Heeft u correcties, aanvullingen of foto's bij een artikel dan kunt u die hier mailen.
Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank!
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis

August Grashof (1825-1898): verschil tussen versies

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Nieuwe pagina aangemaakt met ''''August Grashof''' was een Duitse dominee die tussen 1860 en 1883 met regelmaat een groep protestantse Duitse turfstekers in de Peel bezocht. en daarvan vers...')
 
k (Fien Verrijt heeft pagina August Grashof hernoemd naar August Grashof (1825-1898): geboorte en overlijdensjaar toegevoegd.)

Versie van 3 okt 2019 20:55

August Grashof was een Duitse dominee die tussen 1860 en 1883 met regelmaat een groep protestantse Duitse turfstekers in de Peel bezocht. en daarvan verslag deed aan het Rijnlands-Westfaalse missie-comité.


Hij was predikant te Süchteln bij Viersen, een kleine twintig kilometer achter Venlo, en had aandacht voor de zielzorg van de Duitse gereformeerden uit Ladbergen in het Tecklenburger land, een protestantse enclave tussen het katholieke Münster en Osnabrück, die naar de Peel getrokken waren om hier de kost te verdienen.

Ed van de Kerkhof schreef over deze dominee en zijn nagelaten geschriften in het Eindhovens Dagblad van 17 januari 2007 een uitgebreid artikel onder de kop Dominee in het veen.

In een van zijn verslagen noemde de dominee een zekere Aufdenherr die al meer dan veertig seizoenen in het Nederlandse veen had gewerkt, eerst bij Dedemsvaart in Overijssel en daarna in Brabant. So Gott will und wir leben, muss seinerzeit das Jubiläum dieses Veteranen auf Helenaveen gefeiert werden, schreef de dominee.

De beste arbeiders konden in het Brabantse veen dagelijks tot vijf Mark verdienen - het dubbele van het Nederlandse dagloon - maar er moest wel doorgewerkt worden. Wie de drie Mark niet haalde hoefde het jaar daarop niet terug te komen.

Diese Arbeiter graben und stechen von früh drei Uhr bis abends acht Uhr, mit einziger Essenspause von einer halben Stunde, und das in den nassen Tolfgruben, zo noteerde de dominee. Het interieur van de woonketen beschreef hij als volgt:

Denn so eine Torfgräberkeet ist ein gar bescheidenes Domizil, der Fußboden die bloße Erde, der Lichtzutritt allein durch die offengelassene Tür, rings an den Wänden westfälische Schinken zur Nahrung, mein Sitz, die Torffeuerung allzu warm im Rücken, eine rohe Bank, denn sitzen mußte ich schon, um wenigstens einiges Licht zum Lesen zu haben, und sitzen mußten meine Hörer vollends als ermüdet von der langen Tagesarbeit.

Zijn eerste reis naar Helenaveen maakte dominee Grashof in het voorjaar van 1860. In de turfkeet preekte hij dat jaar over Jesaja, hoofdstuk 35.

Jaren later sprak hij over de Poesie van das Moor in seiner düster öden Ursprünglichkeit - de schoonheid van het veen in zijn sombere, verlaten oorspronkelijkheid. Een andere keer schreef hij: „Ein schauerlich schönes Bild doch immer wieder, diese weite, weite Öde"- („een huiveringwekkend mooi gezicht toch steeds weer, deze weidse, weidse verlatenheid.")

Hun reis van hun thuisland naar de Peel maakten de seizoenarbeiders tot Viersen met de trein, waar ze kennis maakten met de dominee. 's Nachts sliepen ze op het stro in een danszaal in Viersen, nadat de dominee nog enkele psalmen met hen had gezongen. De volgende dag moesten ze het laatste stuk naar Helenaveen lopend afleggen.

