Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Flemingstraat 6: verschil tussen versies
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
[[Bestand:05.213.jpg|right| | [[Bestand:05.213.jpg|right|400px]] | ||
[[bestand:hvn-058 LR.jpg|thumb| | [[bestand:hvn-058 LR.jpg|thumb|400px|grondwerkzaamheden bij herbouw in 1947.]] | ||
[[bestand:hvn-059 LR.jpg|thumb| | [[bestand:hvn-059 LR.jpg|thumb|400px|grondwerkzaamheden bij herbouw in 1947.]] | ||
Het huidige pand '''[[Flemingstraat]] 6''' is gebouwd in het kader van de naoorlogse wederopbouw ter vervanging van de oude boerderij die kort na de bevrijding in 1944 afbrandde. | Het huidige pand '''[[Flemingstraat]] 6''' is gebouwd in het kader van de naoorlogse wederopbouw ter vervanging van de oude boerderij die kort na de bevrijding in 1944 afbrandde. | ||
Het pand werd getekend door architect [[Jos Deltrap]] en in 1947 gebouwd door de aannemer Van Alphen uit Dongen. Bij de graafwerkzaamheden bleek er een oude put onder de bouwplaats te | Het pand werd getekend door architect [[Jos Deltrap]] en in 1947 gebouwd door de aannemer Van Alphen uit Dongen. Bij de graafwerkzaamheden bleek er een oude put onder de bouwplaats te zitten. Het dempen daarvan moest volgens de opdrachtgever door de aannemer geschieden zonder extra kosten voor de opdrachtgever. De extra schadepost van 15.000 gulden zorgde ervoor dat de aannemer failliet ging. | ||
===Chronologie=== | ===Chronologie=== | ||
*Op 19 februari 1643 verkochten de erfgenamen van de Deurnese schepen Jan | *Op 19 februari 1643 verkochten de erfgenamen van de Deurnese schepen [[Jan Jansen Unen]] en diens vrouw Elisabeth Bakermans voor 1.100 gulden de helft van het huis en de grond aan [[Claas Claas Martens]]. De koper was gehuwd met Marijke, de dochter van Jan Jansen Unen, en was daardoor al eigenaar van de andere helft. | ||
*Op 8 augustus 1659 verhuurde Claas Claas Martens aan Jan | *Op 8 augustus 1659 verhuurde Claas Claas Martens aan [[Jan Jan Joosten]] het huis, met wat daarbij hoorde, aan het [[Haageind]], uitgezonderd het huisje bij de schuur waarin hij zelf ging wonen. Later werd Jan Jan Joosten, die ook smid was, eigenaar van de boerderij. | ||
*Op 14 september 1684 vond de boedeldeling plaats tussen de erfgenamen van de inmiddels overleden Jan Jan Joosten, die gehuwd geweest was met Margriet Aart Teeuwens. Het grote en voorste huis, dat grensde aan [[herberg De Prins]] van [[Otto de Visschere]], ging daarbij naar Aart Jansen. | *Op 14 september 1684 vond de boedeldeling plaats tussen de erfgenamen van de inmiddels overleden Jan Jan Joosten, die gehuwd geweest was met Margriet Aart Teeuwens. Het grote en voorste huis, dat grensde aan [[herberg De Prins]] van [[Otto de Visschere]], ging daarbij naar Aart Jansen. | ||
*Bij een boedeldeling in 1741 tussen de erfgenamen van Aart Jansen de Smit ging dit goed naar diens zoon Jan Aart Smits. | *Bij een boedeldeling in 1741 tussen de erfgenamen van Aart Jansen de Smit ging dit goed naar diens zoon Jan Aart Smits. | ||
Regel 17: | Regel 17: | ||
*Op 8 juni 1848 deelden de kinderen van Johannes Nooijen en Maria Smits de erfgoederen. De gezamenlijke kinderen Arnoldus, Francis en Petronella Nooijen erfden daarbij het huis. | *Op 8 juni 1848 deelden de kinderen van Johannes Nooijen en Maria Smits de erfgoederen. De gezamenlijke kinderen Arnoldus, Francis en Petronella Nooijen erfden daarbij het huis. | ||
