U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis.

Bewerken van Kanaal van Deurne

Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Waarschuwing: U bent niet aangemeld. Uw IP-adres zal voor iedereen zichtbaar zijn als u wijzigingen op deze pagina maakt. Wanneer u zich aanmeldt of een account aanmaakt, dan worden uw bewerkingen aan uw gebruikersnaam toegeschreven. Daarnaast zijn er andere voordelen.

Deze bewerking kan ongedaan gemaakt worden. Hieronder staat de tekst waarin de wijziging ongedaan is gemaakt. Controleer voor het publiceren of het resultaat gewenst is.

Huidige versie Uw tekst
Regel 1: Regel 1:
{{kaart|Kanaal van Deurne}}
[[Image:Kanaal_van_Deurne_2_okt_2009.jpg|thumb|400px|Kort nadat deze foto op 2 oktober 2009 genomen is werd hier de duiker in het verlengde van de Eikenlaan weggehaald. ]]
[[Image:Kanaal_van_Deurne_2_okt_2009.jpg|thumb|400px|Kort nadat deze foto op 2 oktober 2009 genomen is werd hier de duiker in het verlengde van de Eikenlaan weggehaald. ]]
[[Bestand:Algemeen Handelsblad 30 september 1876.JPG|thumb|400px|De aanbesteding van de aanleg van het Deurnes Kanaal vond plaats op 26 september 1876.<br><small>Algemeen Handelsblad 30 september 1876</small>]]
[[Bestand:Algemeen Handelsblad 30 september 1876.JPG|thumb|400px|De aanbesteding van de aanleg van het Deurnes Kanaal vond plaats op 26 september 1876.<br><small>Algemeen Handelsblad 30 september 1876</small>]]
Regel 13: Regel 12:


== Ligging ==
== Ligging ==
Het '''Kanaal van Deurne''' is een vijftien kilometer lang zijkanaal van de Noordervaart. Het kanaal begint in Limburg ten zuiden van Meijel en loop dan parallel aan de [[Helenavaart]] in noordelijke richting. Na vijf kilometer, na de grens met Noord-Brabant te zijn overgestoken, buigt de Helenavaart in noordoostelijke richting naar [[Helenaveen]], terwijl het Kanaal van Deurne in noordwestelijke richting loopt, langs de natuurgebieden [[Heitrakse Peel]], [['t Molentje]] en de [[Deurnese Peel]]. Bij Griendtsveen, ter hoogte van de [[Halte]], vloeit het Kanaal van Deurne, samen met de Helenavaart, in het [[Defensiekanaal]] uit. Hierna loopt het Defensiekanaal verder in noordelijke richting.  
Het '''Kanaal van Deurne''' is een 15 kilometer lang zijkanaal van de [[Noordervaart]]. Het kanaal begint in Limburg ten zuiden van Meijel en loop dan parallel aan de [[Helenavaart]] in noordelijke richting. Na vijf kilometer, na de grens met Noord-Brabant te zijn overgestoken, buigt de Helenavaart in noordoostelijke richting naar [[Helenaveen]], terwijl het Kanaal van Deurne in noordwestelijke richting loopt, langs de natuurgebieden [[Heitrakse Peel]], [['t Molentje]] en de [[Deurnese Peel]]. Bij Griendtsveen, ter hoogte van de spoorlijn, vloeit het Kanaal van Deurne samen met de Helenavaart in het [[Defensiekanaal]] uit. Hierna loopt het Defensiekanaal verder in noordelijke richting.  


Het kanaal was aanvankelijk bedoeld ter afwatering van het veengebied en voor het transport van de in de [[Peel (gebied)|Peel]] afgegraven turf. De turfvaartjes in de [[Deurnese Peel]] (de zogenaamde [[wijken]]) werden op dit kanaal aangesloten. De wijken in het concessiegebied  [[Helenaveen]] werden aangesloten op de [[Helenavaart]].
== Aanleg ==
 
De eerste plannen tot het graven van een eigen kanaal door de gemeente [[Deurne]] dateren van 1863.  
Er was grote rivaliteit tussen [[Jan van de Griendt|Van de Griendt]] van de [[Maatschappij Helenaveen]] en het gemeentelijk veenbedrijf van Deurne. Van de Griendt weigerde zijn eigen kanaal (de Helenavaart) in medegebruik te geven en dwong de gemeente daardoor zelf een nieuw kanaal te graven, het Kanaal van Deurne. Aan die rivaliteit dankt de Peel zowel de zogenaamde [[bajonetbocht]] als de opmerkelijke aanwezigheid van twee parallelle kanalen.
 