Ook katholieken kwamen vanuit Hannover in de Peel werken. Volgens de dominee maakten die nogal wat kabaal onderweg en en vielen ze vrouwen lastig. Van de ruim 200 seizoenarbeiders van 1874 waren er slechts 27 protestant, 22 uit Ladbergen en vijf luthersen uit het groothertogdom Oldenburg.

Na een tijdelijke onderbreking wegens het Duits oorlogsgeweld hernam dominee Grashof jaarlijks tot drie keer toe zijn reis naar Helenaveen. Na een oriënterende reis volgde een tweede bezoek direct na Pasen en een rond het Pinksterfeest. Men leerde hem in de Peel kennen als de Duitse dominee. De latere reizen waren overigens makkelijker dankzij de inmiddels aangelegde spoorlijn Venlo-Eindhoven.

Omdat de jonge veenkolonie nauwelijks de dominee kond onderhouden, vroeg Grashof om financiële steun bij zijn thuisfront. Weliswaar had men in Helenaveen inmiddels een eigen kerkje, maar er was geen geld voor een harmonium. Het hoogtepunt van zijn jaarlijkse bezoek bestond uit een dienst voor de Duitse turfstekers in het Helenaveense kerkje. Die dienst werd ook altijd bijgewoond door de Nederlandse dominee en diens familie en ook de kerkenraad was doorgaans aanwezig. Zonder ondersteuning van een orgel had dominee er moeite mee om de aanwezigen muzikaal in het gareel te houden. Nog tijdens het bestijgen van de kansel moest ik krachtig doorzingen, zo meldde hij in een van zijn verslagen.

Hij overnachtte doorgaans in het gezin van dominee Swalue of ook wel een enkele keer in de directeurswoning van de Maatschappij Helenaveen, met uitzicht op de scheepsmasten in het kanaal. Die ene keer dat hij in de directeurswoning sliep had men een slaapmuts voor hem klaargelegd, ein Requisit holländischer Reinlichkeit, maar die had hij toch maar niet opgezet, want voor een echte Pruis ontbrak aan zo'n muts toch elk spoortje van krijgshaftigheid, schreef hij.

Bleef de Helenaveense dominee hem welgezind, in de rest van de streek bespeurde Grashof een toenemende weerstand tegen alles wat Pruis en protestant was. Dat was ongetwijfeld te danken aan de Kulturkampf die honderden katholieke religieuzen de Duits-Nederlandse grens had overgejaagd. Verjaagde Duitse ordes hadden in Limburg het ene na het andere klooster opgericht en voor het eerst had men zelfs een Duitse katholieke geestelijke in het veen gezien.

Grashof was dan ook zeer geroerd toen de bemanning van het Helenaveense stoombootje voor hem een Duits soldatenlied zong. Ze hadden het, zo vertelden ze hem, geleerd van de oudgedienden onder de Duitse turfstekers. Zoiets, zo schreef dominee, zorgde toch voor enige verbroedering.

In 1882 emigreerden 150 voormalige turfstekers uit Ladbergen naar het Amerikaanse Wisconsin om daar een nieuw bestaan op te bouwen. Daarmee kwam een einde aan de jaarlijkse bezoeken van dominee Grashof aan Helenaveen.

Het laatste verslag dateert van 22 juni 1883. Grashof toen schreef over het condoleancebezoek dat hij de dag daarvoor heeft gebracht aan de weduwe van dominee Swalue, die op 7 juni in Helenaveen was begraven.

Bronnen, noten en/of referenties
  • Ed van de Kerkhof - Dominee in het veen in het Eindhovens Dagblad van 27 januari 2007, waaruit in dit uitgebreid geciteerd is.
  • De complete verslagen, die dominee Grashof maakte van zijn bezoeken aan Helenaveen, zijn te vinden op internet 58. Hollandgang im Spieger der Reiseberichte Evangelischer Geistlicher, met name Bericht von August Grashof an den Rheinisch-Westfälischen Provinzial-Ausschuß für die Innere Mission vom 10. Juni 1872