Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Johannes Janssens (1790-1864): verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 16: | Regel 16: | ||
==Familie en gezin== | |||
Johannes was een zoon van [[Joannes Janssen (1758-1812)]] en Henrica Timmermans (1753-1803). Blijkens een aantekening bij zijn doopakte werd hij geboren te ''Lijssel en Neerkant'' en waren zijn doopgetuigen Johannes Smulders en Christina Timmermans. | Johannes was een zoon van [[Joannes Janssen (1758-1812)]] en Henrica Timmermans (1753-1803). Blijkens een aantekening bij zijn doopakte werd hij geboren te ''Lijssel en Neerkant'' en waren zijn doopgetuigen Johannes Smulders en Christina Timmermans. | ||
Hij huwde op 26 april 1824 | Hij huwde op 26 april 1824 in Venray met Dorothea Wenders, (Venray 20 juni 1793 - Deurne 13 december 1862), dochter van Theodorus Wenders (1755-1836) en Henrina Hendrix (1752-1802). | ||
Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren: | Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren: | ||
Regel 29: | Regel 30: | ||
Zijn afgelegen woning aan de uiterste oosthoek van Deurne bracht hem tijdens en door de [[Belgische Opstand]] (1830-1839) geldelijk gewin. De oostgrens van de [[gemeente Deurne en Liessel]] was tevens frontlinie want Limburg koos de kant van de Belgen. Omdat in Deurne, en met name aan de grenzen, veel soldaten gelegerd waren kon hij ook handel met hen drijven. Behalve de consumpties in zijn herberg leverde hij ook kaaren en brandstof aan het leger. In de gemeenterekening over 1831 komen we ander anderen tegen ''aan Johannis Janssen voor kaarsen en brandstoffen ten behoeve der wacht en der binnen deze gemeente gekantonneerde troepen ƒ 116,20''. | Zijn afgelegen woning aan de uiterste oosthoek van Deurne bracht hem tijdens en door de [[Belgische Opstand]] (1830-1839) geldelijk gewin. De oostgrens van de [[gemeente Deurne en Liessel]] was tevens frontlinie want Limburg koos de kant van de Belgen. Omdat in Deurne, en met name aan de grenzen, veel soldaten gelegerd waren kon hij ook handel met hen drijven. Behalve de consumpties in zijn herberg leverde hij ook kaaren en brandstof aan het leger. In de gemeenterekening over 1831 komen we ander anderen tegen ''aan Johannis Janssen voor kaarsen en brandstoffen ten behoeve der wacht en der binnen deze gemeente gekantonneerde troepen ƒ 116,20''. | ||
==Verdrinkingsdood== | |||
Dramatisch dieptepunt in het leven van Johannes Janssens was ongetwijfeld de gelijktijdige verdrinkingsdood van zijn twee oudste zoontjes van zes en vijf jaar oud op 14 maart 1832. Ziehier het verslag dat de burgemeester over deze gebeurtenis maakte: | Dramatisch dieptepunt in het leven van Johannes Janssens was ongetwijfeld de gelijktijdige verdrinkingsdood van zijn twee oudste zoontjes van zes en vijf jaar oud op 14 maart 1832. Ziehier het verslag dat de burgemeester over deze gebeurtenis maakte: | ||
