Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Maria van der Gracht: verschil tussen versies
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
(Nieuwe pagina aangemaakt met ''''Maria van der Gracht''' werd in 1634 vrouwe van Vlierden. Zij was gehuwd met ridder Robbert d'Esclames, heer van Claermont, Pe...') |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 3: | Regel 3: | ||
Zij was gehuwd met ridder Robbert d'Esclames, heer van Claermont, Pervetz, Maelstede, [[Vlierden]] enz. Zij erfde in 1634, bij het overlijden van haar broer [[Wouter van der Gracht]], heer van Maelstede en Vlierden, de [[heerlijkheid Vlierden]]. Op 27 mei 1634 liet Robbert d'Esclames namens zijn vrouw het leengoed verheffen. Het geheel werd als volgt omschreven: | Zij was gehuwd met ridder Robbert d'Esclames, heer van Claermont, Pervetz, Maelstede, [[Vlierden]] enz. Zij erfde in 1634, bij het overlijden van haar broer [[Wouter van der Gracht]], heer van Maelstede en Vlierden, de [[heerlijkheid Vlierden]]. Op 27 mei 1634 liet Robbert d'Esclames namens zijn vrouw het leengoed verheffen. Het geheel werd als volgt omschreven: | ||
:''die hooge, middele ende leege heerlijcheijt van den dorpe ende prochie van Vlierden met alsulcken recht, hoocheijt ende jurisdictie soo wijdt ende breedt als deselve prochie ende heerlijcheijt haer extenderende is, mette keuren, breucken, houtschat ende alle andere onsekere vervallen, met ook die chijnsen die den Hertoch van Brabant aldaer jaerlijcx gehadt heeft, sorterende onder den rentmr. van 's Hertogenbossche, te weeten negenentwintich stuyvers elff deniers ob. pont tour xv oude grooten ende veerthien hoenderen met auctoriteijt van aldaer te maecken eene bancke ende te stellen schouteth, schepenen ende andere officiers daer nootelijck wesende, volgens tleste verlijdt bij den voorss. Heere van Vlierden op den 26 februarij 1625 in den leenhove van Brabant tot Brussel gedaen. | :''die hooge, middele ende leege heerlijcheijt van den dorpe ende prochie van Vlierden met alsulcken recht, hoocheijt ende jurisdictie soo wijdt ende breedt als deselve prochie ende heerlijcheijt haer extenderende is, mette keuren, breucken, houtschat ende alle andere onsekere vervallen, met ook die chijnsen die den Hertoch van Brabant aldaer jaerlijcx gehadt heeft, sorterende onder den rentmr. van 's Hertogenbossche, te weeten negenentwintich stuyvers elff deniers ob. pont tour xv oude grooten ende veerthien hoenderen met auctoriteijt van aldaer te maecken eene bancke ende te stellen schouteth, schepenen ende andere officiers daer nootelijck wesende, volgens tleste verlijdt bij den voorss. Heere van Vlierden op den 26 februarij 1625 in den leenhove van Brabant tot Brussel gedaen.''<ref>BHIC Raad van Brabant 1586-1811 toegang 19 inv.nr. 1130</ref> | ||
{{Appendix}} | |||
{{DEFAULTSORT:Gracht,Maria van der}} | {{DEFAULTSORT:Gracht,Maria van der}} | ||
[[categorie:Van der Gracht|Maria]] | [[categorie:Van der Gracht|Maria]] | ||
[[categorie:heer van Vlierden]] | [[categorie:heer van Vlierden]] |
Huidige versie van 15 aug 2017 om 08:38
Maria van der Gracht werd in 1634 vrouwe van Vlierden.
Zij was gehuwd met ridder Robbert d'Esclames, heer van Claermont, Pervetz, Maelstede, Vlierden enz. Zij erfde in 1634, bij het overlijden van haar broer Wouter van der Gracht, heer van Maelstede en Vlierden, de heerlijkheid Vlierden. Op 27 mei 1634 liet Robbert d'Esclames namens zijn vrouw het leengoed verheffen. Het geheel werd als volgt omschreven:
- die hooge, middele ende leege heerlijcheijt van den dorpe ende prochie van Vlierden met alsulcken recht, hoocheijt ende jurisdictie soo wijdt ende breedt als deselve prochie ende heerlijcheijt haer extenderende is, mette keuren, breucken, houtschat ende alle andere onsekere vervallen, met ook die chijnsen die den Hertoch van Brabant aldaer jaerlijcx gehadt heeft, sorterende onder den rentmr. van 's Hertogenbossche, te weeten negenentwintich stuyvers elff deniers ob. pont tour xv oude grooten ende veerthien hoenderen met auctoriteijt van aldaer te maecken eene bancke ende te stellen schouteth, schepenen ende andere officiers daer nootelijck wesende, volgens tleste verlijdt bij den voorss. Heere van Vlierden op den 26 februarij 1625 in den leenhove van Brabant tot Brussel gedaen.[1]
Bronnen, noten en/of referenties
|