Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Jozef Gielen (1889-1976): verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 37: | Regel 37: | ||
# [[Theodorus Gielen (1933)|Theodorus Theo)]], (Liessel 23 december 1933) | # [[Theodorus Gielen (1933)|Theodorus Theo)]], (Liessel 23 december 1933) | ||
Sjef was als veenarbeider werkzaam bij het Gemeentelijk Veenbedrijf. Hij woonde met zijn | Sjef was als veenarbeider werkzaam bij het Gemeentelijk Veenbedrijf. Hij woonde met zijn vrouw Door en tien kinderen dicht bij zijn werk, aan de rand van de Peel. Ze waren door een woningruil in het bezit gekomen van twee buunder grond aan de toenmalige Kanaalstraat L.99 (vanaf 1950 veranderd in Kruisvennerweg 4), zodat ze zelf koren, groenten en fruit hadden. Om de kachel te stoken had Sjef zijn eigen peelveldje. Ze bakten hun eigen brood, hadden zelf kippen en een geit en kochten de rest van de levensmiddelen op de pof bij de kruidenier in het dorp. | ||
Zoals bij veel Liesselse gezinnen heeft de [[Tweede Wereldoorlog]] ook bij het gezin van Sjef Gielen diepe sporen nagelaten. Op vrijdagmorgen 27 oktober 1944 rond zes uur breekt de hel los als de Duitsers vanuit Helenaveen een tegenaanval inzetten richting Asten. Omdat de Amerikanen de weg van Liessel naar Neerkant bezet houden komt het huis van Sjef Gielen midden in de vuurlinie. Vanwege heftige beschietingen en ontploffende granaten vluchten Sjef en Door met vijf van hun kinderen de kelder van hun huis in. De volgende dag krijgen ze daar gezelschap van enkele Duitse soldaten die eveneens beschutting zoeken voor de schietende tanks. | |||
Als er door Amerikaanse tanks op de kelder van het huis wordt geschoten, vlucht moeder Door met de drie jongste kinderen naar de schuilkelder die Sjef eerder had gemaakt, maar omdat deze vol schuilende Duitsers zit rennen ze verder naar buurman Peerke Berkers. Sjef vindt met twee oudere kinderen nog wel plaats in zijn schuilkelder. Samen met dertien kinderen van Peerke Berkers rennen Door en haar drie kinderen naar een schuilkelder in de buurt. Tijdens deze vlucht raken één van haar zoons en enkele kinderen Berkers gewond, terwijl een van hen dodelijk wordt getroffen zoals de volgende dag blijkt. Dan slaat het noodlot verder toe. Er valt een voltreffer op de schuilkelder, waarbij nog eens twee kinderen Berkers op slag gedood worden. Door wordt met haar kinderen en de kinderen Berkers met hulp van de Duitsers naar de Hoge Brug over het Deurnese kanaal gebracht, van waar de gewonde kinderen naar het ziekenhuis in Venlo worden vervoerd. Sjef is inmiddels met zijn twee kinderen door de weilanden richting Asten gevlucht. Pas tegen Sinterklaas wordt het gezin van Sjef Gielen met elkaar herenigd. | |||
Sjef en Door waren uiteindelijk 58 jaar getrouwd, woonden in [[Liessel]] [[Heide]] C.165, 145a, F.5 en E.94. Daarna verhuisden zij naar de [[Liesselscheweg]] C.51, [[Kanaal]] F.159 en vervolgens de [[Heitrakschedijk]] F.171 en Heide L.99. Vier van hun kinderen [[Deurnese emigranten|emigreerden]] naar Nieuw-Zeeland. Zoon Jan is op 11 mei 1940 om het leven gekomen in Someren bij beschietingen door Duitse soldaten op vluchtende Nederlandse militairen na de oversteek over Sluis 11. Hij ligt op het kerkhof in Someren begraven. Zoon Frans heeft in 1982 het verzetsherdenkingskruis ontvangen. Sjef en Door zijn eind jaren vijftig van de vorige eeuw verhuisd naar een woning aan de Molenweg en hebben hun laatste jaren doorgebracht in een bejaardenwoning van het verzorgingstehuis de Nieuwe Erve. | |||
==Onderscheiding== | ==Onderscheiding== |
Versie van 21 sep 2020 09:26
Jozef (Sjef) Gielen (1889-1976) trok 54 jaar lang als veenarbeider en werknemer van het Gemeentelijk Veenbedrijf met zijn oplegger, stikker en bonkschop naar de Peel.
