Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Joannes Bertrams (1755-1811)
| Joannes Bertrams | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Joannes Bertrams | |
| Roepnaam | Jan | |
| Geboorteplaats | Deurne | |
| Doopdatum | 31 december 1755 | |
| Overl.plaats | Maashees en Overloon | |
| Overl.datum | 4 oktober 1811 | |
| Partner(s) | (1) Sijbilla Jacobs (2) Joanna Janssen (3) Maria Brouwers (circa 1762-1816) | |
Jo(h)annes (Jan) Bertrams (Bet(t)erams) (1755-1811) was geboren in Deurne en woonde in Maashees en Overloon.
Hij was een zoon van Eduardus Bertens (1714-1785) en Elisabetha van den Boomen (1731-1768).
Jan huwde op 7 november 1785 in Maashees met Sijbilla Jacobs. Waarschijnlijk overleed ze kort daarna want al op 23 mei 1786 hertrouwde hij in Geijsteren met Joanna Janssen. Ook zij overleefde haar eerste huwelijksjaar niet want op 20 april 1787 werd ze in Geijsteren begraven.
Het derde huwelijk van Jan was op 19 juli 1787 in Venray met Maria Brouwers, (Geijsteren 21 november 1759 - Sambeek 10 januari 1816), dochter van Gerrit Brouwers (Geijsteren circa 1736-1814 Wanssum-Geijsteren) en Francina van der Sande.
De volgende kinderen werden uit dit huwelijk geboren:
- Francina Betrums, (Vierlingsbeek 22 augustus 1793 - Maashees en Overloon 11 maart 1816)
- Wilhelmina Betrums, (Vierlingsbeek 26 maart 1795 - Vierlingsbeek 17 juli 1820). Ze huwde op 26 oktober 1816 in Vierlingsbeek met Joannes Dins (Sambeek 1788).
- Henricus (Hendrik) Beterams (Betraems), (Vierlingsbeek 20 augustus 1798 - Sambeek 2 april 1821). Hij was dagloner.
- Sigbertus Beterams, (Vierlingsbeek 24 oktober 1800 - Deurne 17 mei 1858). Hij huwde met Magdalena Menne (1791-1848).
Op 22 april 1786 gaven schepenen van Deurne een verklaring van goede gedrag ten behoeve van Johannes Evert Bertrams, wonend in Geijsteren en geboren in Deurne uit eerlijke ouders, Hij was na het overlijden van zijn ouders gerechtigd tot een zesde deel van hun nalatenschap.[1]
Op 23 februari 1787 verkocht hij zijn erfdeel, horende bij de boerderij op het Haageind, aan zijn broers en zussen. Hij ondertekende de verkoopakte met een kruisje.[2]
| Bronnen, noten en/of referenties |