Heeft u correcties, aanvullingen of foto's bij een artikel dan kunt u die hier mailen.
Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank!
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis

Brand van 28 augustus 1953

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Versie door Pieter K (overleg | bijdragen) op 27 dec 2014 om 11:39
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Schadeformulier veroorzaakt door ontplofte Thunderjet, collectie Tina Knijnenburg - van Bommel

De brand van 28 augustus 1953 op de Kwadestaart werd veroorzaakt door een ontplofte straaljager nadat deze was neergestort.


Op vrijdagmiddag 28 augustus 1953 rond drie uur stortte een straaljager van het type Thunderjet van de Koninklijke Luchtmacht, opgestegen vanaf vliegbasis Welschap te Eindhoven, neer op het kippenhok van de familie A. Knijnenburg - van Bommel.[1] [2] De piloot Walraven had boven Venraij het vliegtuig met zijn schietstoel verlaten na motorstoring gepaard gaande met brandverschijnselen. De piloot zelf landde met slechts enkele schrammetjes in Merselo.

Het onbestuurbare toestel stortte vervolgens op het kippenhok en ontplofte met een luide knal. Doordat de brandende kerosine naar alle kanten sproeide, werd de boerderij op het adres D.83b, later hernummerd naar Goorsebergweg 8, onmiddellijk in lichterlaaie gezet. Dit alles onder de ogen van eigenaar Janus Knijnenburg die op slechts 300 meter afstand samen met drie kinderen het land bewerkte.

In de boerderij waren nog twee slapende kinderen aan de noordzijde aanwezig, maar omdat het vliegtuig aan de zuidzijde ontplofte konden deze twee kinderen nog juist op tijd worden gered.

Schadepost[bewerken | brontekst bewerken]

De brandweer van Deurne, Bakel en vliegbasis Welschap waren uitgerukt maar konden de brand niet onder controle brengen en moesten toezien dat naast de gebouwen ook de oogst, kippen en varkens ten prooi vielen aan de brandende kerosine. De schade bedroeg 44.000 gulden.
Ook het GEB had door de vernieling van de huisaansluiting en van een elektriciteitspaal een schade van ruim 173 gulden, die verhaald werd op wat toen nog het Ministerie van Oorlog heette.[3]

krantenbericht Utrechts Nieuwsblad d.d. 29-8-1953
Bronnen, noten en/of referenties
  1. Katholiek Dagblad voor Helmond e.o.
  2. verslag Tina Knijnenburg-van Bommel
  3. Archief GEB RHCe toegangsnummer 13222 inventarisnummer 17