De laatste drie kilometer van het kanaal, waardoor verbinding werd gemaakt met de [[spoorlijn Eindhoven-Venlo]] en [[Halte Helenaveen]], werd in 1906 gegraven.<ref>Zie Delpher: ''[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMRHCE01:000044811:mpeg21:p002 De Zuid-Willemsvaart van 9 mei 1906]''</ref>
 
 
== Grondverwerving en aanleg ==
De eerste plannen tot het graven van een eigen kanaal door de gemeente [[Deurne]] dateren van 1863. In dat jaar werd een commissie samengesteld die met de gemeente Meijel de aankoop van grond moest regelen voor het te graven kanaal op Meijels grondgebied. De Maatschappij Helenaveen gaf namelijk geen toestemming aan de gemeente Deurne en Liessel om schepen op de Helenavaart toe te laten. De commissie bestond uit burgemeester [[Andries Hubertus van de Mortel (1835-1863)|Andries van de Mortel]], [[Petrus de Veth (1794-1872)|Petrus Joseph de Veth]], [[Godefridus Lomans (1818-1899)|Godefridus Lomans]], notaris [[Carel Lodewijk van Riet (1813-1880)|Carel Lodewijk van Riet]] en [[Petrus Antonius van de Mortel (1830-1895)|Petrus Antonius van de Mortel]]. Op 21 september 1863 werd deze commissie door de Meijelse gemeenteraad gehoord. Nog diezelfde dag werd een voorlopige overeenkomst opgesteld waarin was bepaald dat Meijel 28 hectaren heide- en moerasgrond tussen de Noordervaart en de gemeente Deurne zou afstaan. In ruil daarvoor moest Deurne aan de volgende voorwaarden voldoen:
#De gemeente Deurne geeft ongeveer 35 hectare gedeeltelijk uitgeveende veengrond langs de Meijelse grens aan Meijel.
#Meijel heeft altijd vrije doorvaart en laad- en losrecht op het Meijelse gedeelte van het te graven kanaal.
#Deurne mag niet meer dan twee woningen bouwen op de verworven grond en Meijel mag geen woningen bouwen op haar verworven grond.
#Als de gemeente Helden klaagt over wateroverlast moet Deurne dat oplossen.
#Meijelnaren mogen met paard en kaar over de westelijke kanaaldijk naar Helenaveen rijden tot aan de te bouwen aan de [[Zwaai]].
#Meijel mag, met goedkeuring van Rijkswaterstaat, het voor ontginning benodigde water onttrekken uit het te graven kanaal.
#Deurne moet ter hoogte van de Zwaai een behoorlijke brug bouwen en onderhouden.<ref>Gemeentearchieven Meijel inv.nr. 428.04</ref>
Op 9 oktober 1863 besloot de gemeenteraad van Meijel om op het Deurnese voorstel in te gaan. Maar Van de Griendt liet het er niet bij zitten en bood op 3 oktober 1863 de gemeente Meijel aan om jaarlijks honderd karren turf ten behoeve van de armen Meijel. Daarnaast wilde hij de gemeente jaarlijks 600 gulden  geven maar daarvoor wilde hij van die gemeente wel een strookje grond bij de Molenbaan hebben, zogenaamd voor de aanleg van een weg vanuit zijn kanaal naar de gemeente Meijel maar in feite om de plannen van de gemeente Deurne en Liessel dwars te zitten.<ref>Gemeentearchieven Meijel inv.nr. 428.05 en aanvullingen archief gemeentebestuur Deurne, doos V inv.nr. 48 de dato 3 oktober 1863 </ref>
 
Toen de provincie Limburg weigerde haar goedkeuring te verlenen aan de voorgenomen grondruil zag Deurne af van het voorstel en bood de gemeente Meijel in plaats daarvan 15.000 gulden voor de Meijelse grond, die op dit aanbod inging.
 
