Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Derpsestraat 36 en 38
Derpsestraat 36 en 38 zijn twee adressen in Deurne.
Ligging[bewerken | brontekst bewerken]
Het oude huis (met het uiteindelijke adres Derpsestraat 38) lag direct vóór het huidige huis Derpsestraat 36, tussen het huidige huis en de straat. Het huidige huis Derpsestraat 38 is ook gebouwd op het land van dat oude huis.
Ontwikkeling[bewerken | brontekst bewerken]
Gemeenschappelijke geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]
In 1729 verkocht de weduwe van Willem Jansen van Bommel een huis met hof en aangelag, groot 1,5 lopen, in het Derp gelegen, aan tienman Joost de Vet. Het erf bestond toen nog uit twee huizen.
Het ene erf werd verhuurd aan Peter Hendriks en Maria Gevers alsmede aan de weduwe Coenraat Smits (1736), aan Coenraat Smits, de weduwe Nicolaas Slaats en Maria Gevers (1741), Hendrik Peijnen, de weduwe Coenraat Smits en Poulus Nouwen (1746), aan Sijmon Jansen en de weduwe Jan Cornelis Gijsbers (1751), Jan Caspers, Hermanus Nabben en de weduwe Hermen Kuijpers (1756) en aan Marten Leenders, Hermanus Nabben en de weduwe Hermen Kuijpers (1761). Dit huis ging op 4 juni 1765 door brand verloren en werd niet herbouwd.
Het andere erf werd gehuurd door Peter Fransen (1736, 1741), Antoni van de Mortel (1746), Leendert Verhees (1751, 1756) en Hendrik Janse van Bommel (1761, 1766). Ook dit huis werd door de brand verwoest, maar met een lening van 600 gulden door de kinderen De Veth weer opgebouwd.[1][2]
In 1765 werd een taxatie van de afgebrande huizen gemaakt. Die taxatie geeft goed weer wat we ons bij de huizen moeten voorstellen:
- Eerstelijk huis, schuur en stalling, ten deele in steene muuren, lang 29 voeten, breed 19 voeten, gedekt geweest met stroij dak.
- Item nog een turf schop gestaan hebbende op houten mikken en met stroij dak gedekt geweest
- Alle bij den anderen gelegen alhier ter plaatsen genaamt het Derp en bewoont bij Hendrik van Bommel als huurder, alle het welke des nagts tusschen den derde en vierde Junij voors. tot de grond is afgebrand, en niets is overgebleven dan de muren. Het welk na behoorlijk ondersoek is bevonden waardig te zijn, en getaxeert op een somma van seven hondert en vijftig gulden.
- Item nog een huis mede en steene muuren en met stroij gedekt geweest, lang 57 voeten, breed 29 voeten, ter plaatse genaamd int Derp bewoont door Marten Leenders, timmerman, de tweede woning Hermanus Nabben, schoenmaker, derde woning de weduwe van Dirk Goossens, en Catalijn van Deurne, alle huurders.
Na de herbouw was Peter de Vet de eigenaar, en na hem zijn weduwe. Zij verhuurden aan Jan Jansen van Bommel (1771), Johannis de Veth (1776, 1781, 1786, 1791) en de weduwe van Willem J. Goossens (1798). Tussen 1798 en 1803 werd het huis verworven door Joseph Beekers, schoonzoon van De Veth. Hij verhuurde in 1803 aan Antonij Evers en aan Antonij Kistemakers. Slachter Beekers verkocht het huis, groot 15 roeden, in 1818 aan Adriaan van Gerwen, wever, en diens vrouw Anna Maria, spinster. Zij woonden er zelf in 1829, en bezaten het huis, kadastraal bekend als F 92 van klasse 8, in 1832.[3] Dat huis had in 1829 het huisnummer 265 en in 1839 het huisnummer 247.
Twee gesplitste helften[bewerken | brontekst bewerken]
Op 26 maart 1835 splitste het echtpaar Van Gerwen het huis en verkochten ze de noordelijke helft van hun huis (het rechter deel, van de straat gezien) voor 200 gulden aan het eveneens kinderloze echtpaar Theodorus Jacobs-Berkers met een mede-eigenaar. Rond 1837 verkochten zij hun deel, kadastraal bekend als F 565, weer.[4] Enig eigenaar was nu Theodorus Jacobs. Die verkocht op een zeker moment zijn bezit.[5] Nieuwe eigenaar rond 1859 werd Johannes Janssen (1816-1883). Op zijn beurt verkocht hij rond 1866, en liet hij rond 1882 de percelen samenvoegen met de huishelf tot F 973.[6] Rond 1884 werd de boedel van Jansen verdeeld.[7] Hendricus Hoonings (1836-1918) verwierf de huishelft van die erfgenamen rond 1891. Rond 1892 liet hij de huishelft vernieuwen. Rond 1913 werd er vervolgens gebouwd en gesloopt, en rond 1914 opnieuw bijgebouwd.[8]
Zelf behield het echtpaar Van Gerwen de linker (zuidelijke) helft, kadastraal bekend als F 566. Dat verkochten zij rond 1846 ook.[9] Kopers waren de Algemeenen Armen der Gemeente Deurne en Liessel. Die lieten het perceel rond 1882 opnieuw opmeten, waardoor huis, erf, tuin daarna kadastraal bekend waren als F 974. Rond 1912 verkochten zij die huishelft.[10] Kopers waren de twee kinderen van Driek Honings, die aan het huisje lieten slopen en er een bergplaats bij in gebruik namen. Rond 1914 werd er andermaal bijgebouwd, waardoor het kadastraal als F 1359 bekend werd.
Samenvoeging[bewerken | brontekst bewerken]
Vermoedelijk werden beide huishelften op dat moment, rond 1914, door de familie Honings samengevoegd en werd het hele huis bekend als F 1359, de tuin met schuur als F 1358. In 1930 woonde er Willem Honings, één van de twee kinderen. Op dat moment veranderde het huisadres van A.68 in Lage Kerk A.45. Rond 1950 verkocht Theodorus Gerardus van de Mortel (1885-1975), die met een zus Honings getrouwd was, het huis met de tuin.[11] De nieuwe eigenaar was Leonardus Marinus Aarts (1914-1981), die er zelf ook ging wonen en het perceel rond 1958 liet hermeten. Daarna werd het bekend als N 222, en na verkoop van wat grond rond 1970 als N 882. Hij behield het pand tot ver in de jaren tachtig. In 1955 had het pand het huisadres Derpsestraat 38 gekregen.[12]
Het nieuwe huis[bewerken | brontekst bewerken]
Vermoedelijk rond 1987 werd het oude huis afgebroken en vervangen door twee nieuwe huizen, die het eerder vrijgevallen huisnummer 36 en het huisnummer van het gesloopte pand, 38, kregen. Derpsestraat 36 staat direct achter het gesloopte oude Derpsestraat 38.
Bronnen, noten en/of referenties
|