”[1]

B en W zegde toe overleg te zullen plegen met de opzichter van den dienst Weg en Werken der Nederlandsche Spoorwegen om de waterafvoer te verbeteren.

In juli 1931 schrijft de NS in een brief aan B en W van Deurne: "Aangezien de poel nabij station Deurne, waaruit het voor onzen dienst benoodigde water wordt betrokken, in de droge jaargetijden te weinig water bevat, wordt dezerzijds overwogen, teneinde ten allen tijde in de behoefte aan water op het station Deurne te voorzien, om het water vanuit de z.g. Clarinet met een buisleiding onder den parallelweg bij wachtpost 23 en verder door de spoorsloten naar den poel bij het station te voeren, waarbij de noodige afsluiters zullen worden aangebracht om te voorkomen, dat de watertoevoer in den poel te groot wordt.”[2]

B en W antwoordde daarop dat zij geen bezwaar hadden tegen het betrekken van water uit de Clarinet voor de poel bij het station, mits dat op kosten van de spoorwegen zou gebeuren en op voorwaarde dat voor een geregeld waterafvoer in de andere spoorsloten zou worden gezorgd, onder andere aan de duikers bij hotel Goossens, Hotel Linders, de Barrier, de Kleine Bottel enz.[3]

Nog niet vastgesteld is of genoemde buisleiding ook daadwerkelijk is aangelegd.

Gevaar[bewerken | brontekst bewerken]

Nat pak[bewerken | brontekst bewerken]

Dat deze poel bij duisternis een gevaar voor het toenmalig verkeer kon vormen ondervond de burgemeester van Meijel. Toen hij begin maart 1914 in de avonduren vanaf het station in Deurne per fiets naar huis wilde gaan kwam hij in de poel terecht. Met moeite kon hij zich op het droge werken en in het nabijgelegen hotel Goossens van kleding wisselen. Daarna liet hij zich met een rijtuig thuisbrengen. De Zuidwillemsvaart voegde aan het bericht het volgende toe:

Hoevelen er reeds op minder aangename wijze hebben kennis gemaakt met de diepe kuilen aan beide zijden van dien kronkelweg, waar het 's avonds zelfs voor bekenden niet veilig is, weten we niet. En hoe dikwijls er op het gevaar aldaar gewezen is, zelfs in raadsvergaderingen, het heeft niet gebaat, althans afdoende maatregelen zijn er nooit genomen. Maar nu er eens een burgemeester de dupe van geworden is, nu acht men wellicht de tijd gekomen, om te gaan inzien, dat er op die plaats toch nog altijd gevaar en groot gevaar bestaat. Men zal hier toch eindelijk wel maatregelen nemen voor er menschen verdronken zijn.

Verdronken[bewerken | brontekst bewerken]

Jan Evers (1865-1926), zoon van Hendricus Evers (1825-1908) en Josina Munsters (1830-1900), verdronk zaterdag 7 november 1926, na afloop van een feestdiner van het Sint Jorisgilde in deze poel.

De poel is niet meer in gebruik, is echter nooit gedempt. Bij de herstructurering van het stationsgebied in september / oktober 2015 zal de poel, op voorspraak van heemkundekring H.N. Ouwerling, onaangetast blijven.

Bronnen, noten en/of referenties
  1. 20-3-1931 RHC-E toeg. A-3180 Nieuw adm. arch. Deurne inv.nr. 84/58
  2. 8-7-1931 Nieuw adm arch. Deurne inv nr 74/328
  3. 17-7-1931 Nieuw adm arch. Deurne inv nr 74/328