U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis.

Ludovicus Franciscus de Morée (1882-1966)

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Ludovicus Franciscus de Morée
Louis de Moree.jpg
foto collectie CBG
Persoonsinformatie
Volledige naam Ludovicus Franciscus de Morée
Roepnaam Louis
Geboorteplaats Gouda
Geboortedatum 1882
Overl.plaats Rijen
Overl.datum 20 april 1966
Partner(s) Henrietta Bernardina Maria Hendriks (1880-1940)
Beroep(en) componist, kapelmeester

Ludovicus Franciscus (Louis) de Morée (1882-1966) was componist en kapelmeester en dirigeerde tot 1912 de Deurnese harmonie.


Familie[bewerken | brontekst bewerken]

Louis was een zoon van Gerardus de Morée (Gouda 1845-1930 Alkemade) en Dirkje Marina van Dam (Gouda 1849-1931 Alkemade).

Hij huwde op 5 februari 1920 in Deventer met Henrietta Bernardina Maria Hendriks, ('s-Hertogenbosch 20 juli 1880 - Raamsdonk 9 december 1940), dochter van Henricus Bernardus Hendriks (Den Helder 1841-1896 's-Hertogenbosch) en Maria Barbara Hubertina Verbruggen ('s-Hertogenbosch 1845-1924 Tilburg). Henrietta was eerder gehuwd met en gescheiden van Josephus Hubertus Eduard Gerardus Anthonius van Lierde.

Carièrre[bewerken | brontekst bewerken]

Onder leiding van Louis de Morée groeide, afgaand op de recenties in de toenmalige kranten, de Deurnese harmonie tot een gerenommeerd en kwalitatief hoogstaand orkest.[1]

Louis de Morée componeerde vele muziekstukken, waaronder De Paarse Heide, het officiële Bredase volkslied, en ook een stuk met de titel Een dag in Deurne.[2]

Toen Louis de Morée in het voorjaar van 1912 benoemd werd tot kapelmeester van het vierde regiment huzaren te Deventer, en dus Brabant en de Deurnese harmonie ging verlaten, plaatste notaris De Leeuw in meerdere regionale bladen een advertentie waarin om een bekwaam directeur werd gevraagd. Blijkbaar meldden zich geen geschikte kandidaten want uiteindelijk nam De Leeuw zelf het dirigeerstokje over.

In het tijdschrift De Prins verscheen in april 1912 een artikel over Louis de Morée.

In november 1934 ontving hij in Breda een gouden medaille vanwege 36 jaar trouwe dienst als kapelmeester van het zesde regiment infanterie.

Bronnen, noten en/of referenties