Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Lied 't Hoefke
Het lied 't Hoefke, een ode aan het Deurnese amateurcircus 't Hoefke en opgenomen in de in 1950 verschenen feestgids van Het Nieuwjaarscomplot, werd geschreven en gecomponeerd door Pierre Mulders.
'T HOEFKE
- Opgedragen aan de familie Van Doorne op de 50ste verjaardag van Hub van Doorne.
Wij hebben in Deurne, de "Parel der Peel",
Een clubje van innige vrinden.
Zij trainen en oefenen, niets is te veel
Voor ''t Hoefke, waar zij elkaar vinden.
- REFREIN:
Hoefke, Hoefke, amateurscircus van 't Deurnese land,
Hoelke, Hoefke, arm en rijk werkt hand in hand.
Hoefke, Hoefke, jij bent de trots van allen,
Hoefke, Hoefke, enig in Nederland!
Het Circusorkest speelt er lustig op los,
En Lizy komt welkom U heten,
Dan rap vier Deurino's in deftige dos,
Als handacrobaten zich meten.
Het springnummer door onze Jane en Snowwhite,
Toont aanstonds 't Hoefke zijn gratie,
De zeven Saltino's met heel veel beleid,
Zij bieden een mooie prestatie.
Professor Antoni, de hypnotiseur,
Hij eet er de vlammen als baarden,
Gris-Gris en ons Grisje, zij brengen U veur:
In vrijheid gedresseerde paarden.
Miss Kowe, matroosje, zo knap en charmant,
In 't koorddansen vlot en bedreven,
Zij kronkelt en buigt en laat o zo galant,
Haar lenigheid door ons beleven.
De clowns Rits en Rats, de dompteurs in 't gezin,
Maar tevens de twee grootste gekken,
Zij spelen het klaar, zijn dus heus niet zo min:
Om hart'lijke lachlust te wekken.
Twee poney's, zij walsen de piste in 't rond,
Geleid door dressuur van ons Tiny,
Stoelino's verbazen op tafel en grond,
't Publiek over de hele linie!
Het hogeschoolrijden, nog nooit zo vertoond,
Verzorgen de dames Van Doorne
De schare met klaat'rend applaus gul beloont
De twee kunstige amazones.
Dit hogeschoolnummer beleeft men pas echt,
Door de adviseur zijn verklaring.
Nu wordt de travers, achterhand, zo gezegd,
Voor allen als een openbaring.
En ademloos strekken thans allen de nek,
De nok van het circus gaat leven:
De twee Pierre Riba's aan ringen en rek,
Doen heel het publiek even beven.
Parterre-Acrobaten het Klavertje Vier,
Wat zijn 't toch handige knapen!
Gris, gris, Snowwhite, Jane en Marie tonen fier:
Dressuur is een heel kundig wapen.
Veel luister wordt 't Hoefke voorwaar bijgezet,
Door 'n zestal van Deurnese schonen:
Zij dansen vol zwier, gracieus een ballet,
Met charmante blos op de konen.
Dan Tiny en Anny en Harry, die drie,
Je moet hen heus zien voltigeren,
Geen enkel, die 't nadoet, zelfs niemand nog die
Eén tiende hiervan kan presteren!
De mannen in overall, ook een saluut,
Want zij sjouwen dingen bij hopen!
Om heel 't programma tot op de minuut
En heel perfect te doen verlopen.
De tweemaster wordt op z'n plaats neergeplant,
Door Willem, tentmeester geheten;
Hij doet dat met zorg en met kundige hand,
Nauwkeurig en als afgemeten.
En achter dit alles als dè stimulans
Staat één, die zijn naam wil verbloemen.
Eenvoudige man, daarom willen wij thans,
Wel naamloos, doch oprecht hem roemen.