*Op 31 maart 1864 werd de onverdeelde boedel tussen de kinderen verdeeld. Lucas van Gog, gehuwd met Petronella Nooijen, ontving daarbij het huis. Wilhelmina Rooijakkers, de weduwe van Arnoldus Nooijen, behield het vruchtgebruik. | *Op 31 maart 1864 werd de onverdeelde boedel tussen de kinderen verdeeld. Lucas van Gog, gehuwd met Petronella Nooijen, ontving daarbij het huis. Wilhelmina Rooijakkers, de weduwe van Arnoldus Nooijen, behield het vruchtgebruik. | ||
*Op 1 februari 1876 verkocht Lucas van Gog het huis aan zijn jongeren broer Jan Willem van Gog. | *Op 1 februari 1876 verkocht [[Lucas van Gogh (1801-1884)|Lucas van Gog]] het huis aan zijn jongeren broer [[Johannes Wilhelmus van Gogh (1807-1895)|Jan Willem van Gog]]. | ||
*In 1881 bouwde Jan Willem van Gog in zijn tuin tegen zijn huis op perceel sectie C 524 een boerderij en verenigde daarmee de percelen C 524 en C 525 tot een nieuw perceel C 1573, zijnde huis, schuur en erf, met een totale grootte van 930 m². | *In 1881 bouwde Jan Willem van Gog in zijn tuin tegen zijn huis op perceel sectie C 524 een boerderij en verenigde daarmee de percelen C 524 en C 525 tot een nieuw perceel C 1573, zijnde huis, schuur en erf, met een totale grootte van 930 m². | ||
*Op 7 januari 1896 van de boedelscheiding plaats tussen de erfgenamen van het inmiddels overleden echtpaar Jan Willem van Gog en Hendrina van de Meulendijk. De boerderij ging naar een van de kinderen, namelijk [[Antonie van Gog (1846-1913)|Antonie van Gog]]. | *Op 7 januari 1896 van de boedelscheiding plaats tussen de erfgenamen van het inmiddels overleden echtpaar Jan Willem van Gog en Hendrina van de Meulendijk. De boerderij ging naar een van de kinderen, namelijk [[Antonie van Gog (1846-1913)|Antonie van Gog]]. | ||
*In 1899 realiseerde Antonie van Gog een bijbouw bij het huis. | *In 1899 realiseerde Antonie van Gog een bijbouw bij het huis. | ||
*Op 26 oktober 1909 verkocht Antonie van Gog aan Willem van Neerven de boerderij en de helft van een aantal onverdeeld erfgoederen voor 2.500 gulden. | *Op 26 oktober 1909 verkocht Antonie van Gog aan [[Wilhelmus van Neerven (1882-1962)|Willem van Neerven]] de boerderij en de helft van een aantal onverdeeld erfgoederen voor 2.500 gulden. | ||
*Kort na de bevrijding brandde de boerderij af door onvoorzichtigheid met vuur door ingekwartierde Engelse soldaten. | *Kort na de bevrijding brandde de boerderij af door onvoorzichtigheid met vuur door ingekwartierde Engelse soldaten. | ||
*In 1947 werd in het kader van de naoorlogse wederopbouw een nieuwe boerderij gebouwd, getekend door architect Jos Deltrap en gebouwd door aannemer Van Alphen uit Dongen. Deze laatste bouwde nog een boerderij in Deurne, waarschijnlijk de naastgelegen [[Muggenhof]], het huidige scoutingcentrum en toenmalige boerderij van de familie Van der Heijden. | *In 1947 werd in het kader van de naoorlogse wederopbouw een nieuwe boerderij gebouwd, getekend door architect Jos Deltrap en gebouwd door aannemer Van Alphen uit Dongen. Deze laatste bouwde nog een boerderij in Deurne, waarschijnlijk de naastgelegen [[Muggenhof]], het huidige scoutingcentrum en toenmalige boerderij van de familie Van der Heijden. |
Huidige versie van 10 aug 2015 om 18:38
Het huidige pand Flemingstraat 6 is gebouwd in het kader van de naoorlogse wederopbouw ter vervanging van de oude boerderij die kort na de bevrijding in 1944 afbrandde.