:''Heden om 11 uur v.m. is de burgemeester, op kennisgeving van Johannis Janssen, landbouwer alhier, wonende in de zogenaamde Kraayenhut, gelegen in de Peel aan de scheiding tussen Deurne en Venrooij, vergezeld van de heer C.G. van den Dries, heel- en vroedmeester te Asten, naar diens woning gegaan ter schouwing van de lijken van zijn twee zonen Johannis, oud 6½ jaar, en Hendricus, oud 5 jaar, die gisterenmiddag om ongeveer een uur in een uitgestoken turfkuil, circa 200 passen van zijn woonhuis, onder de jurisdictie Venrooij zijn verdronken.<br>Aldaar zijn afzonderlijk gehoord de voornoemde Johannis Janssen, oud 40 jaar, diens huisvrouw Theodora Wenders, oud 39 jaar, hun dienstmeid Johanna Heiligers, oud 17 jaar, en Willem van de Kerkhof, landbouwer, 54 jaar, allen wonende te Deurne en Liessel.<br>Johannes Janssen ging gistermiddag rond 1 uur zijn kinderen roepen die in de buurt van het huis zijn rundbeesten aan het hoeden waren. Hij kon hen niet vinden en is weer in huis gegaan en zijn vrouw hiervan verwittigd. Hij is weer, samen met zijn vrouw, dienstmeid en Willem van de Kerkhof naar buiten gegaan om de kinderen te zoeken. Korte tijd later hebben zijn vrouw en de dienstmeid de kinderen in een uitgestoken turfkuil op circa 200 passen van de woning, op het grondgebied van Venrooij, levenloos in het water gevonden. Johanna Heiligers heeft toen de jongste uit het water gehaald. Johannes Janssen kwam toegelopen en heeft de oudste uit het water gehaald. Er zijn nog alle mogelijke moeiten aangewend om hem weder tot het leven terug te brengen.'' | :''Heden om 11 uur v.m. is de burgemeester, op kennisgeving van Johannis Janssen, landbouwer alhier, wonende in de zogenaamde Kraayenhut, gelegen in de Peel aan de scheiding tussen Deurne en Venrooij, vergezeld van de heer C.G. van den Dries, heel- en vroedmeester te Asten, naar diens woning gegaan ter schouwing van de lijken van zijn twee zonen Johannis, oud 6½ jaar, en Hendricus, oud 5 jaar, die gisterenmiddag om ongeveer een uur in een uitgestoken turfkuil, circa 200 passen van zijn woonhuis, onder de jurisdictie Venrooij zijn verdronken.<br>Aldaar zijn afzonderlijk gehoord de voornoemde Johannis Janssen, oud 40 jaar, diens huisvrouw Theodora Wenders, oud 39 jaar, hun dienstmeid Johanna Heiligers, oud 17 jaar, en Willem van de Kerkhof, landbouwer, 54 jaar, allen wonende te Deurne en Liessel.<br>Johannes Janssen ging gistermiddag rond 1 uur zijn kinderen roepen die in de buurt van het huis zijn rundbeesten aan het hoeden waren. Hij kon hen niet vinden en is weer in huis gegaan en zijn vrouw hiervan verwittigd. Hij is weer, samen met zijn vrouw, dienstmeid en Willem van de Kerkhof naar buiten gegaan om de kinderen te zoeken. Korte tijd later hebben zijn vrouw en de dienstmeid de kinderen in een uitgestoken turfkuil op circa 200 passen van de woning, op het grondgebied van Venrooij, levenloos in het water gevonden. Johanna Heiligers heeft toen de jongste uit het water gehaald. Johannes Janssen kwam toegelopen en heeft de oudste uit het water gehaald. Er zijn nog alle mogelijke moeiten aangewend om hem weder tot het leven terug te brengen.'' | ||
Dokter Van den Dries kon niet anders dan de verdrinkingsdood constateren. | Dokter Van den Dries kon niet anders dan de verdrinkingsdood constateren. | ||
Aanvankelijk huurde hij de Craijenhut van de familie Goossens | ==Eigendom== | ||
Aanvankelijk huurde hij de Craijenhut van de familie Goossens. | |||
Op 31 december 1834 leende hij, met zijn vrouw, 900 gulden van Francina Vlerks, de weduwe van [[Gerardus van de Mortel (1771-1829)|Gerrit van de Mortel]]. | * Op 8 oktober 1832 kocht hij het huis met 23.412 m² grond voor 880 gulden. | ||
