Heeft u correcties, aanvullingen of foto's bij een artikel dan kunt u die hier mailen.
Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank!
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis

Schenkingsoorkonde uit 721: verschil tussen versies

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
 
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1: Regel 1:
De '''schenkingsoorkonde uit 721''' van [[Herelaef]], waarbij deze aan de kerk van Bakel zijn moederlijk erfdeel te Bakel, [[Vlierden]] en [[Deurne]] schenkt, is het geschrift waarin voor het eerst de genoemde plaatsen vermeld worden en mag daarom beschouwd worden als het startpunt van de geschreven geschiedenis van genoemde plaatsen.
De '''schenkingsoorkonde uit 721''' van [[Herelaef]], waarbij deze aan de kerk van Bakel zijn moederlijk erfdeel te Bakel, [[Vlierden]] en [[Deurne]] schenkt, is het geschrift waarin voor het eerst de genoemde plaatsen vermeld worden en mag daarom beschouwd worden als het startpunt van de geschreven geschiedenis van genoemde plaatsen.


De oorspronkelijke schenkingsakte is verloren gegaan maar een afschrift daarvan bevindt zich in het Liber Aureus Epternacensis of Gouden Boek van Echternach, een document dat in 1191 in de abdij van Echternach werd geschreven en zich tegenwoordig in de Landsbibiotheek van Gotha bevindt.


== Transcriptie ==
== Transcriptie ==
Regel 11: Regel 12:
== Vertaling ==
== Vertaling ==


De vertaling, zoals die door Hannie Spamer-Buursink (Eindhoven 1997) en Ton Spamer gemaakt is, luidt als volgt:
De vertaling, zoals die door Hannie Spaamer-Buursink (Eindhoven 1997) en Ton Spamer gemaakt en later gecorrigeerd is, luidt als volgt:


