Bewerken van Kerkeindseweg 5

[[Bestand:28.409.jpg|thumb|400px|De keuken van dit pand in 1965.<br><small>foto collectie Huub Manders</small>]]
De bewoningsgeschiedenis van het huidige adres '''Kerkeindseweg 5''', ook wel bekend als '''hoeve Ter Brake''', gaat tenminste terug tot 1340.


[[ Ton Spamer]] gaf in zijn studie ''[[Een karretje op den zandweg reed…]]'' een overzicht van alle vermeldingen van dit toponiem in de loop der tijd. De vermelding van 1380 komt uit het hertogelijk cijnsregister: ''Gerardus vander Braken est mansionaris pauperum de hereditate Ancelmi de Nuelant de IIII bonaris sitis ter Braken IIII S novo''. Everard van Dorne werd zelfs al in 1340 vermeld als hoevenaar van het erfgoed van Ancelmus van Nuland.

In 1383 was het derde deel van de hoeven [[Ter Vloet]] en Ter Braken, samen het goed aan het [[Haageind]], in handen van Gevard en Willem, zoons van wijlen Willem van Doerne, de zoon van wijlen heer Gevard van Doerne, ridder, en vrouwe Margriet.

In 1449 was de hofstad Ter Braken in bezit van Jan, de zoon van Gevard voor Doerne.

In 1490 verkocht Willem, de zoon van wijlen Jan van Gerwen, aan Elisabet, de weduwe van Drik Hendrik Pelgroms, een erfpacht van jaarlijks vier mud rogge, af te leveren in Den Bosch, uit een huis en een stuk land bij de hoeve van Willem, genaamd Ter Braken alias de Vloet, de hoeve ''des oude Goet'', gelegen aan de gemeente van Deurne.

In 1588 werd de hoeve Ter Braeck, met alles wat daar bij hoorde, na drie zondagse ''kerkveilingen'' (publicaties bij de kerk) door de voogden van de kinderen van wijlen Servaas Silvester Schenckels in een openbare herberg met het uitgaan van een brandende kaars aan de hoogstbiedende verkocht. De hoeve werd toen eigendom van Dirk Antonissen. Wilbert Hendriks van Vlierden verklaarde ook in 1588 dat aan hem door de Deurnese molenaar Dirk Antonis Artssoen de hoofdpenningen van een rente van 24 gulden was betaald.

Tussen 1772 en 1775 werd door Aart Aarts bij de oude hoeve De Braeck een nieuwe boerderij gebouwd op het huidige adres Kerkeindseweg 5. De westelijk daarvan gelegen oude hoeve De Braeck werd in 1951 afgebroken.

Op 10 mei 1784 werd de nagelaten erfenis van Aart Aarts door zijn kinderen verdeeld. Het nieuwe huis met de schuuur ging daarbij naar zijn zoon [[Joannes Aerts (1745-1821)|Jan]].

Bij de invoering van het kadaster in 1832 kreeg dit huis kadastraal sectie C 796.

Op 17 augustus 1843 ging het huis bij de erfdeling van de nagelaten goederen van Jan Aarts naar diens jongste zoon [[Henricus Aarts (1783-1867)|Hendrik Aarts]].

Hendrik Aarts voegde in het jaar 1866 enige percelen elkaar tot C 1134 en C 1135, voorheen C 795, een tuin van 511 m² en C 796, het huis met de schuur en het erf, groot 570 m².

Op 8 maart 1867 werd [[Antonij Aarts (1834-1926)|Antony Aarts]], de zoon van Hendrik, bij erfdeling de nieuwe eigenaar.

Later waren achtereenvolgens [[Henricus Hoeben (1860-1905)|Henricus Hoeben]] en het kinderloze echtpaar [[Gerardus Verdeuzeldonk (1888-1972)|Grard Verdeuzeldonk]] en Johanna Hoeben eigenaar en bewoner. 

De familie [[Johannes Mathijs Coumans (1918-1993)|Coumans-de Martines]] kocht de boerderij rond 1965 van Gerard Verdeuseldonk. De tegenwoordige bewoner en eigenaar is [[Huub Manders]].

De kadastrale aanduiding van dit pand was achtereenvolgens C 796 (1832), C 1135, C 2671, C 3098, C 34 95 en V 394.

Als adresaanduiding had het achtereenvolgens Kerkeind 130 (1829) Kerkeind 127 (1839), A.399, A.464, D.141 en Kerkeindseweg 5
{{Gallery
|breedte=200
|28.412.jpg|De potstal in 1965
|28.408.jpg|De hal in 1965
|28.410.jpg|De keuken in 1965
|28.411.jpg|De potstal met zicht op het woongedeelte
|28.407.jpg|De binnenplaats in 1965
|28.414.jpg|De woning van [[Huub Manders]].
|27.500.jpg|De woning van Huub Manders.
}}


[[categorie:adres]]