Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Orgel in Gerarduskerk Walsberg
Het orgel in de Gerarduskerk van Walsberg was een Maarschalkerweerdorgel dat in 1952 werd overgenomen van de parochie Zeilberg. [1]
Aanschaf door Walsberg[bewerken | brontekst bewerken]
Op een zaterdagmorgen van 1952 besloot de Norbertijner pater Clemens van den Berg vanuit de abdij van Heeswijk per fiets zijn vriend pastoor Marinus van de Ven in de Walsberg te bezoeken. Tijdens dit bezoek kwam het aanbod van de Zeilbergse pastoor ter sprake tot verkoop van een versleten pijporgel. Pastoor Van de Ven had het aanbod afgeslagen onder het motto “wat een ander laat liggen, raap ik niet op”. Ook het overleg met het kerkbestuur op 7 februari 1952 leverde hetzelfde resultaat op. Toch haalde Van den Berg pastoor Van de Ven over om naar Zeilberg te fietsen. Afgesproken werd uiteindelijk dat Van den Berg Hubert Schreurs van Adema/Schreurs Orgelbouw uit Amsterdam zou sturen.
Na diens bezoek aan Zeilberg gaf Schreurs de toezegging dat hij 1.000 gulden boven de vraagprijs van 1.815 gulden zou betalen om het orgel over te nemen als men geen toestemming tot aanschaf mocht krijgen van het bisdom.
In de kerkbestuurvergadering van 6 juni 1952 werd om die reden tot de aanschaf besloten. Echter pastoor W.A. Donkers uit Zeilberg had tussentijds het orgel verkocht aan Pels Orgelbouw Alkmaar. Na contact met de firma Pels kon deze alsnog accoord gaan met het bod van 1.850 gulden onder de toezegging dat de Walsbergse parochianen zélf het orgel in Zeilberg binnen 14 dagen zouden afbreken en was de koop rond.
Volgens de notulen van het Zeilbergse kerkbestuur was het orgel voor 29 juni verwijderd daar het nieuwe orgel toen bijna klaar was. Het orgel werd opgeslagen bij Fons van den Berkmortel aan de Walsbergseweg 9.
Kerkaanpassing[bewerken | brontekst bewerken]
Aannemer Lutters was eind april met de verbouwing van de kerk gestart. Besloten werd om, vanwege de aanschaf van het orgel, het zangkoor twee meter dieper te maken dan op tekening stond. De kosten van de orgelaanschaf en het restauratiewerk werd op verzoek als meerwerk in de aanneemsom opgevoerd.
Restauratie[bewerken | brontekst bewerken]
Begin november moesten de koeien op stal en om die reden verhuisde het orgel naar de kerk. Tevens werd op 24 november 1952 een contract tussen het kerkbestuur en Adema/Schreurs orgelbouw gesloten om het orgel te restaureren, uit te breiden en te plaatsen vóór Pasen 1953 à raison van 7.525 gulden.
De uitbreiding bestond uit:
- Van 5 ½ naar 12 registers.
- Vervanging 18-tonig pedaal naar 27-tonig vrij pedaal.
- Toevoeging recietmanuaal.
- Ombouw windvoorziening en voorzien van elektromotor.
Albert de Klerk, stadsorganist van Haarlem, keurde het orgel na installatie. Op zondag 2 augustus 1953 om vijf uur volgde de officiële inspeling middels een orgelconcert door de Haarlemse stadsorganist Albert de Klerk. Pastoor Van de Ven zegende het orgel in.
Oorspronkelijke herkomst[bewerken | brontekst bewerken]
- In de kerkbestuursvergadering van Zeilberg van 19 juni 1926 werd destijds besloten het op proef genomen orgel te behouden. Dit werd aangeschaft buiten bezwaar van de kerkekas. Waarschijnlijk was de familie van pastoor M.J.Piggen, pastoor in Zeilberg van 1914 tot 1943, vermogend en nam deze meerdere transacties voor haar rekening.
- Op 1 april 1944 werd in Zeilberg een Orgelfonds wordt opgericht, waarschijnlijk met het oog op de technische staat van het orgel.
- Op 1 februari 1948 werd besloten om de bisschop voor te stellen het versleten orgel te verkopen. Hierover zijn aantekeningen gemaakt door G.J. van Aalst, die van 1943 tot 1951 pastoor van Zeilberg was.