:::In Christus' naam. Het betaamt Christenen de weg der waarheid te kiezen waardoor zij waardig zijn hun schepper te dienen, zodat het schenken van aalmoezen hun tot heil en hun vroomheid hun tot loon strekt.<br>Daarom heb ik, Herelaef, zoon van wijlen [[Badagar]], als schenker (besloten) iets van mijn eigendommen aan de plaatsen die aan de heiligen zijn gewijd tot heil van mijn ziel en tot eeuwigdurende genoegdoening te schenken. Dat wil zeggen aan de kerk van de heilige apostelen Petrus en Paulus en van de heilige Lambertus, bisschop en martelaar, die wij enige tijd geleden hebben gebouwd in de plaats/villa<ref>locus = lett. 'plaats'. Door Theuws, 1991, gelijkgesteld met curtis (hof, hereboerderij) en villa (landgoed)</ref>  Bakel, waar nu vader en bisschop Willibrord aan het hoofd staat. Dit is wat ik schenk in dat<br>Bakel: drie afhankelijke boeren<ref>In alle andere oorkonden betr. Texandrië in die tijd worden casatae (lett. afhankelijke hoeven, meervoud van casata) geschonken. Alleen Herelaef schenkt casatos (meervoud van casatus, lett. bewoner van de casata)</ref>, één met mijn veeboerderij<ref>Sala = letterlijk een gebouw dat uit één vertrek bestaat. Vgl ons woord 'zaal'. In die tijd volgens Ganshof, 1954, herenhuis of veraf gelegen gebouw ter bewaking/verzorging van het vee; volgens Kakebeeeke, 1989, veehoeve; volgens Theuws, 1991, gebouw bij de boerderijen van de afhankelijke boeren voor de grondeigenaar, waar hij bij aanwezigheid resideerde. Ganshofs 'herenhuis' past meer bij Theuws; zijn 'veegebouw' past meer bij Kakebeeke. De grote Duitse deskundige op dit terrein, Roelandts, 1965, hield het op een veeboerderij, die kon uitgroeien tot een gehucht. Dit is hier aangehouden. Vgl. Lies-sel (!) dat dus niet ontstaan is uit -Lies- en -lo- (bos), maar uit -lies- en -sala-.</ref> en mijn hereboerderij met bijbehorende  bedrijfsgebouwen en de daardoor omsloten hof<ref>Curticle = verkleinwoord van curtis = hof, hoeve. Kakebeeke, 1989, ziet er een kleine hereboerderij in; voor Theuws, 1991, is het de residentie van de schenker met een omringend erf (= locus = villa). Daarom is Theuws' verklaring van sala = residentie voor de niet altijd aanwezige grootgrondbezitter  niet erg waarschijnlijk, omdat Herelaef dan in Bakel zowel permanent (in zijn curticle) als tijdelijk (in zijn sala) zou hebben gewoond. Hier is de verklaring van Ganshof, 1954, gevolgd, die bij Kakebeeke èn Theuws past.</ref> met alles wat eraan toegevoegd is, en wat ik daar ter plaatse wettig als moederlijk erfdeel verkregen heb. Daarenboven schenk ik in de plaats/villa Vlierden één afhankelijke boer en in Deurne één afhankelijke boer met alles wat erbij hoort en met hun horigengoed, zowel hoeven van horigen<ref>Op de casa woonde een horige (mancipium) met zijn familie. Deze had een minder vrije status dan de afhankelijke boer (casatus) die op een casata woonde.</ref> als bedrijfsgebouwen<ref>Hier is de curticle letterlijk opgevat als 'kleine curtis' = kleine herenhoeve, bedrijfsgebouw, waar de eigenaar bij tijd en wijle resideerde.</ref>, akkers, beemden, weidegronden, bossen, wateren en waterlopen, roerend goed en on-<br>''folio 41r''<br>roerend, met de overige baten aldaar, die betrekking hebben op bovengenoemde plaats/villa, en ik wil dat deze schenking voor altijd van kracht blijft. Mocht iemand echter. Zoals boven.  
