Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Hendricus van Cuijk (1903-1992)
Hendricus (Harrie) van Cuijk (1903-1992) woonde met zijn gezin aan de Liesselseweg, was van huis uit klompenmaker en werkte later in een schroefboutenfabriek als magazijnbediende.
Familie en gezin[bewerken | brontekst bewerken]
De ouders van Harrie waren Johannes van Cuijk (Veghel 1861-1906 Veghel) en Wilhelmina van Lieshout (Veghel 1861-1918 Veghel). Harrie was de jongste in het gezin van 10 kinderen.
Hij huwde op 26 mei 1934 in Deurne met Johanna Maria Terbeek, (Deurne 29 december 1901 - Deurne 12 oktober 1974), dochter van Christiaan Terbeek (1867-1945) en Wilhelmina Cornelia Goossens (1862-1949).
Uit dit huwelijk werden minstens zes kinderen geboren:
- levenloos kindje, (Deurne 18 juli 1935).
- Wilhelmina Cornelia Maria, (Deurne 10 november 1936).
- Wilhelmus Christianus Maria, (Deurne 31 oktober 1937).
- Johannes Christianus Maria, (Deurne 4 juli 1939).
- Christina Maria Antonia, (Deurne 9 augustus 1940).
- ...
Beroepen[bewerken | brontekst bewerken]
Harrie van Cuijk begon op z’n 12e als klompenmaker in Veghel. Daarna ging hij naar de wegenbouw. Na zijn verhuizing naar Deurne werkte hij in een schroefboutenfabriek in Helmond. Daar werkte hij tot z’n 65e als magazijnbediende. Destijds was er nog de zesdaagse werkweek en had hij 7 dagen per jaar vrij.
Hobby's[bewerken | brontekst bewerken]
De hobby’s van Harrie waren biljarten, muziek van Richard Tauber en Vicky Leandros en luisteren naar mondharmonicaspel. Hij kaartte wekelijk met zijn kaartclub en maakte graag een praatje met iedereen. Op familiefeestjes zong hij wel eens een liedje.
Huis[bewerken | brontekst bewerken]
Na hun huwelijk gingen Harrie en Maria wonen in het ouderlijk huis van Maria aan de Liesselseweg op het adres A.102, later hernummerd naar Liesselseweg 84 en nu Oude Liesselseweg. Ze woonden er 7 jaar en kochten toen een eigen huisje met drie slaapkamers: een voor de jongens, een voor de meisjes en een voor hunzelf. Daar bleef het paar de rest van hun leven wonen.
Eten[bewerken | brontekst bewerken]
Harrie had 2 varkens voor eigen gebruik en een paar pony’s. Hij had een stukje grond waarop hij zijn eigen groenten kweekte. Ook zorgde hij voor zijn eigen brood: hij bracht gewoon eigen meel naar de bakker.
Ongeluk[bewerken | brontekst bewerken]
In zijn militaire diensttijd overkwam hem een ernstig ongeluk. Met een jeep ging hij drie keer over de kop. In het ziekenhuis vreesde men voor zijn leven, want hij had nekwervels gebroken, maar toch overleefde hij het ongeluk.