Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Sint-Jozefkerk: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 34: | Regel 34: | ||
==Bouw== | ==Bouw== | ||
De Sint-Jozefkerk werd getekend door de architect Jac. van Gils uit Rotterdam. Kerk en pastorie werden onderhands aanbesteed en gegund aan de laagste inschrijver [[Theodorus de Bijl (1875-1967)]] voor het timmerwerk en [[Johannes Antonius van Nunen (1892-1976)|Toon van Nunen]] voor het metselwerk. De kosten waren ongeveer 100.000 gulden, waarvan 50.000 gulden subsidie van het rijk verkregen werd. Op 28 oktober 1919 werd de eerste steen gelegd. Deze steen werd aan de rechterzijde bij het hoogaltaar vlak bij het Mariabeeld, ingemetseld. | |||
Op 3 november 1920 werd de Sint-Jozefkerk, met toestemming van het bisdom, door [[pastoor Meuwese]] van de [[ | Op 3 november 1920 werd de Sint-Jozefkerk, met toestemming van het bisdom, door [[pastoor Meuwese]] van de [[parochie van de Heilige Jozef]] ingezegend en werd er een eerste stille H. Mis gelezen. | ||
Toen de Sint-Jozefkerk al een tijdje in gebruik was bleek dat de vergulden haan op het torenkruis zwart geworden was. Schilder [[Cornelis Gijsbertus van der Voort (1888-1974)|Cor van der Voort]] werd erbij geroepen. Hij besloot om samen met opzichter P. Eijken met ladders naar de haan klimmen. Schildersknecht [[Leonard Timmers (1901-1968)|Leo Timmers]] zou vanuit de dakgoot de wacht houden. Dit is achteraf de redding geweest voor Cor van der Voort en P. Eijken. De ladder die langs het dak naar boven stond schoof namelijk weg en de beide mannen gleden pijlsnel langs het dak naar beneden waarbij ze in de dakgoot door Leo Timmers werden opgevangen. Door beide heren tegen het dak te drukken brak hij de val en redde hij hen van een wisse dood. | |||
==Uitbreiding== | ==Uitbreiding== | ||
Door de groei van de geloofsgemeenschap binnen de parochie bleek al snel dat het kerkgebouw te klein werd om alle parochianen tijdens de vele diensten op zondag te kunnen ontvangen. De uitbreiding | Door de groei van de geloofsgemeenschap binnen de parochie bleek al snel dat het kerkgebouw te klein werd om alle parochianen tijdens de vele diensten op zondag te kunnen ontvangen. De uitbreiding in 1938, ontworpen door de Eindhovense architect Cornelis Gerardus (Cees) Geenen, betrof de vergroting van het schip en de bouw van een toren met twee zijkapellen, de [[Cunerakapel]] en de voormalige doopkapel, en werd uitgevoerd door de [[Bouwbedrijf Lutters|gebroeders Lutters]] uit Deurne. [[Pastoor Van Abeelen]] begon hiermee in juni 1938. Het werk vorderde gestaag en eind mei 1939 werd de uitbreiding voltooid. Bij die gelegenheid werden ook een aantal door [[Pieter Wiegersma]] vervaardigde [[glas-in-loodramen in de Sint-Jozefkerk|glas-in-loodramen]] in het kerkgebouw aangebracht. | ||
==Consecratie== | ==Consecratie== | ||
Op Drievuldigheidszondag, 4 juni 1939, werd monseigneur A.F. Diepen, aan de grens van de parochie in een door zwarte paarden bespannen landauer door het kerkbestuur afgehaald en in optocht naar de kerk begeleid. De muzikale opluistering van deze intocht, waaraan zeer vele godsdienstige en sociale verenigingen deelnamen werd verzorgd door de fanfares van [[Vlierden]] en [[Zeilberg]]. De daaropvolgende dag, op 5 juni, had de plechtigheid van de consecratie van het kerkgebouw plaats, gevolgd door een | Op Drievuldigheidszondag, 4 juni 1939, werd monseigneur A.F. Diepen, aan de grens van de parochie in een door zwarte paarden bespannen landauer door het kerkbestuur afgehaald en in optocht naar de kerk begeleid. De muzikale opluistering van deze intocht, waaraan zeer vele godsdienstige en sociale verenigingen deelnamen werd verzorgd door de fanfares van [[Vlierden]] en [[Zeilberg]].<ref>De [[Koninklijke Harmonie Deurne|Deurnese harmonie]] kon hierbij niet aanwezig zijn omdat die in Bakel de grootse Willibrordusviering ter gelegenheid van diens 1200ste sterfdag opluisterde.</ref> De daaropvolgende dag, op 5 juni, had de plechtigheid van de consecratie van het kerkgebouw plaats, gevolgd door een heilige mis met assistentie. | ||
==Klokken== | ==Klokken== |
Versie van 3 jul 2016 10:25
r.k. Sint-Jozefkerk | ||
Sint-Jozefparochie | ||
Locatie | Sint Jozefstraat 35, Deurne | |
Gebruik | Nog steeds in gebruik als kerk | |
Start bouw | 1918, toren afgebouwd in 1938 | |
Monument status | Gemeentelijk monument | |
Bouwpartners | ||
Architect | Gils, J. van, Geenen, C.G. |
De Sint-Jozefkerk is gelegen aan de Sint Jozefstraat 35 in Deurne.
