Heeft u correcties, aanvullingen of foto's bij een artikel dan kunt u die hier mailen.
Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank!
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis

De Bikkels

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Natuurlijk wandelpad in de Bikkels.
De jeneverbes ook Bikkel genoemd.

De Bikkels is de benaming van het meest oostelijke deel van de bossen van de Vlierdense Bossen ten westen van de Oude Aa waarin zich het gelijknamige bungalowpark De Bikkels bevindt.

Het daarop aansluitende gebied ten oosten van de Oude Aa wordt aangeduid als de Beukels. Beide benamingen hebben dezelfde herkomst.

Andere benamingen voor dit gebied waren, met vermelding van vroegste jaartal:

  • Bokel - 1340
  • Boekel - 1384
  • Bueckel - 1394
  • Buekel - 1418
  • Bockel - 1421
  • Boeckel - 1441
  • Beuct - 1508
  • Boockel - 1583
  • Bouckel - 1583
  • Boickel - 1585
  • Buckel - 1593
  • Bueckell - 1605
  • Buegel - 1649
  • Bukel - 1656
  • Bueckels - 1686
  • Beukel - 1701
  • Beukels - 1775
  • Bikkels - 1958

De naam Bikkels of Beukels is afkomstig van het Middelnederlands -boke- en -boeke-, met dialectische umlautsvorm -buek-, waaruit weer dialectisch -bik- ontstond. Uit beukenbos -bôkloh- ontstond -Bokel- met Umlaut beukel.
Het Oudkeltisch kende een woord voor beuk -bago- < Indogermaans -bhago-, zoals in Bavay/F < Bagacum, in talloze plaatsnamen met -bag-, en met verharding van Keltische -g- tot Germaanse -k- terug te vinden in bv. Silva Bacenis ('woud van beuken'), zoals Caesar het Harzwoud noemde.
De oudste vorm van Bakel was in 714 -Bago-loso-, later 721 Bac-laos; komt dus van Keltisch -bago- = beuk. -Los/loz- is de zuidelijke vorm van -loon- ('bij de bossen'). Bagoloso en Baclaos betekenen dus beide: in/bij de beukenbossen.
Beuken groeien het best op leemhoudende vochtige gronden. Dat is een grondsoort die in Deurne en omgeving veel voorkwam. De meeste beukenbossen zijn al vroeg gerooid, waarschijnlijk al voor 1200. Daarom is de naam van de beuken vrijwel alleen bewaard gebleven in de namen van weilanden en beemden die op die plaatsen ontstonden. De vormen met een verzamelsuffix -t wijzen op bossen van beuken. Dit geldt uiteraard ook voor de verzamelvormen met -el- (< -lo = 'bos'). Beukel betekent dus letterlijk 'beukenbos'.[1]

Er zijn ook een aantal samengestelde toponiemen bekend, waarin -beukel- voorkomt:

  • De Beuckelacker - 1656
  • De Grote Kivitsbeukel - 1775
  • De Kleine Kivitsbeukel - 1775
  • De Beukelpad - 1808
  • Het Beukelveld - 1808

In het natuurgebied De Bikkels komt de jeneverbes voor die in de volksmond ‘Békels’ worden genoemd.


Bronnen, noten en/of referenties
  1. >Ton SpamerEen karretje op den zandweg reed…, Deurnese toponiemen uit de periode 721-1900, Deurne, 2010.