Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Wilebrordus van Bree (1753-1812)
Willebrordus van Bree | ||
Persoonsinformatie | ||
Volledige naam | Wilebrordus van Bree | |
Roepnaam | Wilbert | |
Geboorteplaats | Vlierden | |
Doopdatum | 1 juni 1753 | |
Overl.plaats | Vlierden | |
Overl.datum | 20 mei 1812 | |
Partner(s) | (1) Joanna Maria Manders (1762-1795) (2) Adriana Verbakel (1768-1829) | |
Beroep(en) | landbouwer |
Wilebrordus (Willebrordus, Wilbert) van Bree (1753-1812) was landbouwer op Belgeren in Vlierden.
Hij was een zoon van Martinus van Breij (1713-1788) en Catharina Geverts (1719-1790).
Wilbert huwde (1) op 30 november 1788 met Joanna Maria Manders, (Deurne 3 september 1762 - Vlierden 10 oktober 1795), dochter van Joannes Manders (1740-1783) en Anna van den Berkmortel (1740-na 1794).
De volgende kinderen werden uit dit huwelijk geboren:
- Martinus, (Vlierden 28 februari 1789 - Vlierden 21 april 1789).
- Joanna, (Vlierden 25 juni 1790 - Lierop 1 april 1830). Zij huwde op 20 februari 1813 in Lierop met Joannes van Bussel (1787-1832).[1]
- Martinus, (Vlierden 10 november 1791 - Vlierden 24 januari 1793).
- Catharina, (Vlierden 23 juni 1793 - Deurne 12 maart 1838). Zij bleef ongehuwd.
- Joanna Maria, (Vlierden 2 oktober 1795 - oktober 1795).
Joanna Maria Manders overleed in het kraambed. Wilbert huwde (2) op 19 februari 1797 in Vlierden met Adriana Verbakel, (Vlierden 26 juni 1768 - Vlierden 13 maart 1829), dochter van Antonius Hendrick (Verbakel) (1832-1793) en Maria van den Tillaart (circa 1737-1813).
Uit dit huwelijk werden geboren:
- Antonius, (Vlierden 4 mei 1797 - Mierlo 21 oktober 1865). Hij huwde met Joanna Maria van den Mortel (1807-1868).
- Joanna Maria, (Vlierden 6 februari 1799 - Mierlo 7 april 1844). Zij huwde op 13 januari 1837 in Mierlo met Joannes Lammers (Mierlo 1803-1870 Mierlo).
- Martinus, (Vlierden 22 mei 1801 - Vlierden 19 februari 1855). Hij huwde met Anna Maria Kusters (1813-1897).
- Arnoldus, (Vlierden 10 juni 1804 - Asten 30 december 1863). Hij was ongehuwd.
- Michael (Michiel), (Vlierden 29 september 1806 - Lierop 26 december 1875).
Op 21 oktober 1790 ontving hij bij de verdeling van de erfgoederen van zijn ouders het nieuw huis op Belgeren met de schaapskooi.[2]
In 1792-1793 was hij, samen met Jan van Heertem, borgemeester van Vlierden.[3]
Op 20 januari 1797 werd, ten behoeve van de kinderen uit zijn eerste huwelijk, een inventaris opgesteld van zijn bezittingen.[4]
Op 22 december 1802 kocht hij tijdens een publieke verkoop ten huize van Jan van Bussel op het marktveld te Asten twee zakken haver. Vervolgens ging hij naar huis om zijn kar en paard te halen en kwam, samen met zijn knecht Johannis Verbakel,[5] tussen 5 en 6 uur terug naar Asten. De knecht bond het paard met het touw dubbel vast aan de lindeboom bij het huis Samen met Jan van Bree dronken ze ze binnen nog een drupke jenever. Toen ze buiten kwamen waren kar en paard verdwenen. Spoedig werd Jan van der Linden ervan verdacht de hand te hebben in de diefstal en in Vlierden werd bij de watermolen wacht gehouden om zo mogelijk Van der Linden te arresteren. Helena Antony van Hout, de huisvrouw van Francis Jacobs uit Vlierden, ontmoette namelijk daags tevoren Jan van der Linden en die verklaarde haar het huis van Van Bree in vier hoeken in brand te zullen steken als Van Bree zijn woord niet zou herroepen. Van Bree zocht stad en land af naar zijn verdwenen paard. Daags voor Kerstmis vond Wilbert, samen met Jan van Bree en Thomas Slaats, zijn paard terug bij een Erpse boer ter plaatse genaamd In de Poort. Die boer zei dat hij het paard op de Meulenweg had aangetroffen. Enige tijd later ontmoette Van Bree in Helmond op de Steenweg Jan van der Linden die hem om vergiffenis vraagt. Ze besloten daarop samen een soopje te gaan drinken op het Helmondse stadhuis. Terwijl ze daar naar toe liepen vertelde Van der Linden hem dat er stukken of ooren van zijn verdwenen kar zullen terugkomen en dat zijn kar, ten tijde dat hij zijn paard terugvond, op den Boekelsen Berg stond. [6]
Bronnen, noten en/of referenties
|