:::In Christus' naam. Het betaamt Christenen de weg der waarheid te kiezen waardoor zij waardig zijn hun schepper te dienen, zodat het schenken van aalmoezen hun tot heil en hun vroomheid hun tot loon strekt.<br>Daarom heb ik, Herelaef, zoon van wijlen [[Badagar]], als schenker (besloten) iets van mijn eigendommen aan de plaatsen die aan de heiligen zijn gewijd tot heil van mijn ziel en tot eeuwigdurende genoegdoening te schenken. Dat wil zeggen aan de kerk van de heilige apostelen Petrus en Paulus en de heilige Lambertus, bisschop en martelaar, die wij enige tijd geleden/onlangs hebben gebouwd in de plaats<ref>locus = lett. 'plaats'. Door Theuws, 1991, gelijkgesteld met curtis (hof, hereboerderij) en villa (landgoed)</ref>  Bakel en waar nu heer vader en opperpriester Willibrordus aan het hoofd lijkt te staan. Dit is wat ik schenk in dat<br>Bakel: drie afhankelijke boeren<ref>In alle andere oorkonden betr. Texandrië in die tijd worden casatae (lett. afhankelijke hoeven, meervoud van casata) geschonken. Alleen Herelaef schenkt casatos (meervoud van casatus, lett. bewoner van de casata)</ref>, één met mijn veeboerderij<ref>Sala = letterlijk een gebouw dat uit één vertrek bestaat. Vgl ons woord 'zaal'. In die tijd volgens Ganshof, 1954, herenhuis of veraf gelegen gebouw ter bewaking/verzorging van het vee; volgens Kakebeeeke, 1989, veehoeve; volgens Theuws, 1991, gebouw bij de boerderijen van de afhankelijke boeren voor de grondeigenaar, waar hij bij aanwezigheid resideerde. Ganshofs 'herenhuis' past meer bij Theuws; zijn 'veegebouw' past meer bij Kakebeeke. De grote Duitse deskundige op dit terrein, Roelandts, 1965, hield het op een veeboerderij, die kon uitgroeien tot een gehucht. Dit is hier aangehouden. Vgl. Lies-sel (!) dat dus niet ontstaan is uit -Lies- en -lo- (bos), maar uit -lies- en -sala-.</ref> en mijn hereboerderij met bijbehorende  bedrijfsgebouwen en de daardoor omsloten hof<ref>Curticle = verkleinwoord van curtis = hof, hoeve. Kakebeeke, 1989, ziet er een kleine hereboerderij in; voor Theuws, 1991, is het de residentie van de schenker met een omringend erf (= locus = villa). Daarom is Theuws' verklaring van sala = residentie voor de niet altijd aanwezige grootgrondbezitter  niet erg waarschijnlijk, omdat Herelaef dan in Bakel zowel permanent (in zijn curticle) als tijdelijk (in zijn sala) zou hebben gewoond. Hier is de verklaring van Ganshof, 1954, gevolgd, die bij Kakebeeke èn Theuws past.</ref> met alles wat eraan toegevoegd is, en wat ik daar ter plaatse wettig als moederlijk erfdeel verkregen heb. Daarenboven schenk ik in de plaats/villa Vlierden één afhankelijke boer en in Deurne één afhankelijke boer met alles wat erbij hoort en met hun horigengoed, zowel hoeven van horigen<ref>Op de casa woonde een horige (mancipium) met zijn familie. Deze had een minder vrije status dan de afhankelijke boer (casatus) die op een casata woonde.</ref> als bedrijfsgebouwen<ref>Hier is de curticle letterlijk opgevat als 'kleine curtis' = kleine herenhoeve, bedrijfsgebouw, waar de eigenaar bij tijd en wijle resideerde.</ref>, akkers, beemden, weidegronden, bossen, wateren en waterlopen, roerend goed en on-<br>''folio 41r''<br>roerend, met de overige baten aldaar, die betrekking hebben op bovengenoemde plaats/villa, en ik wil dat deze schenking voor altijd van kracht blijft. Mocht iemand echter. Zoals boven.  