Op 17 februari 1869 werd door de koning de benodigde concessie voor het graven van het kanaal verleend.


De aanbesteding van de bouw van een sluis, een directiekeet en een vaste brug met losplaats op Limburgse grond aan het beginpunt van het kanaal bij de Noordervaart vond plaats op 7 februari 1876. De bouw van een vaste houten brug en losplaats werd aangenomen door Peter Rijnders uit Valkenswaard voor een bedrag van 8.180 gulden. Een sluis werd gebouwd door Frans van den Berg uit Heeze.<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMGAVL01:000000756:mpeg21:a0002 Venloosch weekblad van 11 maart 1876]</ref>  P.H. Vogels uit Wessem nam op 26 september 1876 voor 68.000 gulden, 8000 gulden lager dan was begroot, de graafwerkzaamheden aan. Toezicht op het werk had [[Jan Arnold Eduard Musquetier (1843-1926)|Jan Arnold Eduard Musquetier]], een ingenieur van Rijkswaterstaat.
De aanbesteding van de bouw van een sluis, een directiekeet en een vaste brug met losplaats op Limburgse grond aan het beginpunt van het kanaal bij de Noordervaart vond plaats op 7 februari 1876. De bouw van een vaste houten brug en losplaats werd aangenomen door Peter Rijnders uit Valkenswaard voor een bedrag van 8.180 gulden. Een sluis werd gebouwd door Frans van den Berg uit Heeze.<ref>[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMGAVL01:000000756:mpeg21:a0002 Venloosch weekblad van 11 maart 1876]</ref>  P.H. Vogels uit Wessem nam op 26 september 1876 voor 68.000 gulden, 8000 gulden lager dan was begroot, de graafwerkzaamheden aan. Toezicht op het werk had [[Jan Arnold Eduard Musquetier (1843-1926)|Jan Arnold Eduard Musquetier]], een ingenieur van Rijkswaterstaat.
Regel 41: Regel 21:
Op maandag 16 mei 1876 begon de daadwerkelijke uitbakening. De ambtenaren van Rijkswaterstaat, die daarmee belast waren, hadden planken en andere hulpmiddelen nodig om hun werk te kunnen doen en niet weg te zakken in de zompige peel.  
Op maandag 16 mei 1876 begon de daadwerkelijke uitbakening. De ambtenaren van Rijkswaterstaat, die daarmee belast waren, hadden planken en andere hulpmiddelen nodig om hun werk te kunnen doen en niet weg te zakken in de zompige peel.  


Het graafwerk begon op 8 april 1877. Daarvoor werd een 36-tal ervaren Duitsers uit de omgeving van Münster geronseld en aan het werk gezet.<ref>Zie Delpher ''[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMRHCE01:00004---4344:mpeg21:p001 De Zuid-Willemsvaart 23 augustus 1923]</ref> Daarnaast waren er nog ruim tweehonderd andere gravers aan het werk. Ze verzetten zo'n 1500 m³ grond per dag. De dagelijkse leiding van de werkzaamheden bij de kanaalaanleg en vervening was in handen van [[Johannis Hermans (1845-1897)|Jan Hermans]].
Het graafwerk begon op 8 april 1877. Daarvoor werd een 36-tal ervaren Duitsers uit de omgeving van Münster geronseld en aan het werk gezet. Daarnaast waren er nog ruim tweehonderd andere gravers aan het werk. Ze verzetten zo'n 1500 m³ grond per dag. De dagelijkse leiding van de werkzaamheden bij de kanaalaanleg en vervening was in handen van [[Johannis Hermans (1845-1897)|Jan Hermans]].


In verband met de periodieke uitbetaling van gedeeltes van de aanneemsom rapporteerde Musquetier de voortgang van de werkzaamheden regelmatig aan het Deurnese gemeentebestuur, waarbij hij ook herhaaldelijk melding maakte van het aantal arbeiders dat werkzaam was aan het kanaal en de hoeveel grond die verzet was.<ref>RHCe toegang 13180 inv.nr. 84/3</ref>
In verband met de periodieke uitbetaling van gedeeltes van de aanneemsom rapporteerde Musquetier de voortgang van de werkzaamheden regelmatig aan het Deurnese gemeentebestuur, waarbij hij ook herhaaldelijk melding maakte van het aantal arbeiders dat werkzaam was aan het kanaal en de hoeveel grond die verzet was.


