Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Stationsstraat 66-68
De geschiedenis van het dubbelpand Stationsstraat 66-68 gaat terug tot 1906.
Bij de invoering van het kadaster in 1832 was sectie B 168 een weiland ter grootte van 3120 m², eigendom van de landbouwer en smid Mathijs Goossens, die in de aangrenzende boerderij woonde.
Door vererving gingen huis en weiland over op zijn schoonzoon, de smid Joseph Joosten.
Zijn zoon Jan Joosten verkocht de boerderij met het weiland in 1871 aan de landbouwer, bakker en metselaar Henricus Lutters. Zijn weduwe Petronella Brouwers hertrouwde met Franciscus Althuizen. Zij lieten in 1906 door aannemer Mathijs Lutters op het weiland een blok van twee huizen bouwen. Later werd haar zoon, de kleermaker Gerard Lutters, eigenaar van het dubbelpand. Hij bewoonde het rechter gedeelte.
Na het overlijden van het kinderloos gebleven echtpaar ging het geheel naar de erfgenamen Lutters en Kuijten.
Het rechter deel van het dubbelpand had achtereenvolgens de adressen B.49, B.59 en Stationsstraat 66. Het linker deel had achtereenvolgens de adressen B.50, B.60 en Stationsstraat 68. In dat pand woonde Noud Ketelaars, later zijn dochter Betsie, gehuwd met Henk Eijsbouts.
1832
1880
1906
1921
1932
1953
1957
