Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Roesbeek
Roesbeek was een lagere school in Walsberg aan de Langstraat die functioneerde van 1929 tot 1950.
Ontstaansgeschiedenis
Ondanks geringe medewerking van pastoor Roes en burgemeester Van Beek zorgden de boeren van het Riet en de Wittedijk ervoor dat op 21 juni 1929 de Roesbeekschool gesticht werd.
In eerste instantie gebeurde dit door de vereniging tot oprichting en instandhouding ener Roomsch Katholieke Bijzondere Lagere School genaamd "Roes-Beek" te Deurne. De naam Roes-Beek werd gekozen om pastoor Roes en burgemeester Van Beek te eren, omdat beiden zoveel voor de boeren hadden gedaan. En misschien ook om beiden stroop om de mond te smeren want zij waren beiden in eerste instantie fel gekeerd tegen de bouw van deze school. Later ging de school kortweg Roesbeek heten. Eenmaal gestart werd het bestuur van deze lagere school overgedragen aan het kerkbestuur van de oude parochie.
Na de kerkelijke inzegening telde de school 50 leerlingen. Tien jaar later, bij de viering van het Gouden jubileum van pastoor Roes, was het aantal leerlingen volgens het feestnummer van het weekblad / Landbouwblad Rust Roest van 15 juni 1939 op dat moment gestegen tot 90.
Kerk bij de school
De boeren hadden monseigneur Diepen, de bisschop van 's Hertogenboseh, beloofd dat Roesbeek kon uitgroeien tot een parochie met een kerk en een klooster. Dus schreven op 16 februari 1934 Louis van den Heuvel, Frans van den Eijnden en Martinus Hendriks een brief aan de bisschop met het verzoek om een kerk of kapel bij Roesbeek te mogen oprichten. Deze keer hadden ze echter geen succes.
De bisschop vroeg aan pastoor Roes waarom hij een kerk wilde op Roesbeek. Roes en het hele kerkbestuur waren onaangenaam verrast, ze wisten niets van het verzoek. In een brief aan de bisschop gaf het kerkbestuur negen redenen waarom er géén kerk op Roesbeek moest komen. De belangrijkste redenen waren dat er heel weinig mensen bij Roesbeek woonden en dat er geen "geld" zat. De bisschop antwoordde Hendriks op 23 april 1934 dan ook dat een parochie Roesbeek er niet in zat. Hendriks probeerde nog of de school Roesbeek op zondag een kapel mocht zijn, dat kostte weinig geld en voor ouderen van dagen, kleine kinderen en vrouwen "in zekere toestand" was de kerk aan de Markt te ver. In het kerkarchief is niet te vinden of de bisschop op dit verzoek gereageerd heeft.
Verhuizing
In 1950 werd Roesbeek opgeheven en verhuisden leerlingen en personeel naar de meer centraal gelegen Gerardusschool in de jonge zelfstandige Sint-Gerardus Majellaparochie in Walsberg.
Literatuur
- Bertus van Etten - Een kleine kerkgeschiedenis 2009
- Marian Brood-vd Putten, Bertus van Etten en Sjaak Obers - 70 jaar onderwijs in Walsberg 1929-1999