Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Peelstraat 8
Op het voormalig adres Peelstraat 8 aan de vroegere Peelstraat stond een na de oorlog gebouwde dubbele noodwoning, schuin achter het in september 1944 kapot geschoten huis van Antoon Janssen.
In de hoofdwoning huisden Toon en Nelia Janssen-Kuunders met hun vijf kinderen. In de kleinere tweede noodwoning zat zijn moeder Truike, de weduwe van Dorus Janssen, die daarvoor bij de familie Janssen inwoonde.
Later woonden in de noodwoningen Dries en Nel Rooijmans-van der Heijden en Jan Koolen.
Ook schoonzoon Martien Verbakel, gehuwd met dochter Door Janssen, woonde hier.
De gemeente kocht de gebouwen in 1970 en sloopte ze rond 1972 om plaats te maken voor de nieuwe wijk Koolhof.
Het vooroorlogse huis
Bij de invoering van het kadaster in 1832 was het perceel grond, kadastrale sectie E 286, nog als bouwland in gebruik en eigendom van de kinderen van Gerardus Aarts. Later werd perceel achtereenvolgens eigendom van Godefridus van Kol, gehuwd met een kleindochter van Gerardus Aarts, en hun schoonzoon Henricus Munsters. Munster liet kort voor 1887 op het perceel een huis met werkplaats bouwen. Op 6 juli 1887 verkocht Munsters het huis met 1590 m² grond bij een openbare veiling in de herberg van Antoon Brangers voor 195 gulden aan de Deurnese venter Machiel van Distel. Het pand werd toen gesplitst in twee afzonderlijke woonhuizen. Petronella Kusters, de weduwe van Machiel van Distel, nam enkele weken na het overlijden van haar man bij molenaar Theodorus Goossens een hypotheek van 150 gulden op het huis en nog enkele percelen grond. Kort daarna verkocht ze de twee woonhuizen aan Hendricus van de Beek. Rond 1917 verkocht Van de Beek het geheel aan Dorus Janssen.