Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Tramlijn Helmond-Deurne-Venray
De tramlijn Helmond-Deurne-Venray werd nooit aangelegd maar vormde wel herhaaldelijk onderwerp van studie.
Het plan van 1904
In de vergadering van de gemeenteraad van 27 februari 1904 werd een brief voorgelezen, waarin Arie Hartog Azn., architect in 's-Gravenhage, meedeelde dat hij een concessie had aangevraagd tot het mogen aanleggen van een lokaalspoorweg van station Venray naar station Deurne. Dat lokte bij raadslid Van den Eijnden de reactie uit: "Die vraagt toch nogal geen centen?" maar het raadslid gaf toe dat het een lastige weg was naar Venray. Op voorstel van het bestuur werd de brief voor kennisgeving aangenomen.[1] Eind april 1904 kwam dit onderwerp ook aan bod in de raadsvergadering van Venray, waar sprake was van Henri Hartog als aanvrager. Maar ook daar werd de brief voor kennisgeving aangenomen omdat nadere bijzonderheden over het plan ontbraken.[2] Waarschijnlijk verdween dit plan al snel in de prullenbak.
Het plan van 1905
In mei 1905 werd een concessie aangevraagd door Th. Verhoeven uit Utrecht tot de aanleg en exploitatie van een normaalspoorweg waarmee het staatsspoorwegstation van Venray met dat van Deurne zou worden verbonden. De Raad van Toezicht op Spoorwegdiensten had daarover een aantal vragen die op 27 juni 1905 beantwoord werden en waaruit bleek dat het ging om de aanleg van een spoorweg waarop met een snelheid van maximaal 50 kilometer per uur zou worden gereden, dat de aanleg zou worden gerealiseerd met financiële steun van de gemeentes Deurne en Venray en dat voor de aanleg en exploitatie een naamloze vennootschap zou worden opgericht. In december 1906 had de burgemeester van Deurne hierover een gesprek met de genoemde Raad van Toezicht en daaruit bleek dat de prioriteit van Deurne voorlopig toch de aanleg van de tramlijn Deurne-Roermond gold. Het was voldoende reden om deze aanvraag af te wijzen.[3]
Het plan van 1917
In 1917 liet A.F. van Beurden, landmeter bij het kadaster, een 78 bladzijden tellende studie verschijnen, getiteld Langs Nieuwe Banen over het verkeerswezen in Peelland. In zijn visie vormde een tramverbinding van Helmond via Bakel en Deurne met Venray daarvan een wezenlijk onderdeel. Deze tramverbinding met een geplande lengte van 31,269 kilometer moest zorgen voor aanvoer van kunstmest voor de ontgonnen peelgronden en voor de afvoer van de landbouwproducten.
Al vóór het verschijnen van genoemde studie waren er voor deze tramverbinding al uitgebreide plannen gemaakt en door de Noord-Brabantsch-Duitsche Spoorweg-Maatschappij in overleg met de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen zelfs tot in detail op papier uitgewerkt. Wat nog ontbrak was de steun van de lokale, provinciale en rijksoverheid.
Bereidheid tot meedenken was er in ieder geval wel bij de gemeenten. Uit de gemeentebesturen van Helmond, Deurne en Venray werd een commissie gevormd ter bevordering van het totstandkomen eener lijn Helmond via Deurne naar Venray.
In zijn studie gaf Van Beurden ook een nauwkeurige beschrijving van het hele tracé. Omdat daarbij ook vooral de historische en landschappelijke elementen aan bod komen is kennisname met deze studie, met name het Deurnese gedeelte hiervan, de moeite waard.
Bij de Craijenhut zou een 400 meter lange laad- en losplaats moeten komen. Ten oosten van Walsberg was in de dennenbossen de los- en laadplaats Deurne-Oost geprojecteerd.
Verderop moest het emplacement Deurne, 400 meter lang en 50 meter breed, ten noorden van Deurne komen, waar de tram in noordelijke richting zou afbuigen naar Bakel. De tramlijn zou verderop de grintweg Deurne-Bakel volgen.
Het hele plan werd nooit gerealiseerd.
Bronnen, noten en/of referenties
|