Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Gerardus Johannes Kivits (1893-1978): verschil tussen versies
(Volgens afspraak, bidprentjes en niet werkend filmpje verwijderd.) |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 12: | Regel 12: | ||
| beroep(en) = peelwerker, mijnwerker, grondwerker | | beroep(en) = peelwerker, mijnwerker, grondwerker | ||
}} | }} | ||
{{link stamboom|stamboom=[[Kivits|Klik hier voor de<br>stamboom van '''"Kivits"''']]}} | |||
[[Afbeelding:Grafgrardsientje.jpg|thumb|250px|Graf van Grard Sientje in de Zeilberg (gem. Deurne)]] | [[Afbeelding:Grafgrardsientje.jpg|thumb|250px|Graf van Grard Sientje in de Zeilberg (gem. Deurne)]] | ||
[[Afbeelding:Bewijs van geboorte-aangifte Grard Sientje.jpg|thumb|250px|]] | [[Afbeelding:Bewijs van geboorte-aangifte Grard Sientje.jpg|thumb|250px|]] | ||
Regel 18: | Regel 19: | ||
== Familie == | == Familie == | ||
Grard Sientje was een zoon van de veenarbeiders [[Francis Kivits (1864-1940)|Francis (Frans) Kivits]] en [[Cornelia Francisca van Dongen (1863-1949)|Cornelia Francisca (Sientje) van Dongen]]. Hij bleef ongehuwd. Zijn bijnaam ''Grard Sientje'' had hij te danken aan de roepnaam van zijn moeder, met wie hij tot haar dood in 1949 samenwoonde. | |||
Op het eind van Grard Sientje's leven woonde hij aan de [[Pollenweg]], een inmiddels verdwenen zijstraat van de [[Snoertsebaan]], dicht bij de plek waar de familie vroeger in [[plaggenhut]]ten woonde. | |||
Op het eind van Grard's leven woonde hij aan de [[Pollenweg]], een inmiddels verdwenen zijstraat van de [[Snoertsebaan]], dicht bij de plek waar de familie vroeger in [[plaggenhut]]ten woonde. | |||
== Werk == | == Werk == | ||
Grard Sientje begon als jongen van veertien jaar bij de [[Strohulzenfabriek]] van [[Johannes Hermann Lohe (1858-1930)|Johan Lohe]] in de [[Stationsstraat]]. Als hulpkracht kreeg hij veertig cent per week. Een goed hulzenmaker kreeg 65 cent voor duizend hulzen van een literse maat. Die waren bestemd om flessen Franse en Duitse wijn naar Amerika te verschepen. Lang hield Grard Sientje het niet uit bij Lohe en hij probeerde tevergeefs werk te krijgen bij strohulzenfabrieken in Helmond. <br>Bij de [[Steenfabriek]] in Deurne vond hij werk voor even en begon toen in de Peel als veenarbeider. Van de ene maatschappij trok hij naar de andere. Grard Sientje was te ongedurig en deed liever andere dingen zoals vissen en stropen. <br>Nadat hij een korte tijd in Belfeld aan de stuw gewerkt had, vertrok hij naar Zuid-Limburg waar hij aangenomen werd door een Belgische firma die de eerste schachten bouwde voor de nieuwe kolenmijnen. Daarna zocht hij werk bij de wegenbouw.<br>Tijdens de [[Tweede Wereldoorlog]] werd Grard Sientje je naar Lansbergen in Duitsland gestuurd. Ook daar bleef hij niet lang. Toen hij verlof kreeg wist hij zeker dat hij daar nooit meer terug zou komen. <br>Na de oorlog werkt hij nog voor onbepaalde tijd aan het vliegveld tussen Bakel en Venraij en kwam hij daarna in aanraking met de [[Werkverschaffing Deurne|werkverschaffing]]. Vanaf 1976 kon hij doen en laten wat hij graag wilde en kreeg hij voortaan elke maand zijn centen van de ouderdomsvoorziening. | |||
Grard begon als jongen van veertien jaar | |||
== Bekende figuur == | == Bekende figuur == | ||
De eerste journalist die aandacht schonk aan Grard Sientje was [[Peter Vink]]. In een artikel in de Helmondse Courant van 25 mei 1957 brak hij, onder de titel ''G'rard Kivits'', een lans voor het ongemoeid later van de levenswijze van deze man. | De eerste journalist die aandacht schonk aan Grard Sientje was [[Peter Vink]]. In een artikel in de [[Helmondse Courant]] van 25 mei 1957 brak hij, onder de titel ''G'rard Kivits'', een lans voor het ongemoeid later van de levenswijze van deze man. | ||
Grard Sientje kreeg nationale bekendheid als zonderling figuur na een televisieuitzending in 1976 in het programma ''Van Gewest tot Gewest''. Hij was vooral bekend door zijn vrij ruige manier van leven, het grote aantal honden dat hij er op na hield (35 bij zijn overlijden) en zijn verschijning op motorfietsen, waarvan hij er nog 12 had bij zijn overlijden in 1978. Hij weigerde bij het berijden daarvan categorisch een helm te dragen. | |||
Grard Sientje overleed op 85-jarige leeftijd te Deurne. Spoedig erna werd zijn woning door de gemeente gesloopt. Grard Sientje werd bezongen door de [[volksmuziekgroep Moek]] in het liedje ''[[Sientje]]''. | |||
==Literatuur== | ==Literatuur== | ||
*"Een 'Brabants Bont' Gezelschap", Snarft sy-Steems Eindhoven 1996, blz. 15 t/m 20: | |||
*[[Tij Kools|Kools, Tij]] ''[[Grepen uit het leven van de zonderling "Grard Sientje"]]'' (1979 - in de [[Turfjes-serie]]) | *[[Tij Kools|Kools, Tij]] ''[[Grepen uit het leven van de zonderling "Grard Sientje"]]'' (1979 - in de [[Turfjes-serie]]) | ||
*[[Peter Vink|Vink, Peter]] ''[[Groeten van Grard Sientje]]'' (1988) | *[[Peter Vink|Vink, Peter]] ''[[Groeten van Grard Sientje]]'' (1988) |
Versie van 6 apr 2014 12:50
Grard Sientje (1893-1978) was een nationaal bekende Deurnese zonderling.
