Hendricus Kwarte (1827-1887)
| Hendricus Kwarte | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Hendricus Kwarte | |
| Roepnaam | Hendrik | |
| Geboorteplaats | Asten | |
| Geboortedatum | 19 december 1827 | |
| Overl.plaats | Helmond | |
| Overl.datum | 23 april 1887 | |
| Partner(s) | Anna Maria Boerekamp (1823-1891) | |
| Beroep(en) | dagloner, arbeider, venter | |
Hendricus (Hendrik) Kwarte (Kwarten) (1827-1887) was een dagloner en venter uit Liessel.
Hij was een zoon van Joannes Michael (Michiel) Quarten (Vught 1804-1880 Schijndel) en Petronella Schalks (Mierlo 1802-1851 Sint-Oedenrode). [1]
Hendrik huwde op 24 juni 1865 in Asten met Anna Maria Boerekamp, (Asten 15 september 1823 - Helmond 11 februari 1891), dochter van Jan Boerekamp (Heeze 1797-1884 Asten) en Johanna Verberne (Asten 1796-1864 Asten). Uit dit huwelijk werden geen kinderen geboren.
Het echtpaar woonde achtereenvolgens in Asten, Liessel (vanaf 19 maart 1868), Vreekwijk B.167a, (Liesselseweg 177 waar hij een huis laat bouwen), Liessel en Helmond (vanaf 13 april 1887).
Na het overlijden van Hendrik hertrouwde Anna Maria op 17 april 1890 in Helmond met Johannes (Jan) van Neerven (1827-1899), hij was weduwnaar van Hendrina van Tilburg (Deurne 1826-1889 Deurne).
Militaire dienst en strafblad[bewerken | brontekst bewerken]
Bij inschrijving voor militaire dienst had hij een ovaal aangezicht, rond voorhoofd, grijze ogen, dikke neus, gewone mond, ronde kin, blonde haren en wenkbrauwen. Hij was 1.61 meter groot. Hij was een loteling van de lichting van 1846, ingelijfd bij het 5e regiment infanterie. Hij wenste in 1847 over te gaan naar de staande armee.
Bij vonnis van de arrondissementsrechtbank van Den Bosch werd hij op 12 januari 1847 wegens bedelarij tot drie maanden straf veroordeeld. Zijn straf in de gevangenis van 's-Hertogenbosch liep op 12 april 1847 af. In mei 1847 werd hij, kennelijk andermaal, in de strafgevangenis van 's-Hertogenbosch opgenomen en doorgestuurd naar de Ommerschans. Daar beging hij op 24 juni een poging tot desertie. Op 3 december 1847 werd hij ontslagen, hij was in dienst bij het 7e regiment infanterie.
Hij heeft ook bij het Oost-Indisch leger gediend.[2]
Bronnen, noten en/of referenties
|