Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Johan van Leefdael
Johan van Leefdael | ||
circa 1646 - 1714 | ||
heer van Deurne | ||
Periode | 1699-1714 | |
Voorganger | Rogier van Leefdael | |
Opvolger | Gerardus Sulyard | |
heer van Liessel | ||
Periode | 1699-1714 | |
Voorganger | Rogier van Leefdael | |
Opvolger | Gerardus Sulyard | |
heer van Lieferinge | ||
Periode | 1699-1714 | |
Voorganger | Rogier van Leefdael | |
Vader | Rogier van Leefdael | |
Moeder | Hester van Leefdael |
Johan (Jan) van Leefdael was van 1699 tot 1714 heer van Deurne. Daarnaast was hij ook president-schepen van 's-Hertogenbosch en rentmeester van de geestelijke goederen.
Hij werd rond 1646, waarschijnlijk in 's-Hertogenbosch, geboren als oudste van de drie zonen van Rogier van Leefdael (1617-1699) en diens nicht Hester van Leefdael.
Zijn vader kocht in 1653 de heerlijkheid Deurne en was tevens heer van Lieferinge. Zoals zijn vader zou Johan doorgaans in 's-Hertogenbosch verblijven, ook na de opvolging als heer van Deurne. Hij vervulde in die stad belangrijke functies, zoals die van schepen (1680) en zelfs president-schepen (1697-1700 en 1709-1711). Daarnaast was hij rentmeester van de voormalige geestelijke goederen namens het gewestelijk bestuur.
Toch betekende dat niet dat Van Leefdael niets betekende voor Deurne en het Groot Kasteel aldaar. Zo is bekend dat hij in 1700 nieuwe stucplafonds liet aanbrengen, die tot de verwoesting in 1944 het gebouw sierden.
Van Leefdael bleef ongehuwd.
Op 21 december 1694 kocht hij van Laureijns Antonis van de Heijden uit Woensel de watermolen van Belgeren, samen met de Eeckelhof, de bomen en het visrecht.[1]
Op 16 december 1714, drie dagen voor zijn overlijden in 's-Hertogenbosch, liet hij zijn testament maken. Daarin bepaalde hij dat hij begraven wilde worden in het koor van de kerk van Deurne. Universeel erfgenaam werd zijn neef Gerard Sulyard. Hij mocht volgens het testament echter niet trouwen dan na toestemming van baron de Leefdael, kolonel in het regiment mariniers van de graaf van Athlone. Daarnaast gingen ook legaten naar zijn nichten Jacoba van Leefdael, gehuwd met baron Colijns, en Hester van Leefdael, gehuwd met ridder Abercrombie, de twee dochter van zijn zuster Johanna, douarière van Thomas Sulyard.[2]
Na zijn dood gingen zijn Deurnese bezittingen over op zijn neef Gerard Sulyard, die zich ook wel Sulyard van Leefdael noemde.
Bronnen, noten en/of referenties
|