:::''(Mocht er echter soms iemand komen -wat ik niet geloof dat gebeuren zal- ikzelf bijvoorbeeld, maar dat zij verre, of een van onze erfgenamen of achtererven, die zou trachten tegen deze schenkingsoorkonde in te gaan en er afbreuk aan zou willen doen, en U van de bovengenoemde zaken iets zou trachten te ontnemen onder het voorwendsel dat hij er als erfgenaam recht op heeft, mogen hem dan allereerst de toorn van de almachtige God en van de heilige engelen treffen en moge hij worden buitengeworpen uit de kerk Gods en de gemeenschap der heiligen. Moge de melaatsheid van Gehazi erop volgen en de slag die Ananias en Safira trof en moge hij hetzelfde lot ondergaan als Judas Iskarioth, die de Heer verraden heeft. Moge hij U bovendien tegelijk met het innen van de belasting vijf ponden goud en vijftien ponden zilver aanbrengen. Moge hij zelfs niet in staat zijn datgene in bezit te nemen wat hij als zijn recht opeist, maar moge hij in zijn ijdelheid gedwarsboomd worden en moge deze oorkonde ten eeuwigen tijde vast en onveranderlijk blijven bestaan, berustende op volkomen overeenstemming)''<ref>Dit gedeelte van de vertaling ontbreekt in het latijnse originele afschrift. De monnik die het afschrift vervaardigde vond de clausule omtrent de bestraffingen kennelijk niet belangrijk genoeg om die in haar geheel te herhalen. Hij verwijst daarom naar eerder gemaakte afschriften van andere oorkonden waarin die clausule te vinden was, met de woorden "Ut supra" ("Zoals boven"). De tekst van het ontbrekende gedeelte is door Camps, Oorkondenboek, oorkonde nr. 8, uit andere, oudere oorkonden aangevuld, hier vertaald en cursief aangegeven</ref>       
:::''(Mocht er echter soms iemand komen -wat ik niet geloof dat gebeuren zal- ikzelf bijvoorbeeld, maar dat zij verre, of een van onze erfgenamen of achtererven, die zou trachten tegen deze schenkingsoorkonde in te gaan en er afbreuk aan zou willen doen, en U van de bovengenoemde zaken iets zou trachten te ontnemen onder het voorwendsel dat hij er als erfgenaam recht op heeft, mogen hem dan allereerst de toorn van de almachtige God en van de heilige engelen treffen en moge hij worden buitengeworpen uit de kerk Gods en de gemeenschap der heiligen. Moge de melaatsheid van Gehazi erop volgen en de slag die Ananias en Safira trof en moge hij hetzelfde lot ondergaan als Judas Iskarioth, die de Heer verraden heeft. Moge hij U bovendien tegelijk met het innen van de belasting vijf ponden goud en vijftien ponden zilver aanbrengen. Moge hij zelfs niet in staat zijn datgene in bezit te nemen wat hij als zijn recht opeist, maar moge hij in zijn ijdelheid gedwarsboomd worden en moge deze oorkonde ten eeuwigen tijde vast en onveranderlijk blijven bestaan, berustende op volkomen overeenstemming)''<ref>Dit gedeelte van de vertaling ontbreekt in het latijnse originele afschrift. De monnik die het afschrift vervaardigde vond de clausule omtrent de bestraffingen kennelijk niet belangrijk genoeg om die in haar geheel te herhalen. Hij verwijst daarom naar eerder gemaakte afschriften van andere oorkonden waarin die clausule te vinden was, met de woorden "Ut supra" ("Zoals boven"). De tekst van het ontbrekende gedeelte is door Camps, Oorkondenboek, oorkonde nr. 8, uit andere, oudere oorkonden aangevuld, hier vertaald en cursief aangegeven</ref>       
:::Gedaan in het openbaar in de plaats Bakel. In het jaar één van koning Theoderik, op de 12e dag, in de maand december. Ik, Herelaef, heb deze schenkingsoorkonde herlezen en ondertekend. Winibaldus, Sigibaldo, Eadboldus, Gutbaldus, Egilbaldus, Grimbaldus, Theodbaldus.
:::Gedaan in het openbaar in de plaats Bakel. In het jaar één van koning Theoderik, op de 12e dag, in de maand december. Ik, Herelaef, heb deze schenkingsoorkonde herlezen en ondertekend. Winibaldus, Sigibaldo, Eadboldus, Gutbaldus, Egilbaldus, Grimbaldus, Theodbaldus.


