Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Anna Maria van de Kerkhof (1859-1937)
Anna Maria van de Kerkhof | ||
Persoonsinformatie | ||
Volledige naam | Anna Maria van de Kerkhof | |
Geboorteplaats | Deurne | |
Geboortedatum | 14 november 1859 | |
Overl.plaats | Deurne | |
Overl.datum | 5 november 1937 | |
Partner(s) | ongehuwd | |
Beroep(en) | veenarbeidster, dierenverzorgster |
Anna Maria van de Kerkhof (1859-1937) was meer dan veertig jaar veenarbeidster, wasvrouw en dierenverzorgster bij de Maatschappij Van de Griendt en woonde in het Derp.
Anna was een dochter van de Deurnese wever Hendricus van de Kerkhof (1819-1885) en Antonetta Dannenberg (1823-1890).
In mei/juni 1872 stierven liefst drie broers en een zus van haar, volgens mededeling van de dokter aan angina diphterica, wel bekend als difterie, een kwaadaardige keelziekte.[1]
Zij werkte meer dan veertig jaar bij de Maatschappij Griendtsveen en werd daarvoor gedecoreerd met de eremedaille in brons in de Orde van Oranje-Nassau.
Het rapport, dat de burgemeester van Deurne liet opmaken naar aanleiding van de aanvrage voor deze onderscheiding door de Maatschappij Griendtsveen, luidt als volgt:
- Naar aanleiding van een verzoek van de Maatschappij Van de Griendt, Landexploitatie te Griendtsveen omtrent het toekennen van een Koninklijke onderscheiding wegens verdiensten, heb ik Franciscus de Clerck, Gemeente Veldwachter te Deurne een onderzoek ingesteld waarbij mij is gebleken, dat het op 18 mei 1926 veertig jaar was geleden, dat Anna Maria van de Kerkhof haar werkzaamheden bij genoemde Maatschappij begon. In de zomermaanden werkt zij daar het meest in het droogmaken van natten turf, terwijl zij den nog over zijnde tijd besteed met het waschen en naaien voor de aldaar werkende vreemde arbeiders. In de wintermaanden verzorgt zij meestal het vee op de boerderij. Als zij in den turf werkt dan werkt zij in het aangenomen, voor het overige werk wordt haar maar een zeker bedrag toegekend, waarmede zij hoogst tevreden is. Zij gaat iederen morgen met de trein van acht uur naar haar werk en komt in de wintermaanden met de trein van 5½ uur na middag en in de zomermaanden met de trein van acht uur n.m weer thuis. In de 40 jaar dat zij bij de maatschappij werkt is zij hoogstens een dag of tien wegens ziekte of anderszins thuis gebleven. Zij is ongehuwd en bewoond met hare twee eveneens ongehuwde zusters respectievelijk 72 en 62 jaar oud, een eigen woning. Zij genieten geen andere inkomsten dan hetgeen Anna Marie verdiend, waarmede voor genoemde Maatschappij in ruime mate bij haar weekloon wordt rekening gehouden. Zij staat verder zeer gunstig bekend. Dat Anna Maria van de Kerkhof bij meergenoemde maatschappij tot volle tevredenheid werkzaam is blijkt dat den dag van 1 mei 1926, door haar bij de directeur de Maatschappij feestelijk is gevierd geworden. Daarbij heeft zij van den Directeur der Maatschappij een leunstoel en een bedrag van honderd gulden ontvangen, terwijl zij van de echtgenote van de Directeur en het overige personeel de Maatschappij nog verschillende andere geschenken heeft ontvangen. En hiervan is door mij veldwachter, naar waarheid opgemaakt dit rapport te Deurne 7 Mei 1926. De Veldwachter C. de Clerck.[2]
Op voordracht van de minister van Binnenlandse Zaken en Landbouw van 30 juli 1926 kende koningin Wilhelmina haar op 27 augustus 1926 de koninklijke medaille toe.
Bronnen, noten en/of referenties |