Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Michiel van Schaick (1706-1755)
Michiel van Schaick | ||
Persoonsinformatie | ||
Volledige naam | Michiel van Schaick | |
Geboorteplaats | Deurne | |
Geboortedatum | 25 april 1706 | |
Overl.plaats | Deurne | |
Overl.datum | 20 februari 1755 | |
Partner(s) | (1) Maria Pluijm (circa 1710-1736) (2) Johanna Catharina Bokhorst (circa 1720-1783) | |
Beroep(en) | vorster, deurwaarder |
Michiel van Schaick (1706-1755) was van 1727 tot aan zijn dood in 1755 vorster van Deurne en vanaf 1736 tevens deurwaarder van het kwartier Peelland.
Michiel was de jongste zoon van Anthonij van Schaijck (circa 1660-1719) en Gertruid Golofs (circa 1679-1746).
Hij huwde op 4 mei 1727 in Mierlo met Maria Pluijm.
Uit dat huwelijk werden de volgende kinderen geboren:
- Antonie, (Deurne 20 juni 1728 - Vlierden 1801). Hij bleef ongehuwd en was vorster van Vlierden.
- Gertrudis, (Deurne 4 december 1729 - na 1776).
- Balthasar, (Deurne 4 november 1731 - Deurne 18 oktober 1792). Hij huwde met Helena van Riet (1737-1814). Hij volgde zijn vader op als vorster van Deurne.
- een zoon, (Deurne december 1732). Hij overleed als baby.
- Hendrik, als baby of jong kind overleden op 10 mei 1734 en in de kerk van Deurne begraven.
Na het overlijden van zijn vrouw Maria Pluijm (begraven in Deurne op 3 augustus 1736) hertrouwde hij op 30 oktober 1737 in Mierlo met Johanna Catharina Bokhorst, dochter van de Deurnese schepen Gerard Bokhorst en Emerentia van Tiel.
Uit dit tweede huwelijk werden nog de volgende kinderen geboren:
- Maria Elisabeth, (Deurne 23 juni 1738). Zij huwde met Cornelis Laurens ter Horne ('s-Hertogenbosch 1733-1775 Beek en Donk). Hun zoon Michiel was, als plaatsvervanger van de hiervoor genoemde Antonie van Schaijk, nog korte tijd vorster van Vlierden.
- Gerard, (Deurne 25 februari 1748 - Vlierden 14 november 1821). Hij huwde met Anna Catharina Ramaer (1750-1814).
Het gezin woonde in het Haageind.
Als vijftien-jarige werd hij in 1722 als getuige gehoord na de geruchtmakende doodslag op Jacob de muldersknecht. Hij verklaarde gezien en gehoord te hebben dat Quirijn van den Boogaard het latere slachtoffer Jacob de muldersknecht uitdaagde om buiten tegen hem te vechten.
In 1727 werd hij aangesteld als vorster van Deurne.
In 1736 solliciteerde hij na het overlijden van de Helmonder en oud-Vlierdenaar Pieter van Hogerlinden met succes naar diens ambt als deurwaarder van het kwartier Peelland. Dit ambt kon hij naast dat van vorster uitoefenen en bestond voornamelijk uit het beslag leggen op goederen van personen die nalatig waren met het betalen van hun verpondingen (grondbelasting).
Hij overleed op 20 februari 1755 en werd vier dagen later in Deurne begraven. Als vorster van Deurne werd hij opgevolgd door zijn zoon Balthasar.