* Op 31 december 1834 leende hij, met zijn vrouw, 900 gulden van Francina Vlerks, de weduwe van [[Gerardus van de Mortel (1771-1829)|Gerrit van de Mortel]]. | |||
Hij was een van de landbouwers die op 13 augustus 1858 ieder een hectare peelgrond van de gemeente huurden om daarop boekweit te telen. Hij betaalde daarvoor ƒ 11,25. | * Hij was een van de landbouwers die op 13 augustus 1858 ieder een hectare peelgrond van de gemeente huurden om daarop boekweit te telen. Hij betaalde daarvoor ƒ 11,25. | ||
* Op 26 januari 1859 leende hij van [[Henricus Theodorus Alouisius van Baar (1827-1878)|Hendrik van Baar]] 1150 gulden. | |||
Op 26 januari 1859 leende hij van [[Henricus Theodorus Alouisius van Baar (1827-1878)|Hendrik van Baar]] 1150 gulden. | * Op 3 februari 1859 kocht hij van Theodorus Jacobs een huis met erf, tuin, bouwland en heide onder Deurne, in sectie F nummers 561, 564, 565 en 535, samen groot 2019 m², voor een bedrag van 530 gulden. | ||
* Op 30 december 1861 kocht hij van de gemeente 3 hectare grond aan de Langstraat en liet daarop een huis bouwen. | |||
Op 3 februari 1859 kocht hij van Theodorus Jacobs een huis met erf, tuin, bouwland en heide onder Deurne, | |||
in sectie F nummers 561, 564, 565 en 535, samen groot 2019 m², voor een bedrag van 530 gulden. | |||
Op 30 december 1861 kocht hij van de gemeente 3 hectare grond aan de Langstraat en liet daarop een huis bouwen. | |||
Op 21 januari 1865 deelden zijn twee zonen de ouderlijke erfgoederen. De Craijenhut ging daarbij naar Antonie en Lourens ontving het nieuw gebouwde huis aan de Langstraat. Het nagelaten onroerend goed werd geschat op 900 gulden. | Op 21 januari 1865 deelden zijn twee zonen de ouderlijke erfgoederen. De Craijenhut ging daarbij naar Antonie en Lourens ontving het nieuw gebouwde huis aan de Langstraat. Het nagelaten onroerend goed werd geschat op 900 gulden. |
Versie van 23 mrt 2019 11:49
Johannes Janssens | ||
Persoonsinformatie | ||
Volledige naam | Johannes Janssens | |
Geboorteplaats | Deurne | |
Doopdatum | 28 augustus 1790 | |
Overl.plaats | Deurne | |
Overl.datum | 20 juni 1864 | |
Partner(s) | Dorothea Wenders (1793-1862) | |
Beroep(en) | landbouwer, herbergier |
Johannes Jans(s)en(s) was landbouwer en herbergier op de Craijenhut aan de Pad of Langstraat.
Familie en gezin
Johannes was een zoon van Joannes Janssen (1758-1812) en Henrica Timmermans (1753-1803). Blijkens een aantekening bij zijn doopakte werd hij geboren te Lijssel en Neerkant en waren zijn doopgetuigen Johannes Smulders en Christina Timmermans.
Hij huwde op 26 april 1824 in Venray met Dorothea Wenders, (Venray 20 juni 1793 - Deurne 13 december 1862), dochter van Theodorus Wenders (1755-1836) en Henrina Hendrix (1752-1802).
Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren:
- Johannis, (Deurne 1 augustus 1825 - Deurne 14 maart 1832).
- Hendricus, (Deurne 9 januari 1827 - Deurne 14 maart 1832).
- Antonius, (Deurne 8 september 1828 - Deurne 12 december 1897). Hij huwde met Josina Croijmans (1840-1907).
- Lourens, (Deurne 22 juli 1830 - Deurne 21 maart 1892), landbouwer. Hij huwde met Petronella Beijers (1829-1896).
- Theodora. (Deurne 12 april 1834 - Deurne 5 maart 1854). Zij was naaister. Zij bleef ongehuwd.