 
{{Appendix}}
{{refs}}
[[categorie:Mens en Maatschappij]]
[[categorie:Mens en Maatschappij]]

Versie van 3 apr 2017 18:13

De schenkingsoorkonde uit 721 van Herelaef, waarbij deze aan de kerk van Bakel zijn moederlijk erfdeel te Bakel, Vlierden en Deurne schenkt, is het geschrift waarin voor het eerst de genoemde plaatsen vermeld worden en mag daarom beschouwd worden als het startpunt van de geschreven geschiedenis van genoemde plaatsen.

De oorspronkelijke schenkingsakte is verloren gegaan maar een afschrift daarvan bevindt zich in het Liber Aureus Epternacensis of Gouden Boek van Echternach, een document dat in 1191 in de abdij van Echternach werd geschreven en zich tegenwoordig in de Landsbibiotheek van Gotha bevindt.

Transcriptie

De transcriptie, zoals deze door Ton Spamer gemaakt is, waarbij in de transcriptietekst is aangegeven waar afkortingen of samentrekkingen gebruikt zijn, luidt als volgt:

In X(christ)i no(m)i(n)e. Oportet X(christ)ianos via(m) v(er)itatis eligere p(er) q(uam)
creatori suo digne mereant(ur) servire. ut oblatio ele
mosinaru(m) ad salute(m) et devotio p(ro)veniat ad mercede(m).
Idcirco ego herelaef fili(us) badagar q(uo)nda(m) donator
aliq(ui)d de reb(us) meis ad loca s(an)c(t)or(um) p(ro) remedio a(n)i(m)e mee
seu ret(ri)butio(n)e et(er)na dare disposui hoc e(st) ad basilica(m)
s(an)c(t)or(um) ap(osto)lor(um) pet(r)i et pauli et s(an)c(t)i landob(er)ti ep(iscop)i + m(arti)ris
q(uam) nup(er) c(on)st(r)uxim(us) in loco baclaos. u(b)i n(un)c do(mi)n(us) pat(er) et pon
tifex willibrord(us) p(re)e(ss)e videt(ur). hoc e(st) q(uo)d dono in ipsa
baclaos tres casatos una cu(m) sala & curticle meo
cu(m) om(n)i re adposita q(uam) ibide(m) legitime ex mat(er)no iure
habere vis(us) su(m). Insup(er) dono in loco fleodrodu(m). casatu(m) (I)
et in durninu(m) casatu(m) I cu(m) o(mn)i integ(r)itate et pecu
liare eor(um) ta(m) casis q(uam) curticlis. ca(m)pis. pratis. pascuis.
silvis. aquis. aquar(um)q(ue) decursib(us) re(m) mobile(m) + immo
folio 41r
bile(m) cu(m) reliq(ua) oportunitate ibide(m) aspiciente ad sup(ra)dictu(m)
locu(m) dono donatu(m)q(ue) e(ss)e p(er)hennis te(m)p(or)ib(us) e(ss)e volo. Si quis
vero Ut supra. Actu(m) publice loco baclaos. Anno I
Theoderici regis. die xii. m(en)sis dece(m)bris. Ego Here
laef. hanc donationis carta(m) relegi. et subscripsi.
Winibald(us). Sigibaldo. Eadbold(us). Gutbaldus. Egilbald(us).
Grimbald(us). Theodbald(us).


Vertaling

De vertaling, zoals die door Hannie Spaamer-Buursink (Eindhoven 1997) en Ton Spamer gemaakt en later gecorrigeerd is, luidt als volgt:

