Heeft u correcties, aanvullingen of foto's bij een artikel dan kunt u die hier mailen.
Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank!
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis

Vroegere oppervlaktematen

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Versie door Pieter K (overleg | bijdragen) op 5 mrt 2022 om 20:47
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De vroegere oppervlaktematen zijn voor de tegenwoordige mens dikwijls moeilijk te begrijpen en moeilijk te herleiden tot de hedendaagse maten.


Met de invoering van het metriek stelsel, een van de verworvenheden van de Franse Revolutie, kwam er zowel nationaal als internationaal eenheid in de oppervlaktematen.

In Deurne en Vlierden hanteerde men voor die tijd meestal de begrippen bunder, lopense(n), roeden, ellen, voeten en duimen. Deze begrippen werden ook wel elders gehanteerd maar deze eenheden hoefden niet persé overal dezelfde grootte uit te drukken.

Vlierden en Deurne lagen in het kwartier van Peelland, een van de vier kwartieren van de Meierij van 's-Hertogenbosch. Daarom richtte men zich hier op de maten zoals die in Den Bosch gehanteerd werden, de zogeheten Bossche maat. De lopense of lopenzaat zou afkomstige zijn van het oppervlak land dat men met één zaaikorf graan kon bezaaien.

Over de landmaten die men hier gebruikte, worden we geïnformeerd in een schrijven van 18 september 1806 van de Deurnese dorpsbestuurders aan de Raad van Financiën in het departement Brabant.[1] Daarin werden de volgende verklaringen gegeven:

A. De landmaat die men alhier gewoon is te gebruiken is Bossche maat, waarvan den voet is verdeeld in tien duimen, welke tien duimen Bosch elf duimen Rijnlandsche maat uitmaakt.
B. De Bossche roede bestaat uit twintig Bossche voeten en een Rijnlandsche roede uit twaalf Rijnlandsche voeten.
C. De oppervlakte der landerijen met een maatstaf afgemeeten verdeeld wordende dragen den naam van bunders, zillen en lopensen, doende een bunder acht loopensen, eene zille twee loopensen en een lopensen vijftig roeden.
D. Een roede is twintig Bossche voeten in het vierkant en een voet tien duimen in het vierkant.

Bij de invoering van het kadaster in 1832 werden de oude landmaten als volgt omschreven

Omrekening van de oude naar de nieuwe maten
in Deurne bij de invoering van het kadaster
Oude landmaat Bestaande uit
oude maat
In decimale stelsel
morgen 6 lopenzaten 9930,69059148 m²
lopenzaat
(lo(o)pense
50 vierkante roeden 1655,11509858 m²
roede
(oppervlaktemaat)
33,1 m²
roede
(lengtemaat)
20 Bossche voeten 5,753460 m
voet
(lengtemaat)
20 Bossche duimen 0,287673 m
duim 10 Bossche lijnen 0,028767 m

Tegenwoordig worden binnen het metrieke stelsel nog steeds de begrippen hectare, afgekort ha (10.000 m²), are (100 m²) en centiare (1 m²) gebruikt. dikwijls aangeduid met punten tussen de honderdtallen, zo is 2.50.00 ha de aanduiding voor 2,5 hectare of 25.000 m². Bij de invoering van het kadaster gebruikte men aanvankelijk andere benamingen, zoals in onderstaande tabel is aangegeven.

Omrekeningtabel van de oppervlaktematen bij de invoering van het kadaster
Benaming in 1820 Huidige benaming Grootte (m²) Overeenkomstige vroegere maat in Deurne
Nederlandsche bunder hectare 10.000 m² 1 morgen, 2 roeden, 37 voeten, 51 duimen, 76 lijnen
= 6 lopenzaten, 2 roeden, 37 voeten, 51 duimen
Nederlandsche roede are 100 m² 3 roeden, 8 voeten, 37 duimen
= 1288 voeten, 36 duimen
Vierkante el vierkante meter 1 m² 12 voeten, 8 duimen, 37 lijnen
= 1208 duimen, 37 lijnen
Bronnen, noten en/of referenties
  1. BHIC toegangsnummer 16 Bestuursinstellingen 1795-1814 inv.nr. 335.