Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Antonius Koppens (1890-1974)
Antonius (Toon) Koppens (1890-1974) stond in Zeilberg algemeen bekend als Toon de schoenmaker.
Toon was een zoon van Theodorus Koppens (1843-1925) en Petronella Koppens (1852-1918). Hij huwde op 14 februari 1925 te Deurne met Anna Maria van den Heuvel, (Deurne 15 mei 1900 - 17 maart 1986), dochter van Peter Johannes van den Heuvel (1871-1940) en Antonia Koppens.
Uit dit huwelijk werden minstens de volgende kinderen geboren;
- Petronella Antonia (Nel), (Deurne 29 november 1925). Zij huwde met Theodorus Antonius Janssen (1923-1980).
- Petrus Theodorus (Piet), (Deurne 17 januari 1927).
- Antonia Huberta (Tonny), (Deurne 3 maart 1929 - Eindhoven 14 september 1982). Zij huwde met Petrus Hubertus Joseph van Aarssen (1925-2001).
- Theodora Maria (Dora), (Deurne 16 maart 1930 - Helmond 9 januari 1998). Na achttien jaar kloosterleven als zuster Isidore huwde zij met de weduwnaar Piet van den Heuvel.
- Hubertus Cornelis (Huub), (Deurne 8 april 1931).
- Maria Johanna, (Deurne 9 februari 1933).
- Johanna Martina Cornelia, (Deurne 7 mei 1934).
- Maria Cornelia (Riet), (Deurne 22 juni 1937).
- Antonius Petrus Cornelius (Antoon), (Deurne 12 mei 1940).
Hij woonde naast de Maria-Antoinette molen en men zag hem altijd bezig in zijn werkkamertje aan de straatkant met de reparatie van schoenen. Duizenden spijkertjes, die via zijn mond tussen zijn vingers terechtkwamen, werden door hem met vinnige tikjes in de schoenzolen geslagen.
Toon leerde het vak bij Hannes van den Eijnde, waar hij eerst achttien jaar werkte. Later begon hij voor zichzelf en ging hij ook handgemaakte schoenen maken. Soms maakte hij wel acht paar in een week. Van den Eijnde was zó tevreden over zijn knecht, dat Toon het huisje waarin hij woonde van zijn leermeester cadeau kreeg.
De Tweede Wereldoorlog was een moeilijke tijd, ook voor de schoenmaker. Er was weinig leer voorhanden om de nodige reparaties te kunnen uitvoeren. Ook moest Toon veel reparaties opschrijven in het zogenaamde zwarte boek. Hij en zijn zoon verdienden samen amper veertig gulden in de week, daarvan moest hij een gezin onderhouden van maar liefst elf personen.
Toen Toon in zijn werkhuisje een nieuwe werktafel kreeg, schonk hij het oude tafeltje, waaraan drie generaties schoenen hebben gerepareerd, aan de gemeente Deurne. Dat tafeltje is bijzonder, want honderden kinderen mochten er één of meer spijkertjes in slaan, als ze een paar schoenen kwamen ophalen. Dat tafeltje staat nu in de oudheidkamer van het heemhuis. Toon de schoenmaker was een bijzonder figuur in de Zeilbergse gemeenschap.
Een van de gezegdes van Toon Koppens was: 't wórt nie bitter, as ge vórt óp oew blokke pist.
Bronnen, noten en/of referenties
|