In Christus' naam. Het betaamt Christenen de weg der waarheid te kiezen waardoor zij waardig zijn hun schepper te dienen, zodat het schenken van aalmoezen hun tot heil en hun vroomheid hun tot loon strekt.
Daarom heb ik, Herelaef, zoon van wijlen Badagar, als schenker (besloten) iets van mijn eigendommen aan de plaatsen die aan de heiligen zijn gewijd tot heil van mijn ziel en tot eeuwigdurende genoegdoening te schenken. Dat wil zeggen aan de kerk van de heilige apostelen Petrus en Paulus en de heilige Lambertus, bisschop en martelaar, die wij enige tijd geleden/onlangs hebben gebouwd in de plaats[1] Bakel en waar nu heer vader en opperpriester Willibrordus aan het hoofd lijkt te staan. Dit is wat ik schenk in dat
Bakel: drie afhankelijke boeren[2], één met mijn veeboerderij[3] en mijn hereboerderij met bijbehorende bedrijfsgebouwen en de daardoor omsloten hof[4] met alles wat eraan toegevoegd is, en wat ik daar ter plaatse wettig als moederlijk erfdeel verkregen heb. Daarenboven schenk ik in de plaats/villa Vlierden één afhankelijke boer en in Deurne één afhankelijke boer met alles wat erbij hoort en met hun horigengoed, zowel hoeven van horigen[5] als bedrijfsgebouwen[6], akkers, beemden, weidegronden, bossen, wateren en waterlopen, roerend goed en on-
folio 41r
roerend, met de overige baten aldaar, die betrekking hebben op bovengenoemde plaats/villa, en ik wil dat deze schenking voor altijd van kracht blijft. Mocht iemand echter. Zoals boven.
(Mocht er echter soms iemand komen -wat ik niet geloof dat gebeuren zal- ikzelf bijvoorbeeld, maar dat zij verre, of een van onze erfgenamen of achtererven, die zou trachten tegen deze schenkingsoorkonde in te gaan en er afbreuk aan zou willen doen, en U van de bovengenoemde zaken iets zou trachten te ontnemen onder het voorwendsel dat hij er als erfgenaam recht op heeft, mogen hem dan allereerst de toorn van de almachtige God en van de heilige engelen treffen en moge hij worden buitengeworpen uit de kerk Gods en de gemeenschap der heiligen. Moge de melaatsheid van Gehazi erop volgen en de slag die Ananias en Safira trof en moge hij hetzelfde lot ondergaan als Judas Iskarioth, die de Heer verraden heeft. Moge hij U bovendien tegelijk met het innen van de belasting vijf ponden goud en vijftien ponden zilver aanbrengen. Moge hij zelfs niet in staat zijn datgene in bezit te nemen wat hij als zijn recht opeist, maar moge hij in zijn ijdelheid gedwarsboomd worden en moge deze oorkonde ten eeuwigen tijde vast en onveranderlijk blijven bestaan, berustende op volkomen overeenstemming)[7]
Gedaan in het openbaar in de plaats Bakel. In het jaar één van koning Theoderik, op de 12e dag, in de maand december. Ik, Herelaef, heb deze schenkingsoorkonde herlezen en ondertekend. Winibaldus, Sigibaldo, Eadboldus, Gutbaldus, Egilbaldus, Grimbaldus, Theodbaldus.
Bronnen, noten en/of referenties
  1. locus = lett. 'plaats'. Door Theuws, 1991, gelijkgesteld met curtis (hof, hereboerderij) en villa (landgoed)
  2. In alle andere oorkonden betr. Texandrië in die tijd worden casatae (lett. afhankelijke hoeven, meervoud van casata) geschonken. Alleen Herelaef schenkt casatos (meervoud van casatus, lett. bewoner van de casata)
  3. Sala = letterlijk een gebouw dat uit één vertrek bestaat. Vgl ons woord 'zaal'. In die tijd volgens Ganshof, 1954, herenhuis of veraf gelegen gebouw ter bewaking/verzorging van het vee; volgens Kakebeeeke, 1989, veehoeve; volgens Theuws, 1991, gebouw bij de boerderijen van de afhankelijke boeren voor de grondeigenaar, waar hij bij aanwezigheid resideerde. Ganshofs 'herenhuis' past meer bij Theuws; zijn 'veegebouw' past meer bij Kakebeeke. De grote Duitse deskundige op dit terrein, Roelandts, 1965, hield het op een veeboerderij, die kon uitgroeien tot een gehucht. Dit is hier aangehouden. Vgl. Lies-sel (!) dat dus niet ontstaan is uit -Lies- en -lo- (bos), maar uit -lies- en -sala-.
  4. Curticle = verkleinwoord van curtis = hof, hoeve. Kakebeeke, 1989, ziet er een kleine hereboerderij in; voor Theuws, 1991, is het de residentie van de schenker met een omringend erf (= locus = villa). Daarom is Theuws' verklaring van sala = residentie voor de niet altijd aanwezige grootgrondbezitter niet erg waarschijnlijk, omdat Herelaef dan in Bakel zowel permanent (in zijn curticle) als tijdelijk (in zijn sala) zou hebben gewoond. Hier is de verklaring van Ganshof, 1954, gevolgd, die bij Kakebeeke èn Theuws past.
  5. Op de casa woonde een horige (mancipium) met zijn familie. Deze had een minder vrije status dan de afhankelijke boer (casatus) die op een casata woonde.
  6. Hier is de curticle letterlijk opgevat als 'kleine curtis' = kleine herenhoeve, bedrijfsgebouw, waar de eigenaar bij tijd en wijle resideerde.
  7. Dit gedeelte van de vertaling ontbreekt in het latijnse originele afschrift. De monnik die het afschrift vervaardigde vond de clausule omtrent de bestraffingen kennelijk niet belangrijk genoeg om die in haar geheel te herhalen. Hij verwijst daarom naar eerder gemaakte afschriften van andere oorkonden waarin die clausule te vinden was, met de woorden "Ut supra" ("Zoals boven"). De tekst van het ontbrekende gedeelte is door Camps, Oorkondenboek, oorkonde nr. 8, uit andere, oudere oorkonden aangevuld, hier vertaald en cursief aangegeven