Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Willem Manders (1818-1884)
Willem Manders | ||
Persoonsinformatie | ||
Volledige naam | Willem Manders | |
Geboorteplaats | Deurne | |
Geboortedatum | 23 augustus 1818 | |
Overl.plaats | Deurne | |
Overl.datum | 26 januari 1884 | |
Partner(s) | Francina Meulendijks (1814-1876) | |
Beroep(en) | landbouwer, tapper |
Willem Manders (1818-1884) was landbouwer en tapper aan de Merlenberg B.63.
Willem was een zoon van Antonius Manders (1784-1857) en Johanna Maria Claesse (1784-1850).
Hij huwde op 26 februari 1848 te Deurne met Francina Meulendijks, (Deurne 20 oktober 1814 - Deurne 28 januari 1876), dochter van Arnoldus Meulendijks (1756-1845) en Joanna Maria van der Sande (1776-1826).
Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren:
- Anna Maria, (Deurne 22 juni 1849 - Deurne 28 maart 1908). Zij huwde met Johannis Weerts (1844-1908).
- Martinus, (Deurne 6 november 1850 - Deurne 13 maart 1919). Hij huwde met Johanna van den Broek (1855-1935).
- Elisabeth, (Deurne 6 februari 1856 - Groningen 27 augustus 1925). Zij werd kloosterlinge zuster Claudina.
Op 19 december 1861 werd hij erop betrapt dat hij in zijn café illegaal twee flessen gedestilleerde drank van 83% alcohol en een 9-tal maatjes op voorraad had Op 13 mei 1862 werd hij door de rechtbank in Eindhoven naast inbeslagname van de drank veroordeeld tot een boete van 50 gulden en, indien hij die niet binnen twee maanden betaalde, ook een dag hechtenis. Ook moest hij de rechtbankkosten betalen.[1] De boete bleek in maart 1863 nog niet door hem te zijn betaald.[2]
Hij leende op 12 februari 1870 van de gemeente Deurne en Liessel 300 gulden tegen 4 % en stelde daarvoor als hypotheek zijn huis met erf, ontgonnen grond en heide onder Deurne, in sectie H de nummers 1236 en 1237. Dat huis, een hutje dat was opgetrokken van hout en leem en met stro was gedekt, stond ongeveer ter hoogte van het huidige adres Halvemaanweg 15.
Op 27 december 1870 werd zijn onverzekerde hutje door brand helemaal verwoest. De waarde van het huisje werd geschat op vijftig gulden. De inboedel die verloren ging had een waarde van veertig gulden. Het geeft wel aan dat Willem Manders met zijn gezin in armoedige omstandigheden leefde.
Toch kwam Willem Manders deze tegenslag goed te boven. Bij de verdeling van de nagelaten ouderlijke op 23 februari 1884 tussen zijn kinderen werd de boerderij met ruim vijf hectare grond gewaardeerd op 800 gulden. De os, drie koeien, het kalf, de kar, de ploeg, de verdere landbouwgereedschappen en de huishoudelijke inboedel werd ook op 800 gulden geschat. Het geheel ging naar zijn schoonzoon Johannes Weerts. Zijn zoon Martinus en zuster Claudina ontvingen van Weerts ieder ruim 533 gulden.[3]
Bronnen, noten en/of referenties
|