Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Johannes Evers (1827-1857): verschil tussen versies
(e) |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
(Een tussenliggende versie door een andere gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 9: | Regel 9: | ||
| overl.plaats = Deurne | | overl.plaats = Deurne | ||
| overl.datum = 26 mei 1857 | | overl.datum = 26 mei 1857 | ||
| partner(s) = Wilhelmina Verhaag | | partner(s) = Wilhelmina Verhaag (1824-1898) | ||
| beroep(en) = landbouwer | | beroep(en) = landbouwer | ||
| gedachtenisprent= | | gedachtenisprent= | ||
Regel 17: | Regel 17: | ||
Johannes was een zoon van [[Petrus Evers (1786-1827)]] en Sophia Laurensse (1790-1866). | |||
Hij huwde op 16 april 1853 in Deurne met Wilhelmina Verhaag, (Deurne 20 februari 1824 - Deurne 17 oktober 1898), dochter van [[Hendricus Verhaegh (1786-1853)]] en Godefrida Martens (1784-1860). | Hij huwde op 16 april 1853 in Deurne met Wilhelmina Verhaag, (Deurne 20 februari 1824 - Deurne 17 oktober 1898), dochter van [[Hendricus Verhaegh (1786-1853)]] en Godefrida Martens (1784-1860). | ||
Regel 47: | Regel 47: | ||
Die zelfde dag kocht hij nog van zijn moeder voor 130 gulden een perceel heide, sectie D 720, groot 5.880 m². | Die zelfde dag kocht hij nog van zijn moeder voor 130 gulden een perceel heide, sectie D 720, groot 5.880 m². | ||
Zijn boerderijtje | Zijn boerderijtje betrof de rechter helft van de vroegere boerderij op [[Zeilbergsestraat 44-46]]. | ||
Na zijn overlijden werd een toeziend voogd voor zijn tweejarig dochtertje benoemd. Daartoe verschenen op 19 juli 1857 voor de vrederechter in Asten de volgende personen: [[Francis Meulendijks (1822-1893)|Francis Meulendijks]], een neef van vaderszijde die ook voogd werd, Antonius Evers, ook een neef van vaderszijde, [[Godefridus Verhaag (1814-1874)|Godefridus Verhaag]], een oom van moederszijde, en Hendrik Martens, een achterneef van moederszijde.<ref>Kanton Asten toegangsnummer 26 inv.nr.23.</ref> | Na zijn overlijden werd een toeziend voogd voor zijn tweejarig dochtertje benoemd. Daartoe verschenen op 19 juli 1857 voor de vrederechter in Asten de volgende personen: [[Francis Meulendijks (1822-1893)|Francis Meulendijks]], een neef van vaderszijde die ook voogd werd, Antonius Evers, ook een neef van vaderszijde, [[Godefridus Verhaag (1814-1874)|Godefridus Verhaag]], een oom van moederszijde, en Hendrik Martens, een achterneef van moederszijde.<ref>Kanton Asten toegangsnummer 26 inv.nr.23.</ref> |
Huidige versie van 3 jul 2022 om 11:10
Johannes Evers | ||
Persoonsinformatie | ||
Volledige naam | Johannes Evers | |
Geboorteplaats | Deurne | |
Geboortedatum | 2 februari 1827 | |
Overl.plaats | Deurne | |
Overl.datum | 26 mei 1857 | |
Partner(s) | Wilhelmina Verhaag (1824-1898) | |
Beroep(en) | landbouwer |
Johannes Evers (1827-1857) was landbouwer in de Zeilberg.
Johannes was een zoon van Petrus Evers (1786-1827) en Sophia Laurensse (1790-1866).
Hij huwde op 16 april 1853 in Deurne met Wilhelmina Verhaag, (Deurne 20 februari 1824 - Deurne 17 oktober 1898), dochter van Hendricus Verhaegh (1786-1853) en Godefrida Martens (1784-1860).
Uit dit huwelijk werd slechts één kind geboren:
- Petronella, (Deurne 19 april 1855 - Deurne 21 september 1909). Zij huwde met Johannes Martens (1850-1940).
Op 10 juli 1852 werd de 26-jarige bouwmanszoon Johannes Evers betrapt op diefstal van groesvlaggen (graszoden), eigendom van de gemeente. De rechter veroordeelde hem op 19 augustus 1852 tot een boete van één gulden en betaling van 4,64½ gulden proceskosten.[1]
Op 14 juni 1853 kocht Johannes Evers Pieterzoon van zijn stiefvader Dirk van Gog de volgende onroerende goederen onder Deurne:
- Bouwland, een gedeelte van sectie D 906, groot 4.740 m²,
- De helft van een weiland, sectie D 1003, groot 2.980 m²,
- De helft van een huis en erf, sectie D 1142, groot 242 m²,
- De helft van een bouwland, sectie D 1143, groot 510 m²,
- De helft van een bouwland, sectie D 1144, groot 6.640 m²,
- De helft van een bouwland, sectie E 389, groot 1.480 m²,
- Bouwland, sectie E 395, groot 5.795 m²,
- Weiland, een gedeelte van sectie E 331, groot 2.110 m².
De koopsom bedroeg 500 gulden. De koper en verkoper waren deze onroerende goederen aangekomen bij een akte van scheiding op 11 juni 1853.[2]
Op 23 mei 1857, drie dagen voor zijn overlijden, verkocht Johannis Evers aan de broer en zussen Elisabeth, Lamberdina, Gerard en Johanna Maria van Heugten, meerderjarige kinderen van Pieter van Heugten, de volgende goederen:
- Zijn huis met erf en tuin, inmiddels sectie D 1296 en D 1297, groot 352 m²,
- Bouwland, een gedeelte van sectie D 1300, groot circa 2.800 m²,
- Een weiland, een gedeelte van sectie E 331, groot circa 1.055 m²,
- Een bouwland, sectie E 1133, groot circa 730 m².
De koopsom was 267 gulden.[3]
Die zelfde dag kocht hij nog van zijn moeder voor 130 gulden een perceel heide, sectie D 720, groot 5.880 m².
Zijn boerderijtje betrof de rechter helft van de vroegere boerderij op Zeilbergsestraat 44-46.
Na zijn overlijden werd een toeziend voogd voor zijn tweejarig dochtertje benoemd. Daartoe verschenen op 19 juli 1857 voor de vrederechter in Asten de volgende personen: Francis Meulendijks, een neef van vaderszijde die ook voogd werd, Antonius Evers, ook een neef van vaderszijde, Godefridus Verhaag, een oom van moederszijde, en Hendrik Martens, een achterneef van moederszijde.[4]
Zijn weduwe verhuisde naar de Neerkant.
Bronnen, noten en/of referenties |