Heeft u correcties, aanvullingen of foto's bij een artikel dan kunt u die hier mailen.
Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank!
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis

Paleontologische vondsten Hoogdonk: verschil tussen versies

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
(geen verschil)

Versie van 15 aug 2017 08:13

Bij kalkzandsteenfabriek Hoogdonk in Liessel werden tot 2002 belangrijke archeologische vondsten gedaan.

Tot het jaar 2002 werd bij de kalkzandsteenfabriek Hoogdonk het zand met een baggerinstallatie uitgebaggerd. Al het materiaal werd daarbij op een grote zeef gestort en op die zeef bleven onder andere ook fossielen achter. De fossielen werden vanaf een diepte tot ongeveer 50 meter naar boven gehaald.

Hoogdonk werkte samen met twee musea, het museum Klok en Peel in Asten en oertijdmuseum De Groene Poort in Boxtel. Groepjes amateurarcheologen zochten regelmatig samen met medewerkers van Hoogdonk naar bijzondere vondsten in het gedregde zand. Een van de amateurarcheologen was Noud Peters, samensteller van het boek Brabant tussen walvissen en mastodonten, fossielen uit Liessel. In het boek geeft hij een overzicht van alles wat er in Liessel gevonden werd, zoals haaientanden, walviswervels, resten van vogels, zeeëgels, zeesterren. Maar ook zaden van planten en artefacten die wijzen op de aanwezigheid van mensen.

Het overgrote deel van de opgebaggerde fossielen werd door directeur Van den Brink beschikbaar gesteld aan het Klok en Peel Museum in Asten, waar de afdeling Paleontologie een grote en mooie collectie van de vele fossielen toont.

Ook Heemkundekring H.N. Ouwerling heeft een aantal versteende fossielen die afkomstig zijn van de Hoogdonk.

Na 2002 wijzigde de methode van baggeren, waardoor er een einde kwam aan de archeologie in Hoogdonk. Er werd eerst gebaggerd met een eigen drijvend kraanschip. Als gevolg van veranderde milieueisen gebeurt dat na 2002 met een ingehuurde elektrische zuiger.

De vindplaats ligt op een geologisch interessante locatie, namelijk op de zogenaamde Peelhorst van de Peelrandbreuk. Oude aardlagen zitten op die horst in verhouding dicht bij het aardoppervlak. Dat verklaart waarom er bij die zandwinning zo veel fossielen zijn gevonden uit met name het laatste deel van het Plioceen en uit het Mioceen. Walvisresten, maar ook veel andere mariene fossielen vormen het bewijs van een verleden waarin dit deel van Nederland zee was (Mioceen). Resten van mastodonten en andere fossielen stammen uit een periode waarin het gebied land was (Plioceen / Pleistoceen).