Sjef was het vijfde kind uit het gezin van de landbouwer Jacobus Gielen (1843-1915) en Antonia Hoebergen (1856-1925).
Hij huwde op 11 mei 1918 in Deurne met Theodora (Door) Goorts, (Deurne 16 januari 1892 - Liessel 11 mei 1982), dochter van Johannes Wilhelmus Goorts (1856-1937) en Francina Hermans (1862-1946).
Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren:
- Jacobus (Sjaak), (Liessel 30 januari 1919)
- Johannes (Jan), (Liessel 8 januari 1920 - Someren 11 mei 1940). Zie oorlogsslachtoffers
- Antonius (Toon), (Liessel 8 maart 1921 - 7 april 2014). Hij huwde met Maria Johanna (Miet) van Veghel (1923-1988).
- Franciscus (Frans), (Liessel 14 juli 1922 - Nieuw-Zeeland 11 augustus 1987). Hij emigreerde na de oorlog naar Nieuw-Zeeland.
- Theodora (Dora), (Liessel 15 februari 1925)
- Gerardus (Grard), (Liessel 12 september 1926)
- Maria, (Liessel 28 april 1928). Zij huwde met Herman van de Ward.
- Joseph (Jozef), (Liessel 6 juni 1930)
- Antonia (Tonia), (Liessel 5 februari 1932). Zij huwde met Jan Weijenborg (1928-2013).
- Theodorus Theo), (Liessel 23 december 1933)
Sjef was als veenarbeider werkzaam bij het Gemeentelijk Veenbedrijf. Hij woonde met zijn vrouw Door en tien kinderen dicht bij zijn werk, aan de rand van de Peel. Ze waren door een woningruil in het bezit gekomen van twee buunder grond aan de toenmalige Kanaalstraat L.99 (vanaf 1950 veranderd in Kruisvennerweg 4), zodat ze zelf koren, groenten en fruit hadden. Om de kachel te stoken had Sjef zijn eigen peelveldje. Ze bakten hun eigen brood, hadden zelf kippen en een geit en kochten de rest van de levensmiddelen op de pof bij de kruidenier in het dorp.
Zoals bij veel Liesselse gezinnen heeft de Tweede Wereldoorlog ook bij het gezin van Sjef Gielen diepe sporen nagelaten. Op vrijdagmorgen 27 oktober 1944 rond zes uur breekt de hel los als de Duitsers vanuit Helenaveen een tegenaanval inzetten richting Asten. Omdat de Amerikanen de weg van Liessel naar Neerkant bezet houden komt het huis van Sjef Gielen midden in de vuurlinie. Vanwege heftige beschietingen en ontploffende granaten vluchten Sjef en Door met vijf van hun kinderen de kelder van hun huis in. De volgende dag krijgen ze daar gezelschap van enkele Duitse soldaten die eveneens beschutting zoeken voor de schietende tanks.
Als er door Amerikaanse tanks op de kelder van het huis wordt geschoten, vlucht moeder Door met de drie jongste kinderen naar de schuilkelder die Sjef eerder had gemaakt, maar omdat deze vol schuilende Duitsers zit rennen ze verder naar buurman Peerke Berkers. Sjef vindt met twee oudere kinderen nog wel plaats in zijn schuilkelder. Samen met dertien kinderen van Peerke Berkers rennen Door en haar drie kinderen naar een schuilkelder in de buurt. Tijdens deze vlucht raken één van haar zoons en enkele kinderen Berkers gewond, terwijl een van hen dodelijk wordt getroffen zoals de volgende dag blijkt. Dan slaat het noodlot verder toe. Er valt een voltreffer op de schuilkelder, waarbij nog eens twee kinderen Berkers op slag gedood worden. Door wordt met haar kinderen en de kinderen Berkers met hulp van de Duitsers naar de Hoge Brug over het Deurnese kanaal gebracht, van waar de gewonde kinderen naar het ziekenhuis in Venlo worden vervoerd. Sjef is inmiddels met zijn twee kinderen door de weilanden richting Asten gevlucht. Pas tegen Sinterklaas wordt het gezin van Sjef Gielen met elkaar herenigd.