Zijn afgelegen woning aan de uiterste oosthoek van Deurne bracht hem tijdens en door de Belgische Opstand (1830-1839) geldelijk gewin. De oostgrens van de gemeente Deurne en Liessel was tevens frontlinie want Limburg koos de kant van de Belgen. Omdat in Deurne, en met name aan de grenzen, veel soldaten gelegerd waren kon hij ook handel met hen drijven. Behalve de consumpties in zijn herberg leverde hij ook kaaren en brandstof aan het leger. In de gemeenterekening over 1831 komen we ander anderen tegen aan Johannis Janssen voor kaarsen en brandstoffen ten behoeve der wacht en der binnen deze gemeente gekantonneerde troepen ƒ 116,20.
Verdrinkingsdood
Dramatisch dieptepunt in het leven van Johannes Janssens was ongetwijfeld de gelijktijdige verdrinkingsdood van zijn twee oudste zoontjes van zes en vijf jaar oud op 14 maart 1832. Ziehier het verslag dat de burgemeester over deze gebeurtenis maakte:
- Heden om 11 uur v.m. is de burgemeester, op kennisgeving van Johannis Janssen, landbouwer alhier, wonende in de zogenaamde Kraayenhut, gelegen in de Peel aan de scheiding tussen Deurne en Venrooij, vergezeld van de heer C.G. van den Dries, heel- en vroedmeester te Asten, naar diens woning gegaan ter schouwing van de lijken van zijn twee zonen Johannis, oud 6½ jaar, en Hendricus, oud 5 jaar, die gisterenmiddag om ongeveer een uur in een uitgestoken turfkuil, circa 200 passen van zijn woonhuis, onder de jurisdictie Venrooij zijn verdronken.
Aldaar zijn afzonderlijk gehoord de voornoemde Johannis Janssen, oud 40 jaar, diens huisvrouw Theodora Wenders, oud 39 jaar, hun dienstmeid Johanna Heiligers, oud 17 jaar, en Willem van de Kerkhof, landbouwer, 54 jaar, allen wonende te Deurne en Liessel.
Johannes Janssen ging gistermiddag rond 1 uur zijn kinderen roepen die in de buurt van het huis zijn rundbeesten aan het hoeden waren. Hij kon hen niet vinden en is weer in huis gegaan en zijn vrouw hiervan verwittigd. Hij is weer, samen met zijn vrouw, dienstmeid en Willem van de Kerkhof naar buiten gegaan om de kinderen te zoeken. Korte tijd later hebben zijn vrouw en de dienstmeid de kinderen in een uitgestoken turfkuil op circa 200 passen van de woning, op het grondgebied van Venrooij, levenloos in het water gevonden. Johanna Heiligers heeft toen de jongste uit het water gehaald. Johannes Janssen kwam toegelopen en heeft de oudste uit het water gehaald. Er zijn nog alle mogelijke moeiten aangewend om hem weder tot het leven terug te brengen.
Dokter Van den Dries kon niet anders dan de verdrinkingsdood constateren.
Eigendom
Aanvankelijk huurde hij de Craijenhut van de familie Goossens.
- Op 8 oktober 1832 kocht hij het huis met 23.412 m² grond voor 880 gulden.
- Op 31 december 1834 leende hij, met zijn vrouw, 900 gulden van Francina Vlerks, de weduwe van Gerrit van de Mortel.
- Hij was een van de landbouwers die op 13 augustus 1858 ieder een hectare peelgrond van de gemeente huurden om daarop boekweit te telen. Hij betaalde daarvoor ƒ 11,25.
- Op 26 januari 1859 leende hij van Hendrik van Baar 1150 gulden.
- Op 3 februari 1859 kocht hij van Theodorus Jacobs een huis met erf, tuin, bouwland en heide onder Deurne, in sectie F nummers 561, 564, 565 en 535, samen groot 2019 m², voor een bedrag van 530 gulden.
- Op 30 december 1861 kocht hij van de gemeente 3 hectare grond aan de Langstraat en liet daarop een huis bouwen.
Op 21 januari 1865 deelden zijn twee zonen de ouderlijke erfgoederen. De Craijenhut ging daarbij naar Antonie en Lourens ontving het nieuw gebouwde huis aan de Langstraat. Het nagelaten onroerend goed werd geschat op 900 gulden.