Heeft u correcties, aanvullingen of foto's bij een artikel dan kunt u die hier mailen.
Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank!
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis

Heinrich Wilhelm Rosenberg (1884)

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Heinrich Wilhelm Rosenberg was een 25-jarige in Oss wonende muzikant, die op 25 februari 1910 aangifte deed van het op de vorige dag om 20.30 uur in een woonwagen, staande in het gehucht Vreekwijk in Deurne, geboren kind Heinrich Wilhelm Grünholz, zoon van de in Tilburg wonende Louisa Grünholz.


Een Heinrich Wilhelm Rosenberg werd op 25 augustus 1884 om 11 uur in Oss geboren, als zoon van de 24-jarige, ongehuwde Christina Rosenberg. Ze woonde in Gemund in Pruissen, maar verbleef op dat moment ten huize van Johannes Bevers (Oss 1843-1885 Oss), arbeider, 40 jaar, wonend in Oss op Schaijksveld wijk B nr. 33. [1]

Als kind stond hij vanaf zijn geboorte ingeschreven in het dienstboden- en knechtenregister (!) van Oss. Op 31 december 1889 vertrok hij naar Rotterdam, wellicht niet toevallig op dezelfde dag en met dezelfde bestemming als Maria Henrietta Hubertina Pollen (Venlo 7 augustus 1873 - Rotterdam 20 maart 1956), die in de regel boven hem was ingeschreven. Zij was op 15 september 1882 van Venlo naar Oss gekomen, en woonachtig op A.327. Mogelijk zorgde ze voor hem. In Rotterdam werden beiden niet meer ingeschreven; van Maria is alleen een latere inschrijving, toen ze op 4 maart 1907 van Venlo naar Rotterdam kwam en daar trouwde, bekend.

Rosenberg, toen woonachtig te Oss, deed op 25 februari 1910 aangifte van de geboorte van Heinrich Wilhelm (sic!), zoon van de ongehuwde Louisa Grünholz, wonende te Tilburg. De aangifte vond in Deurne plaats, omdat Grünholz tijdelijk in een woonwagen in het gehucht Vreekwijk verbleef, waar Rosenberg de geboorte bijwoonde. Op 28 maart 1908, dus twee jaar eerder, overleed echter in Heerlen een 23-jarige in Oss geboren Heinrich Wilhelm Rosenberg. Op basis van leeftijd, woonplaats en de in verschillende bronnen (w.o. een later gevangenis-inschrijvingsregister) genoemde moeder Christina Rosenberg moet het om dezelfde persoon gaan, en dus kan één van de bronnen niet kloppen.[2]

Heinrich Wilhelm huwde vóór 1911 met Louisa (Louise) Grünholz (Strausberg 5 april 1887 - 30 december 1962) [3], maar dat kan niet de dame geweest zijn die in 1910 in Deurne een kind ter wereld bracht, want die bleef daarna nog ongehuwd (zie onder). Uit het huwelijk Rosenberg-Grünholz werden geboren:

  1. Jacob Rosenberg, (Eindhoven 6 oktober 1911 [4] - Schijndel 6 november 1911).
  2. Wilhelm Rosenberg, (Weert 23 november 1912 - Sittard 26 februari 1966). Hij huwde met Hoelda Steinbach (Susteren 1917).
  3. Peter Rosenberg, (Heusden 26 februari 1916 - Nuenen 8 september 1993).[5] Hij huwde met Stephanie Corvers (Londen 1917-1969 Nuenen).
  4. Helena Rosenberg, (Deventer 10 januari 1918). Zij huwde in Eindhoven op 2 februari 1939 met Hendrik Steinbach (Simpelveld 1909).

In oktober en november 1911 en februari 1916 woonde het echtpaar Rosenberg-Grünholz volgens de geboorteakten van de kinderen te Oss. Daar werden ze echter niet in het bevolkingsregister ingeschreven, evenmin als in de plaatsen waar de kinderen geboren werden. De overlijdensakte van Jacob ondertekende de vader als Hendrik Rosenberg.

Heinrich Wilhelm werd op 18 november 1915 voor het Kantongerecht te Zwolle veroordeeld wegens een wagen tot woning bezigen. Hij werd veroordeeld tot 2 dagen gevangenisstraf, en werd van 25 tot 27 januari ingesloten in de gevangenis van Eindhoven. Zijn signalement was 1,64 m lang, donkerbruine haren en wenkbrauwen, gewoon voorhoofd, bruine ogen, gewone neus, bedekte mond, geen baard, ovaal aangezicht, gebruinde kleur.[6]

Een tweede Louisa Grünholz

Daarnaast was er de genoemde ongehuwde Louisa Grünholz (Emmerik 18 april 1894), die in 1910 in Deurne een kind ter wereld bracht. Zij was een dochter van Albert Grünholz (Kremersborn 1866 - 's-Gravenhage 1927) en Julia Laumburger (Ferschtingel 1863-). Zij kreeg ten minste de volgende buitenechtelijke kinderen:

  1. Jacob Hubertus Grünholz, (Bergen (L) 28 juni 1908 - Utrecht 28 september 1937 [7]). Hij werd nooit gewettigd, was gehuwd met Maria Steinbach (Hoensbroek 1912 - Auschwitz 1944). Uit dit huwelijk werden (minstens) vier kinderen geboren.
  2. Heinrich Wilhelm Grünholz, (Deurne 24 februari 1910).[8] Hij huwde op 29 november 1933 in Brugge (B) met Maria Antonia Meinhart (Nijmegen 1903 - 1944 Auschwitz).
  3. Anna Grünholtz (later Weiss), (Amsterdam 2 januari 1915). Later gewettigd door de man van haar moeder.
  4. Juliana Grünholtz, (Amsterdam 7 september 1916 - Rotterdam 17 december 1916).

Zij huwde met Ludwig Weiss (Zahnau 14 januari 1895 - 's-Gravenhage 23 mei 1931), koopman, zoon van Robert Bernhard Weiss en Hulda Banberger. Uit dit huwelijk werden nog geboren:

  1. Albert Weiss, (Rotterdam 17 februari 1920 - Auschwitz 27 september 1944).
  2. Hubert Weiss, (Rotterdam 2 juli 1924).
  3. Louisa Weiss, (Laren 11 juli 1927 - 's-Gravenhage 9 januari 1928).
  4. Willem Weiss, (Haarlem 25 februari 1929 - Auschwitz 27 september 1944).

Louise (1894) woonde volgens het bevolkingsregister met haar ouderlijk gezin tot 23 februari 1908 in Loon op Zand, en sinds 1909 in Tilburg, en vertrok met het hele gezin, inclusief haar twee buitenechtelijke kinderen Jacob Hubertus en Heinrich Wilhelm, op 31 maart 1913 naar Princenhage. Ze woonde volgens het Amsterdamse bevolkingsregister in de periode 1916 - 1918 met haar dochters Anna (1915) en Juliana (1916) alleen in Amsterdam. Alleen al uit een vergelijking van de geboortegegevens van Juliana en het kind Peter Rosenberg hierboven blijkt, dat er twee dames met de naam Louise Grünholz moeten zijn geweest. De ene werd in 1894 in Emmerich geboren en had de zonen Jacob Hubertus en Heinrich Wilhelm Grünholz en de dochters Anna en Juliana, de ander was gehuwd met Heinrich Wilhelm Rosenberg en had de kinderen Jacob, Wilhelm, Peter en Helena. Dat verklaart ook dat de laatste Louise steeds alleen, dus zonder echtgenoot, ingeschreven stond.

Op basis van het bevolkingsregister is aannemelijk dat beide Louise's géén zussen waren. Opmerkelijk is dat Heinrich Wilhelm Rosenberg aangifte deed van de geboorte van de zoon van Louise Grünholz, maar niet de Louise met wie hij getrouwd was! Bovendien was Albert Grünholz, vader van deze Louisa, getuige bij de geboorte van een kind van de hiervoor genoemde Heinrich Wilhelm Rosenberg met de andere Louise Grünholz. Er lijkt dus ergens wel een relatie te zijn, maar welke is onduidelijk.

Bij het overlijden van Jacob Hubertus woonde zijn moeder Louisa Grünholz in Dordrecht.

Louise Weiss-Grünholz werd op 16 mei 1944 in Den Haag opgepakt. Tot 19 mei 1944 zat zij gevangen in Westerbork, en de volgende twee dagen werd ze gedeporteerd naar Auschwitz-Birkenau. Van 1 tot 3 augustus 1944 werd zij overgebracht naar Ravensbrück, waar zij op een onbekend moment om het leven kwam.

Bronnen, noten en/of referenties
  1. In 1915 worden deze gegevens in het gevangenisregister van Eindhoven bevestigd.
  2. 12.038 Burgerlijke Stand in Limburg: Heerlen, 1796-1942, akte 53
  3. Zij ligt als 'Louise Rosenberg-Grünholz' in Utrecht begraven bij Jacob Hubertus Grünholz, zoon van de andere Louise Grünholz, zo blijkt tenminste uit het bevolkingsregister.
  4. Hij werd volgens zijn geboorteakte niet ten huize van zijn ouders geboren, maar op het adres Rozemarijnstraat 8. Getuige in zijn geboorteakte was Albert Grünholz (Kremersborn (D) 1866-1927 's-Gravenhage), muzikant, wonend te Tilburg, klaarblijkelijk de vader van de hieronder genoemde Louisa Grünholz (!).
  5. Geboren in een woonwagen, staande buiten de Oudheusdensche Poort.
  6. Inschrijvingsregister gedetineerden, exclusief voorlopig aangehoudenen, archiefnummer 54, Gevangenissen in Eindhoven, inventarisnummer 102
  7. Bij zijn overlijden was hij muzikant, en woonde in Dordrecht.
  8. Geboren in een woonwagen, staande in het gehucht Vreekwijk. De aangifte werd verzorgd door Heinrich Wilhelm Rosenberg.