Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Martinus van Oosterhout (1903-1986)
| Martinus van Oosterhout | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Martinus van Oosterhout | |
| Geboorteplaats | Deurne | |
| Geboortedatum | 7 januari 1903 | |
| Overl.plaats | Oirschot | |
| Overl.datum | 16 juli 1986 | |
| Partner(s) | Elisabeth Christina Godefrida van de Kruijs (1903-1981) | |
| Beroep(en) | onderwijzer | |
Martinus van Oosterhout (1903-1986) was onderwijzer van beroep. Hij woonde B.42, Heuvel A.150, schoolstraat F.16, Straat Liessel A.112 en Liesselseweg in Deurne.
Martinus was een zoon van strodekker Godefridus van Oosterhout (1867-1951) en Maria Catharina van de Moosdijk (1863-1953).
Hij huwde op 27 december 1924 in Deurne met Elisabeth Christina Godefrida van de Kruijs, (Deurne 21 augustus 1903 - Oirschot 13 februari 1981), dochter van Adrianus van de Kruijs (1870-1959) en Joanna Maria Langers (1882-1967).
Uit dit huwelijk werden minstens de volgende kinderen geboren:
- Maria Catharina Joanna Antonia, (Deurne 3 juni 1927 - Hooge en Lage Mierde 30 augustus 1931).
- Adrianus Godefridus Antonius, (Hooge en Lage Mierde 26 maart 1939).
Martinus van Oosterhout werd per 1 mei 1921 officieel benoemd tot onderwijzer in Liessel. Hij was daar al eerder aan het werk gegaan, want ondanks herhaalde oproepen kon het gemeentebestuur geen onderwijzer vinden voor de bestaande vacature. Daarom werd, na overleg met het hoofd der school en met goedkeuring van de onderwijsinspectie, Martinus van Oosterhout onmiddellijk na zijn afstuderen aangenomen als nieuwe onderwijzer. In de raadsvergadering van 12 mei 1921 werd dit met terugwerkende kracht goedgekeurd.[1]
Op zaterdag 8 augustus 1923 slaagde hij in Roermond voor de hoofdakte.[2]
In augustus 1928 slaagde hij met mooie cijfers in Wageningen voor de akte L.O. Landbouw.[3]
Hij verhuisde met zijn gezin op 29 juli 1929 naar Lage Mierde, waar hij was benoemd tot hoofd der school. Bij zijn afscheid als technisch adviseur van de Liesselse Jonge Boerenstand mocht hij als afscheidscadeau een prachtige pijp in ontvangst nemen.[4]
Bronnen, noten en/of referenties
|