Bouw
De Sint-Jozefkerk werd getekend door de architect Jac. van Gils uit Rotterdam. Kerk en pastorie werden onderhands aanbesteed en gegund aan de laagste inschrijver Theodorus de Bijl (1875-1967) voor het timmerwerk en Toon van Nunen voor het metselwerk. De kosten waren ongeveer 100.000 gulden, waarvan 50.000 gulden subsidie van het rijk verkregen werd. Op 28 oktober 1919 werd de eerste steen gelegd. Deze steen werd aan de rechterzijde bij het hoogaltaar vlak bij het Mariabeeld, ingemetseld.
Op 3 november 1920 werd de Sint-Jozefkerk, met toestemming van het bisdom, door pastoor Meuwese van de parochie van de Heilige Jozef ingezegend en werd er een eerste stille H. Mis gelezen.
Toen de Sint-Jozefkerk al een tijdje in gebruik was bleek dat de vergulden haan op het torenkruis zwart geworden was. Schilder Cor van der Voort werd erbij geroepen. Hij besloot om samen met opzichter P. Eijken met ladders naar de haan klimmen. Schildersknecht Leo Timmers zou vanuit de dakgoot de wacht houden. Dit is achteraf de redding geweest voor Cor van der Voort en P. Eijken. De ladder die langs het dak naar boven stond schoof namelijk weg en de beide mannen gleden pijlsnel langs het dak naar beneden waarbij ze in de dakgoot door Leo Timmers werden opgevangen. Door beide heren tegen het dak te drukken brak hij de val en redde hij hen van een wisse dood.
Uitbreiding
Door de groei van de geloofsgemeenschap binnen de parochie bleek al snel dat het kerkgebouw te klein werd om alle parochianen tijdens de vele diensten op zondag te kunnen ontvangen. De uitbreiding in 1938, ontworpen door de Eindhovense architect Cornelis Gerardus (Cees) Geenen, betrof de vergroting van het schip en de bouw van een toren met twee zijkapellen, de Cunerakapel en de voormalige doopkapel, en werd uitgevoerd door de gebroeders Lutters uit Deurne. Pastoor Van Abeelen begon hiermee in juni 1938. Het werk vorderde gestaag en eind mei 1939 werd de uitbreiding voltooid. Bij die gelegenheid werden ook een aantal door Pieter Wiegersma vervaardigde glas-in-loodramen in het kerkgebouw aangebracht.
Consecratie
Op Drievuldigheidszondag, 4 juni 1939, werd monseigneur A.F. Diepen, aan de grens van de parochie in een door zwarte paarden bespannen landauer door het kerkbestuur afgehaald en in optocht naar de kerk begeleid. De muzikale opluistering van deze intocht, waaraan zeer vele godsdienstige en sociale verenigingen deelnamen werd verzorgd door de fanfares van Vlierden en Zeilberg.[1] De daaropvolgende dag, op 5 juni, had de plechtigheid van de consecratie van het kerkgebouw plaats, gevolgd door een heilige mis met assistentie.
Klokken
Vanaf 1920 bezat de Sint-Jozefkerk een 128 kg zware angelusklok. Bij de uitbreiding van de kerk in 1939 werd er een 255 kg zware luiklok in de nieuwe toren aangebracht waar tevens het torenuurwerk op sloeg. Tijdens de Tweede Wereldoorlog op 11 november 1942 werden beide klokken, als gevolg van de metaalverordening 1942, om half 2 's middags geroofd.
Op 21 december 1947 werden twee nieuwe klokken door deken Van Hout gewijd en op 23 december 1947 werden de klokken naar boven gehesen en in de toren en dakruiter geplaatst. In de kerstnacht van 1947 werden de nieuwe klokken 's morgens om half vijf voor de eerste keer geluid.
Diversen
Eind 1950 werd een nieuw orgel geplaatst. In 1960, toen de parochie veertig jaar bestond, werd door de parochianen een geluidsinstallatie aangeboden. In de zeventiger jaren vond een algehele restauratie van het kerkgebouw plaats.
Cultuur Historische Waardekaart (CHW)
Bouwperiode: 1918-1919
Architect: Gils, J. van, Geenen, C.G.
Gevels en Materialen: Machinale baksteen. Kunststenen afdeklijsten op gevels. Kalkstenen blokken in voorportaal. Weinig ornamentatie, sober metselwerk. Tandlijst.
Vensters en Deuren: In schip en transept eenvoudige drielichten, in de koorabsis tweelichten. Roosvensters transeptfacade.
Dak en dakbedekking: Zadeldaken, verbeterde Hollandse pan. Dakkapellen. Toren uit 1938 met zadeldak. Kleine gemetselde klokkentoren boven het koor.
Constructie: Stergewelf boven viering, vierdelig kruisribgewelven in schip. Brede overspanning, benadrukt door lage transversaalbogen.
Bijgebouwen: Kerkhof.
Interieur: Witgepleisterd. Diverse heiligenbeelden uit negentiende en twintigste eeuw. Gesneden kerkbanken en kerkorgel.
Bijzonderheden: Basilicale drieschepige kruiskerk met schip van vier traveeën, eenbeukig transept, koortravee en vijfzijdig gesloten koorabsis. De sobere architectuur van het schip sluit goed aan bij de jongere, traditioneler vormgegeven toren uit 1938 met rondboogfries (architectuurtoren van C. Geenen).
Naast het kerkgebouw ligt het kerkhof, dat symmetrisch ten opzichte van het middenpad is aangelegd. Het kruisbeeld is van de calvarieberg verdwenen. Er staan een tweetal rode beuken, van respectievelijk 90 en 65 cm. doorsnee.
Bronnen, noten en/of referenties
|