Charles Louis van Riet (1813-1880): verschil tussen versies
k (Everard heeft pagina Carel Lodewijk van Riet (1813-1880) hernoemd naar Charles Louis van Riet (1813-1880): naam conform geboorteakte) |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
| Regel 1: | Regel 1: | ||
{{Infobox persoon | {{Infobox persoon | ||
| naam = | | naam = Charles Louis van Riet | ||
| foto = | | foto = | ||
| tekst = | | tekst = | ||
| volledige naam = | | volledige naam = Charles Louis van Riet | ||
| roepnaam = | | roepnaam = Carel Lodewijk | ||
| geboorteplaats = Deurne | | geboorteplaats = Deurne | ||
| geboortedatum = 18 januari 1813 | | geboortedatum = 18 januari 1813 | ||
| Regel 13: | Regel 13: | ||
}} | }} | ||
{{Infobox dynastie| | {{Infobox dynastie| | ||
| naam = | | naam = Charles Louis van Riet | ||
| leven = 1813-1880 | | leven = 1813-1880 | ||
| functie1 = [[Lijst van heren van Vlierden|heer van Vlierden]] | | functie1 = [[Lijst van heren van Vlierden|heer van Vlierden]] | ||
| Regel 23: | Regel 23: | ||
}} | }} | ||
{{link stamboom|stamboom=''[[van Riet]]''}} | {{link stamboom|stamboom=''[[van Riet]]''}} | ||
''' | '''Charles Louis van Riet''', doorgaans ''Carel Lodewijk van Riet'', was een notaris in [[Deurne]] en [[heer van Vlierden]]. | ||
| Regel 29: | Regel 29: | ||
Van Riet werd geboren als zoon van [[Gerrit van Riet]], burgemeester van [[Vlierden]] en later ook van [[Deurne en Liessel]], en van Carolina Leonhardi, dochter van een officier uit het Waldeckse leger. Op 19 januari 1813 werd hij gereformeerd gedoopt te Deurne. | Van Riet werd geboren als zoon van [[Gerrit van Riet]], burgemeester van [[Vlierden]] en later ook van [[Deurne en Liessel]], en van Carolina Leonhardi, dochter van een officier uit het Waldeckse leger. Op 19 januari 1813 werd hij gereformeerd gedoopt te Deurne. | ||
Hij trad in de voetsporen van zijn vader toen hij notaris te Deurne werd. Hij woonde op | Hij trad in de voetsporen van zijn vader toen hij notaris te Deurne werd. Hij woonde op beide Deurnese kastelen. | ||
Op 29 maart 1831 kreeg hij een kerkelijke attestatie vanuit Oirschot. Waarschijnlijk had hij daar in militaire dienst vertoefd in verband met de Belgische Opstand (1830-1839). | Op 29 maart 1831 kreeg hij een kerkelijke attestatie vanuit Oirschot. Waarschijnlijk had hij daar in militaire dienst vertoefd in verband met de Belgische Opstand (1830-1839). | ||
| Regel 38: | Regel 38: | ||
In 1841 werd hij benoemd tot 1e luitenant bij de 3e afdeling 4e bataillon 2e compagnie van de zogenaamde [[Rustende Schutterij]] en legde hij in handen van zijn vader, die burgemeester van Deurne was, de daartoe benodigde eed af. | In 1841 werd hij benoemd tot 1e luitenant bij de 3e afdeling 4e bataillon 2e compagnie van de zogenaamde [[Rustende Schutterij]] en legde hij in handen van zijn vader, die burgemeester van Deurne was, de daartoe benodigde eed af. | ||
In 1851 was hij diaken. Door de inspanningen van Carel Lodewijk van Riet, als kerkvoogd, en dominee Troost vanaf 1859 werd bewerkstelligd dat in 1863 het terrein rond de kerk kon worden ingericht als bijzondere begraafplaats. | In 1851 was hij diaken. Door de inspanningen van Carel Lodewijk van Riet, als kerkvoogd, en dominee Troost vanaf 1859 werd bewerkstelligd dat in 1863 het terrein rond de kerk kon worden ingericht als bijzondere begraafplaats. Daarvóór werden ook de protestanten begraven op het kerkhof bij de grote kerk. | ||
Hij was van juni 1860 tot 1877 lid van de Deurnese gemeenteraad. | Hij was van juni 1860 tot 1877 lid van de Deurnese gemeenteraad. | ||
| Regel 48: | Regel 48: | ||
In 1856 kocht hij van Rutger Bangeman Huijgens van Löwendaal de helft van de heerlijkheid Vlierden. Zij raakten daarover in een proces verwikkeld. Toen hij in [[1856]] voor de arrondissementsrechtbank van Eindhoven een vordering bij Bangemann Huygens van Löwendal neerlegde, stelde de rechter hem in het gelijk en verwierf Carel Lodewijk van Riet de helft van de heerlijkheid en goederen. In 1859 werd het geheel verkocht aan de gezamenlijke kinderen van Pieter Joosten.<ref>Henk Beijers en Pieter Koolen, 1996. Vlierdens Verleden 721-1926. Historische opstellen over de oude heerlijkheid en de zelfstandige gemeente. Sint-Willibrordusparochie, Vlierden / [[Heemkundekring H.N. Ouwerling]], Deurne</ref> | In 1856 kocht hij van Rutger Bangeman Huijgens van Löwendaal de helft van de heerlijkheid Vlierden. Zij raakten daarover in een proces verwikkeld. Toen hij in [[1856]] voor de arrondissementsrechtbank van Eindhoven een vordering bij Bangemann Huygens van Löwendal neerlegde, stelde de rechter hem in het gelijk en verwierf Carel Lodewijk van Riet de helft van de heerlijkheid en goederen. In 1859 werd het geheel verkocht aan de gezamenlijke kinderen van Pieter Joosten.<ref>Henk Beijers en Pieter Koolen, 1996. Vlierdens Verleden 721-1926. Historische opstellen over de oude heerlijkheid en de zelfstandige gemeente. Sint-Willibrordusparochie, Vlierden / [[Heemkundekring H.N. Ouwerling]], Deurne</ref> | ||