Het pand werd getekend door architect Jos Deltrap en in 1947 gebouwd door de aannemer Van Alphen uit Dongen. Bij de graafwerkzaamheden bleek er een oude put onder de bouwplaats te zitten. Het dempen daarvan moest volgens de opdrachtgever door de aannemer geschieden zonder extra kosten voor de opdrachtgever. De extra schadepost van 15.000 gulden zorgde ervoor dat de aannemer failliet ging.
Chronologie[bewerken | brontekst bewerken]
- Op 19 februari 1643 verkochten de erfgenamen van de Deurnese schepen Jan Jansen Unen en diens vrouw Elisabeth Bakermans voor 1.100 gulden de helft van het huis en de grond aan Claas Claas Martens. De koper was gehuwd met Marijke, de dochter van Jan Jansen Unen, en was daardoor al eigenaar van de andere helft.
- Op 8 augustus 1659 verhuurde Claas Claas Martens aan Jan Jan Joosten het huis, met wat daarbij hoorde, aan het Haageind, uitgezonderd het huisje bij de schuur waarin hij zelf ging wonen. Later werd Jan Jan Joosten, die ook smid was, eigenaar van de boerderij.
- Op 14 september 1684 vond de boedeldeling plaats tussen de erfgenamen van de inmiddels overleden Jan Jan Joosten, die gehuwd geweest was met Margriet Aart Teeuwens. Het grote en voorste huis, dat grensde aan herberg De Prins van Otto de Visschere, ging daarbij naar Aart Jansen.
- Bij een boedeldeling in 1741 tussen de erfgenamen van Aart Jansen de Smit ging dit goed naar diens zoon Jan Aart Smits.
- Op 19 juli 1769 vond de erfdeling plaats tussen de erfgenamen van Jan Aarts Smits (begraven 27 september 1747) en diens vrouw Maaike Thomas van Riel. Jan Janse Smits kreeg daarbij het huis met de hof en het aangelag.
- Op 7 maart 1831 verdeelden de kinderen en erfgenamen van het echtpaar Jan Janse Smits en Allegonda Hikspoors de erfgoederen. Het huis ging daarbij naar Maria Smits, de weduwe van de op 28 februari 1828 overleden Johannes Nooijen.
- Op 8 juni 1848 deelden de kinderen van Johannes Nooijen en Maria Smits de erfgoederen. De gezamenlijke kinderen Arnoldus, Francis en Petronella Nooijen erfden daarbij het huis.
- Op 31 maart 1864 werd de onverdeelde boedel tussen de kinderen verdeeld. Lucas van Gog, gehuwd met Petronella Nooijen, ontving daarbij het huis. Wilhelmina Rooijakkers, de weduwe van Arnoldus Nooijen, behield het vruchtgebruik.
- Op 1 februari 1876 verkocht Lucas van Gog het huis aan zijn jongeren broer Jan Willem van Gog.
- In 1881 bouwde Jan Willem van Gog in zijn tuin tegen zijn huis op perceel sectie C 524 een boerderij en verenigde daarmee de percelen C 524 en C 525 tot een nieuw perceel C 1573, zijnde huis, schuur en erf, met een totale grootte van 930 m².
- Op 7 januari 1896 van de boedelscheiding plaats tussen de erfgenamen van het inmiddels overleden echtpaar Jan Willem van Gog en Hendrina van de Meulendijk. De boerderij ging naar een van de kinderen, namelijk Antonie van Gog.
- In 1899 realiseerde Antonie van Gog een bijbouw bij het huis.
- Op 26 oktober 1909 verkocht Antonie van Gog aan Willem van Neerven de boerderij en de helft van een aantal onverdeeld erfgoederen voor 2.500 gulden.
- Kort na de bevrijding brandde de boerderij af door onvoorzichtigheid met vuur door ingekwartierde Engelse soldaten.
- In 1947 werd in het kader van de naoorlogse wederopbouw een nieuwe boerderij gebouwd, getekend door architect Jos Deltrap en gebouwd door aannemer Van Alphen uit Dongen. Deze laatste bouwde nog een boerderij in Deurne, waarschijnlijk de naastgelegen Muggenhof, het huidige scoutingcentrum en toenmalige boerderij van de familie Van der Heijden.
- Na de oorlog werd woonde Willem van Neerven in het pand tot aan zijn dood op 12 februari 1962. Diens zoon Piet woonde er vervolgens tot aan zijn dood op 26 juni 1982. Thans woont er de familie Lammers.