Sjef en Door waren uiteindelijk 58 jaar getrouwd, woonden in Liessel Heide C.165, 145a, F.5 en E.94. Daarna verhuisden zij naar de Liesselscheweg C.51, Kanaal F.159 en vervolgens de Heitrakschedijk F.171 en Heide L.99. Vier van hun kinderen emigreerden naar Nieuw-Zeeland. Zoon Jan is op 11 mei 1940 om het leven gekomen in Someren bij beschietingen door Duitse soldaten op vluchtende Nederlandse militairen na de oversteek over Sluis 11. Hij ligt op het kerkhof in Someren begraven. Zoon Frans heeft in 1982 het verzetsherdenkingskruis ontvangen. Sjef en Door zijn eind jaren vijftig van de vorige eeuw verhuisd naar een woning aan de Molenweg en hebben hun laatste jaren doorgebracht in een bejaardenwoning van het verzorgingstehuis de Nieuwe Erve.
Onderscheiding
Omdat hij meer dan vijftig jaar in dienst was van het Gemeentelijk Veenbedrijf mocht hij op 17 juni 1950 de eremedaille in brons in de Orde van Oranje-Nassau in ontvangst nemen. Het koninklijk besluit daarvan werd op 23 mei 1950 genomen.
De merkwaardige aanbevelingsbrief bij de aanvraag van de onderscheiding, geschreven door de directeur van het veenbedrijf aan de burgemeester van Deurne luidde als volgt.
- Op elfjarige leeftijd in het jaar 1900 is J. Gielen in dienst van het Veenbedrijf gekomen. Met zijn vader moest hij toen iedere morgen te voet naar de peel en in de zomermaanden werd er dan minstens 10 uur per dag gewerkt. Vanaf december tot Pasen moesten de jongens 's morgens naar de Catechismus, dus met broodzak (knik) op de rug eerst naar de Catechismus en daarna naar de peel. Dit moest men ieder jaar op dezelfde tijd, totdat men de 3e Communie had gedaan. Uur- of accoordlonen bestonden toen niet. Er werden daglonen betaald. Deze waren voor volwassenen in de zomermaanden bij minstens 10 uren werken f 1,20 per dag, daarna tot Allerheiligen f 0,90. Na Allerheiligen werd met het graven van Bolsterturf begonnen, waarvoor dan een prijs werd vastgesteld. De jeugdige arbeiders (jongens) kregen dan f 0,30 per dag. Na beëindiging van het werk op Zaterdag was Sjef leerling barbier bij Piet van Otterdijk ("Piet Schoen"). Sjef voelde echter meer voor de Veenderij en zei daarom het kappersvak na een poos vaarwel. Zoals bijna alle veenarbeiders was Sjef een goede stroper. Menige haas of konijn hebben de dood gevonden in zijn strikken, maar jachtopziener Boerenkamps heeft ook menigmaal Sjef bekeurd en geverbaliseerd. In 1918 werd in Liessel de Land- en Veenarbeidersbond "St. Deus Dedit" opgericht, waarvan Gielen als bestuurslid werd gekozen, welke functie hij vele jaren heeft waargenomen. Gielen was een goede organisatieman, die steeds eerlijk en oprecht voor zijn bond uitkwam. Verder kan gezegd worden dat G. altijd een goed, ijverig en vertrouwd veenarbeid is geweest, die alle werkzaamheden steeds nauwgezet uitvoerde en dit thans nog doet.[1]
Overtreding
Hij werd op 2 januari 1908 door het Kantongerecht Helmond veroordeeld tot vijf dagen hechtenis voor het overtreden van de jachtwet.
Bronnen, noten en/of referenties
|