Op 31 juli 1866 schonk en verkocht hij | Op 31 juli 1866 schonk en verkocht hij onroerend goed, en op 19 januari 1869 verkocht hij onroerend goed. | ||
Hij werd begraven op de [[protestantse begraafplaats aan de Helmondseweg]]. Zijn graf werd in de vroege 21e eeuw geruimd, maar de zerk is bewaard gebleven. | |||
Hij | |||
{{appendix}} | {{appendix}} | ||
Versie van 2 jan 2019 12:34
| Charles Louis van Riet | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Charles Louis van Riet | |
| Roepnaam | Carel Lodewijk | |
| Geboorteplaats | Deurne | |
| Geboortedatum | 18 januari 1813 | |
| Overl.plaats | Deurne | |
| Overl.datum | 9 november 1880 | |
| Partner(s) | ongehuwd | |
| Beroep(en) | notaris - heer van Vlierden | |
| Charles Louis van Riet | ||
| 1813-1880 | ||
| heer van Vlierden | ||
| Periode | 1856-1859 | |
| Voorganger | Rutger Bangeman Huygens van Löwendal | |
| Opvolger | Broers en zussen Joosten | |
| Vader | Gerrit van Riet | |
| Moeder | Carolina Leonhardi | |
Charles Louis van Riet, doorgaans Carel Lodewijk van Riet, was een notaris in Deurne en heer van Vlierden.
Gezin
Van Riet werd geboren als zoon van Gerrit van Riet, burgemeester van Vlierden en later ook van Deurne en Liessel, en van Carolina Leonhardi, dochter van een officier uit het Waldeckse leger. Op 19 januari 1813 werd hij gereformeerd gedoopt te Deurne.
Hij trad in de voetsporen van zijn vader toen hij notaris te Deurne werd. Hij woonde op beide Deurnese kastelen.
Op 29 maart 1831 kreeg hij een kerkelijke attestatie vanuit Oirschot. Waarschijnlijk had hij daar in militaire dienst vertoefd in verband met de Belgische Opstand (1830-1839).
In 1838 werd zijn signalement als volgt omschreven: lang: 1,700 m., aangezicht: ovaal, voorhoofd: rond, ogen: blauw, neus: gewoon, mond: idem, kin: spits, haren: bruin, wenkbrauwen: idem, bijzondere tekenen: geen.
Nevenfuncties
In 1841 werd hij benoemd tot 1e luitenant bij de 3e afdeling 4e bataillon 2e compagnie van de zogenaamde Rustende Schutterij en legde hij in handen van zijn vader, die burgemeester van Deurne was, de daartoe benodigde eed af.
In 1851 was hij diaken. Door de inspanningen van Carel Lodewijk van Riet, als kerkvoogd, en dominee Troost vanaf 1859 werd bewerkstelligd dat in 1863 het terrein rond de kerk kon worden ingericht als bijzondere begraafplaats. Daarvóór werden ook de protestanten begraven op het kerkhof bij de grote kerk.
Hij was van juni 1860 tot 1877 lid van de Deurnese gemeenteraad.
Illegale handmolen
In 1851 werd tegen notaris Van Riet proces-verbaal opgemaakt omdat in zijn huis, het Groot Kasteel van Deurne, een illegale handmolen werd aangetroffen. Van Riet beweerde dat de molen eigendom was van Rutger Bangeman Huijgens van Löwendal en eigenlijk thuishoorde op het goed de Hazeldonk te Vlierden. Wegens langdurige afwezigheid van Van Löwendal was de molen overgebracht naat het kasteel om, samen met een aantal andere voorwerpen, te zijner tijd verkocht te worden. Hij werd beboet met 400 gulden.
Heerlijkheid Vlierden
In 1856 kocht hij van Rutger Bangeman Huijgens van Löwendaal de helft van de heerlijkheid Vlierden. Zij raakten daarover in een proces verwikkeld. Toen hij in 1856 voor de arrondissementsrechtbank van Eindhoven een vordering bij Bangemann Huygens van Löwendal neerlegde, stelde de rechter hem in het gelijk en verwierf Carel Lodewijk van Riet de helft van de heerlijkheid en goederen. In 1859 werd het geheel verkocht aan de gezamenlijke kinderen van Pieter Joosten.[1]
Op 31 juli 1866 schonk en verkocht hij onroerend goed, en op 19 januari 1869 verkocht hij onroerend goed.
Hij werd begraven op de protestantse begraafplaats aan de Helmondseweg. Zijn graf werd in de vroege 21e eeuw geruimd, maar de zerk is bewaard gebleven.
Bronnen, noten en/of referenties
|