Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Martinus Koppens (1824-1909)
| Martinus Koppens | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Martinus Koppens | |
| Geboorteplaats | Deurne | |
| Geboortedatum | 28 juni 1824 | |
| Overl.plaats | Deurne | |
| Overl.datum | 28 maart 1909 | |
| Partner(s) | Anthonetta Eevers (1822-1890) | |
| Beroep(en) | landbouwer | |
Martinus Koppens (1824-1909) was landbouwer in Deurne op 't Riet en de Langstraat.
Martinus was het tweede kind uit een gezin van elf kinderen van Antonie Koppens (1794-1855) en Helena Aldenhuizen (1800-1893).
Hij huwde op 8 mei 1852 in Deurne met Anthonetta Eevers (Antonetta Evers), landbouwster, (Deurne 1 januari 1822 - Deurne 1 maart 1890), dochter van de landbouwer Joannes Evers (1788-1868) en Catharina van den Berkmortel (1796-1862).
Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren:
- Antonius, (Deurne 20 maart 1860 - Deurne 30 november 1931). Hij huwde Petronella Verhagen (1852-1924).
- Catharina (Cato), (Deurne 18 juni 1861 - Helmond 20 juli 1940). Zij huwde Peter Manders (1858-1899).
- Helena Maria, (Deurne 27 maart 1863 - Horst-Griendtveen 26 mei 1894). Zij huwde Francis Manders (1860-1938).
- Johanna, (Deurne 14 juni 1865 - Moergestel 15 juni 1941). Zij werd kloosterlinge zuster Renata.
- Martinus, (Deurne 13 mei 1867 - Deurne 12 november 1939). Hij huwde Anna Maria Jacobs (1865-1933).
Op 22 maart en 12 april 1855 kocht hij van de kinderen en erfgenamen van Mathijs van de Beek de boerderij De Courant aan de Langstraat met 26.970 m² grond voor 1710 gulden.
Op 7 juni 1855 leende hij van Jacob Arnoud Carp uit Helmond 2100 gulden, waarbij zijn schoonvader borg stond.
Op 10 augustus 1857 lieten hij en zijn vrouw een notarieel vastgelegd testament opmaken.
Op 11 november 1865 huurde hij samen met zijn broer Lambert van de gemeente twee hectare veengrond gedurende een periode van tien jaar voor boekweitteelt.
Op 27 oktober 1868 boden de gezamenlijke kinderen van de een maand daarvoor overleden schoonvader van Martinus Koppens diens boerderij publiek te koop aan, maar blijkbaar werd er onvoldoende geboden want ze zagen uiteindelijk af van verkoop.
Wel verkocht Martinus Koppens op 7 mei 1869 De Courant met 32010 m² bijhorende landerijen aan Jozef Goossens voor 1677 gulden.
Op 12 juli 1869 verkocht hij met de overige kinderen Evers bij een openbare verkoping de schaar te velde (de te oogsten gewassen), groeiend op de percelen sectie E nrs. 343, 309, 365, 352 en 390, voor 248 gulden.
Op 9 augustus 1871 kocht hij van de gemeente Deurne een perceel heide in sectie H 195 en een gedeelte van H 1171 voor 545 gulden.
Op 10 augustus 1876 kocht hij voor 150 gulden van Johannes van den Heuvel en Gabriël Frederik de Martines een weiland en dennenbos, sectie H 1861 en H 1862, samen groot 5040 m². De verkopers hadden de grond, gelegen tussen de huidige wegen Riet en Bandert, op 13 januari 1862 van de gemeente gekocht. Diezelfde dag kocht hij van Pieter Antonie van de Mortel een perceel ontgonnen grond voor 600 gulden.
Op 15 augustus 1876 nam hij een hypotheek van 1400 gulden bij de Helmondse bakker Willem Beerings. Hij betaalde 4½ % rente en gaf de volgende goederen in onderpand: huizen, bouwland en weiland onder Deurne in sectie H nummers 2036, 2037, 2038, 2039, 1143, 1147, 1148, 1861, 1862 samen groot 4.64.90 hectare en zijn aandeel in sectie H nummers 756, 757, 758, 759, 760, 761, 762, 540 en 541, samen groot 4.57.00 hectare.
Op 28 juli 1889 ging hij, samen met zijn schoonzoon Petrus Manders, een lening aan van 300 gulden.
Op 6 juli 1890 kocht hij, samen met zijn kinderen, een aantal percelen gemeentegrond en bleef daarvoor aan de gemeente 200 gulden schuldig, waarvoor hij zijn huis en landerijen verhypothekeerde. Dat waren in sectie H de kadastrale nummers 3315, 1864, 2036, 2037, 2038, 2039, 1861, 1862, 1143, 1147, 1148, samen groot 6.81.00 hectare.
Op 17 maart 1897 verklaarde Martinus Koppens voor de notaris dat hij aan zijn zoon Antonie nog 500 gulden aan dienstbodeloon schuldig was en dat dit bedrag na zijn dood opeisbaar was.
Op 29 juli 1909 leende zijn zoon Antonius van de Boerenleenbank Deurne 1700 gulden met hypotheek op de goederen die hij van zijn vader had geërfd, namelijk een huis met stal, schuur, erf, bouwland, weiland, dennenbos en heide onder Deurne, sectie H nummer 1861, 1862, 2038, 2039, 2036, 2037, 3828, 3829, 3830 en 1864, samen groot 5.29.00 hectare.