Familie
Grard Sientje was een zoon van de veenarbeiders Francis (Frans) Kivits en Cornelia Francisca (Sientje) van Dongen. Hij bleef ongehuwd. Zijn bijnaam Grard Sientje had hij te danken aan de roepnaam van zijn moeder, met wie hij tot haar dood in 1949 samenwoonde.
Op het eind van Grard Sientje's leven woonde hij aan de Pollenweg, een inmiddels verdwenen zijstraat van de Snoertsebaan, dicht bij de plek waar de familie vroeger in plaggenhutten woonde.
Werk
Grard Sientje begon als jongen van veertien jaar bij de Strohulzenfabriek van Johan Lohe in de Stationsstraat. Als hulpkracht kreeg hij veertig cent per week. Een goed hulzenmaker kreeg 65 cent voor duizend hulzen van een literse maat. Die waren bestemd om flessen Franse en Duitse wijn naar Amerika te verschepen. Lang hield Grard Sientje het niet uit bij Lohe en hij probeerde tevergeefs werk te krijgen bij strohulzenfabrieken in Helmond.
Bij de Steenfabriek in Deurne vond hij werk voor even en begon toen in de Peel als veenarbeider. Van de ene maatschappij trok hij naar de andere. Grard Sientje was te ongedurig en deed liever andere dingen zoals vissen en stropen.
Nadat hij een korte tijd in Belfeld aan de stuw gewerkt had, vertrok hij naar Zuid-Limburg waar hij aangenomen werd door een Belgische firma die de eerste schachten bouwde voor de nieuwe kolenmijnen. Daarna zocht hij werk bij de wegenbouw.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Grard Sientje je naar Lansbergen in Duitsland gestuurd. Ook daar bleef hij niet lang. Toen hij verlof kreeg wist hij zeker dat hij daar nooit meer terug zou komen.
Na de oorlog werkt hij nog voor onbepaalde tijd aan het vliegveld tussen Bakel en Venraij en kwam hij daarna in aanraking met de werkverschaffing. Vanaf 1976 kon hij doen en laten wat hij graag wilde en kreeg hij voortaan elke maand zijn centen van de ouderdomsvoorziening.
Bekende figuur
De eerste journalist die aandacht schonk aan Grard Sientje was Peter Vink. In een artikel in de Helmondse Courant van 25 mei 1957 brak hij, onder de titel G'rard Kivits, een lans voor het ongemoeid later van de levenswijze van deze man.
Grard Sientje kreeg nationale bekendheid als zonderling figuur na een televisieuitzending in 1976 in het programma Van Gewest tot Gewest. Hij was vooral bekend door zijn vrij ruige manier van leven, het grote aantal honden dat hij er op na hield (35 bij zijn overlijden) en zijn verschijning op motorfietsen, waarvan hij er nog 12 had bij zijn overlijden in 1978. Hij weigerde bij het berijden daarvan categorisch een helm te dragen.
Grard Sientje overleed op 85-jarige leeftijd te Deurne. Spoedig erna werd zijn woning door de gemeente gesloopt. Grard Sientje werd bezongen door de volksmuziekgroep Moek in het liedje Sientje.
Literatuur
- "Een 'Brabants Bont' Gezelschap", Snarft sy-Steems Eindhoven 1996, blz. 15 t/m 20:
- Kools, Tij Grepen uit het leven van de zonderling "Grard Sientje" (1979 - in de Turfjes-serie)
- Vink, Peter Groeten van Grard Sientje (1988)