- Op 2 maart 1952 kwam het plan op tafel tot het bestellen van een nieuw orgel bij de firma Pels, waar ook het oude orgel vandaan kwam.
- In 1952 werd het orgel verkocht aan de parochie Walsberg. De naam Maarschalkerweerd werd toen in het binnenwerk aangetroffen. Echter in 1978 kon men deze niet meer vinden.
- Stulting & Maarschalkerweerd Orgelbouw te Utrecht bestond van 1840 tot 1848.
- Maarschalkerweerd Orgelbouw Utrecht bestond van 1849 tot 1917.
- Uit de archieven blijkt dat firma Pels in 1926 een tweedehands orgel verkocht aan Zeilberg en een nieuw orgel verkocht aan de zusters van O.L. Vrouw aan de Zuidsingel te Amersfoort, waarbij een oud orgel werd ingeruild.
- Als beide orgels identiek zijn, bevestigt de opmerking van E. Grégoir op pag. 143 van zijn in 1865 te Antwerpen uitgegeven boek “Historique de la facture et des facteurs d’orgues”, zijnde “1846 Orgue au pensionnat d’Amersfoort de sept jeux”, dat dit orgel uit 1926 is. De Zusters van O.L. Vrouw Amersfoort bevestigden de aanschaf van het nieuwe orgel maar weigerden toegang tot de archieven.
Bewijsvoering[bewerken | brontekst bewerken]
Dat beide gebruikte orgels hetzelfde instrument zouden zijn is waarschijnlijk, omdat:
- Van beiden vaststaat dat de bouwer Maarschalkerweerd is.
- Het Walsbergs orgel grote gelijkenis vertoont met o.a. het Maarschalkerweerdorgel in Haastrecht en Houten, beide ook gebouwd in 1846.
- Het Walsbergs orgel ook om andere, bovengenoemde redenen moet stammen uit rond 1846.
- Het Walsbergs orgel bij zijn komst uit de Zeilberg weliswaar 5 ½ register telde, maar voorzien was van de originele windlade welke ruimte biedt voor 7 registers, conform de opmerking “sept jeux” uit het boek van Grégoir.
Met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid is komen vast te staan dat het Walsbergs orgel stamt uit 1846 en werd gebouwd door Stulting & Maarschalkerweerd te Utrecht.
Actuele status[bewerken | brontekst bewerken]
Na het sluiten van de St. Gerardus-Majellakerk in november 2009 werd nog getracht het orgel elders onder te brengen zoals blijkt uit de Nieuwsbrief van de Parochie van de Heilige Willibrord gedateerd januari 2010.
- Grote zorg is de toekomst van het Stulting-Maarschalkerweerd-orgel. Het is een fraai instrument, met een rijke Deurnese traditie (vanaf 1926 in Zeilberg, 1953 in Walsberg). Als koororgel zou het in de St. Willibrorduskerk aan de Markt goed kunnen functioneren (in plaats van het Pelsorgel). De restauratiekosten zijn echter hoog. Bij de restauratie van het Smitsorgel, die nu bezig is, heeft het parochiebestuur al gesteld dat de parochie de kosten ervan niet kan opbrengen. Dat geldt voor het Walsbergse orgel evenzo. Waarschijnlijk wordt het orgel voor langere tijd opgeslagen.
Dat laatste is ook gebeurd. Het Walsbergse orgel is opgeslagen bij Verschueren Orgelbouw in afwachting van wellicht ooit een restauratie en een herplaatsing op een plek die het verdient. Restauratie kost ongeveer 100.000 euro. Daarbij wordt het orgel dan teruggebracht naar de situatie van 1893.
Het orgel is eigendom van de parochie Heilige Willibrord Deurne.
Literatuur en referenties[bewerken | brontekst bewerken]
Bij de samenstelling van zijn werk "Het Walsbergs Orgel" werd door L.T.M. Verbeek gebruik gemaakt van de volgende bronnen:
- M. v.d. Ven, emeritus-pastoor
- Notulen kerkbestuur St. Willibrord, Zeilberg
- Notulen kerkbestuur St. Gerardus, Walsberg
- Archief Zusters O.L. Vrouw, Amersfoort
- Bischoppelijk archief, ’s-Hertogenbosch
- T. Keunen, organist, Zeilberg
- M. Keunen, organist, Zeilberg
- ”De Mixtuur”, uitgave januari 1973
- Archief gemeente Utrecht.
Referenties
|