Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Stationsstraat 26
Op het adres Stationsstraat 26, later bekend als Het Witte Huis, werd in 1920 een winkel met woonhuis gebouwd door de manufacturist Antonia Berendsen.
Voor de geschiedenis van dit perceel vóór 1918 zie onder Stationsstraat 32a.
In 1918 kreeg Henricus Verhoeven bij een boedeldeling perceel E 1906, zijnde huis, schuur en werkplaats met een grootte van 1.836 m², van wijlen zijn vader Antonius Verhoeven.
Op 12 april 1919 verkocht Verhoeven een gedeelte van dit perceel aan de gezusters Antonia en Maria Berendsen. Ze betaalden daarvoor 3000 gulden.
Op 29 oktober 1920 vroeg Antonia Berendsen een bouwvergunning aan voor een woonhuis met winkel op genoemd perceel, dat later kadastraal nummer E 1995 kreeg en 430 m² groot was. Ze vroeg en kreeg daarbij tevens aansluiting op het elektriciteitsnet en vergunning tot het plaatsen van een luifel aan haar winkel. Het huis kreeg adres B.11.
Op 15 september 1933 werd vergunning afgegeven tot een verbouwing van het woonwinkelhuis.
In 1955 vond opnieuw een verbouwing plaats, waardoor de bebouwde vloeroppervlakte steeg van 138 naar 158 m².
In 1959 werd hun neef Theo Berendsen, een broer van Til Gardeniers-Berendsen, de nieuwe eigenaar van het pand.
Later werd het pand achtereenvolgens eigendom van Hendrikus van Tilburg uit Asten en diens dochter Maria, gehuwd met Harrie van Rijssel. Deze sloopte het inmiddels witgeverfde gebouw rond 1980 en stichtte een nieuw winkelpand, genaamd Het Witte Huis.
Het pand werd tot haar overlijden in 1942 bewoond door Maria Catharina Hubertina Enter, de moeder van de dames Berendsen en weduwe van Bernardus Theodorus Berendsen (1849-1902). Later woonden er achtereenvolgens haar kleinzoon Theo Berendsen en tot aan de sloop achtereenvolgens de gezinnen van dierenarts Frans van Tilburg en Harrie van Rijssel.