Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Herberg van Martinus Flipsen
De herberg van Martinus Flipsen was gevestigd in het pand aan het huidige adres Stationsstraat 113 in Deurne .
Opening[bewerken | brontekst bewerken]
In de zomer van 1868, zo’n twee jaar nadat het station in Deurne en de spoorlijn Eindhoven – Venlo in gebruik genomen werd, verhuisde Martinus Flipsen en zijn vrouw Elisabeth Damen (1838-1893) naar zijn nieuw gebouwde huis niet ver van dat station. Toen Mathijs Damen, zijn schoonvader, weduwnaar was geworden kwam hij bij hen inwonen.
In het pand werd ook herberg gehouden en was Martinus Flipsen naast metselaar ook tapper. In maart 1876 was brouwer Van den Boomen van de Vreekwijkse bierbrouwerij Het Anker zijn leverancier. Uit een aantekening weten we dat Flipsen toen anderhalve ton bier van hem afnam.
Op 19 december 1881 vroeg Martinus Flipsen, na de invoering van de Drankwet van 28 juni 1881, een drankvergunning aan op de locatie Deurne A 298a, voor de gelagkamer aan de spoorzijde en de kleine kamer links van de gang.
Openbare verkopen[bewerken | brontekst bewerken]
Op 15 jan. 1881 verscheen in het Nieuws van de Week een advertentie van notaris Van Riet dat Martinus Flipsen en Co. in 't Derpdheike 130.000 beste metselstenen, die nog aan de oven stonden, wilde verkopen. Toen drie dagen later de verkoop plaatsvond brachten de stenen 284 gulden. Zijn zakelijke compagnon was Johannes Kuijpers.
Regelmatig vonden in de herberg van Martinus Flipsen publieke verkopingen en aanbestedingen plaats. Zo werd bijvoorbeeld op 31 mei 1890 hier het werkloon voor het metselen van Holten's Molen aanbesteed. J. van Nunen was met f 2,28 per 1000 stenen de laagste inschrijver.
Tweede generatie[bewerken | brontekst bewerken]
Na het overlijden van Martinus Flipsen en zijn vrouw werd de herberg voortgezet door hun oudste dochter Antonetta Flipsen.
Vechtpartij[bewerken | brontekst bewerken]
In de late avond van 29 april 1894 vond nabij de herberg een vechtpartij plaats, kort nadat Frans van de Weijer rond 11:00 uur 's avonds, samen met zijn broer Antoon, de herberg van Antonetta Flipsen verlaten had. Ze werden aangevallen door Johannes Aarts en Martinus Klaassen. Die sloegen en schopten Antoon van de Weijer, eerst op de grindweg, en ook nog nadat het slachtoffer de moestuin van Flipsen was ingevlucht. Het slachtoffer raakte levensgevaarlijk gewond en de daders moesten ieder twee jaar het gevang in.[1]
Verkoop herberg[bewerken | brontekst bewerken]
Op 3 september 1894 werd de herberg van de kinderen Flipsen, het huis met stalling, beugelbaan enz. kadastraal sectie F 917 en gedeelte van F 916, publiek verkocht. Koper was timmerman Eimericus Hubertus Goossens (Het Man), die als schoonvader van Johannes Antonius van Baars (1856-1914) als lasthebber optrad. De overnameprijs was 2125 gulden, het buffet met bierpomp in de kamer werd wel nadrukkelijk buiten de koop gehouden. De herberg werd later bekend onder de naam Hotel Van Baars.
Bronnen, noten en/of referenties
|