Bewerken van Maria van der Linden (1822-1898)

'''Maria van der Linden (1822-1898)''', indertijd in Deurne bekend onder de kloosternaam '''zuster Birgitta''', behoorde tot de eerste groep van vier zusters die op 13 mei 1856 van Veghel naar Deurne kwam om naast de [[Sint-Willibrorduskerk (Deurne)|Sint-Willibrorduskerk]] in het centrum van Deurne de eerste nevenvestiging (succursaalhuis) van de congregatie van de [[Zusters Franciscanessen]] uit Veghel te stichten.

Maria was, evenals haar ruim zes jaar jongere zus [[Catharina van der Linden (1827-1911)|Catharina (zuster Beatrix)]], een dochter van de Veghelse landbouwer Joannes van der Linden (Veghel 1789-1860 Veghel) en Henrica Versteden (Veghel 1795-1860 Veghel). Ze was vanaf 17 november 1844 postulant, werd ingekleed op 21 november 1844 en legde op 21 november 1846 in Veghel de eeuwige gelofte af.

In een tijd dat de [[spoorweg]] door Deurne nog niet bestond en er nauwelijks verharde wegen waren, kwam zuster Birgitta, samen met [[Maria Elisabeth Jonckbloet (1817-1884)|zuster Augustina]], [[Maria Elisabeth van Hoof (1822-1883)|zuster Bernardina]] en [[Adriana van Erp (1822-1877)|zuster Clara]] per huifkar van Veghel naar Deurne.

Aangezien [[Huize St. Joseph (Visser)|huize St. Joseph]] aan de [[Visser (straat)|Visser]], dat toen alleen bestond uit het [[liefdehuis]], nog in aanbouw was namen de zusters hun intrek in de voormalige [[pastorie aan de Korte Steenweg]] op het adres Dorp A.165, op de plek van het huidige adres [[Martinetstraat 32-34]].

Zuster Birgitta bleef in eerste instantie maar kort in Deurne want ze keerde op 24 januari 1857 wegens ziekte terug naar het moederhuis in Veghel om op 13 mei 1876 als tweede raadzuster in Deurne terug te keren. Op 1 januari 1877 werd ze bevorderd tot eerste raadzuster en bleef als zodanig in Deurne functioneren tot 1 januari 1885, toen ze terugkeerde naar het moederhuis in Veghel.