{| class="wikitable"
{| class="wikitable"
Regel 85: Regel 65:
|}
|}


Op 11 december 1877 wapperden de vlaggen op de kerktorens van Deurne en van Liessel want op die dag kon [[Petrus Antonius van de Mortel (1830-1895)|burgemeester Van de Mortel]]  's middags om 12 uur namens de gemeenteraad in een telegram aan de commissaris van de koning meedelen dat het kanaal verbonden was met de Noordervaart, waarmee het voor de scheepvaart was opengesteld. Dat gebeurde met de volgende bewoordingen:
Het kanaal was aanvankelijk bedoeld ter afwatering van het veengebied en voor het transport van de in de [[Peel]] afgegraven turf. De turfvaartjes in de [[Deurnese Peel]] (de zogenaamde [[wijken]]) werden op dit kanaal aangesloten. De wijken in [[Helenaveen]] echter werden aangesloten op de [[Helenavaart]].  
:''Overtuigd van Uwer Excellenties groote belangstelling en doordrongen van de diepste erkentelijkheid voor de veelvuldige en gewichtige diensten, ook in deze van UExc. genoten, vervullen wij eenen aangenamen pligt door mede te deelen dat op dit oogenblik ons Kanaal met de Noordervaart in verbinding wordt gebragt.<ref>RHCe toegang 13180 Gemeentearchief Deurne inv.nr. 19/15 Uitgaande brieven van de burgemeester, na brief 1862</ref>
 
Door de aanleg van het kanaal werd ook een enorme hoeveelheid turf gewonnen. Op 24 december 1877 werden liefst 16 miljoen stuks ''puike droge turf uitmuntend geschikt zoowel voor particulier gebruik als voor steen- en andere fabrieken'' door het gemeentebestuur van Deurne publiek te koop aangeboden.<ref>Zie Delpher ''[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSADB01:000008488:mpeg21:a0023 Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant van 20 december 1877]''</ref> Kopers waren Noten, Van der Elst en Van Waardenburg, maar vier dagen later moest de burgemeester heb meedelen dat de verkoop niet kon doorgaan omdat er geen goedkeuring door de gemeenteraad van Deurne werd verleend.<ref>RHCe toegang 13180 Gemeentearchief Deurne inv.nr. 19/15 Uitgaande brieven van de burgemeester, brief 1866 van 28 december 1877</ref>
 
Kort nadat het kanaal in gebruik was genomen, kwamen er problemen met de diepgang van het kanaal. Een schip met een diepgang van 5 voet en 2 duim kon er niet op omdat er slechts een diepgang van 4½ voet (dit is 1.35 meter) was. De burgemeester beklaagde zich daarover in april 1878 bij ingenieur Musquetier , Hij meende dat het kanaal daardoor in diskrediet werd gebracht en verzocht om afdoende maatregelen. Hij vroeg Musquetier of het mogelijk was om het waterpeil in de Noordervaart zodanig te verhogen dat de belemmering voor de scheepvaart werd opgeheven.<ref>RHCe toegang 13180 Gemeentearchief Deurne inv.nr. 19/15 Uitgaande brieven van de burgemeester, brief 1911 van 6 april 1878</ref>
 
Er zijn enkele cijfers bekend over de intensiteit waarmee het kanaal in de beginperiode bevaren werd. Zo voeren in het eerste kwartaal 1878 slechts 21 schepen met 912 ton inhoud het kanaal op en 20 schepen met 822 ton het kanaal af.<ref>RHCe toegang 13180 Gemeentearchief Deurne inv.nr. 19/15 Uitgaande brieven van de burgemeester, brief 1913 van 12 april 1878</ref>  In de loop va 1880 werd het kanaal 1.675 meter verlengd tot een totale lengte van 12.102 meter, waarvan 4.787 meter op Limburgs grondgebied. Op Deurnese grondgebied lag eind 1880 dus ruim 7,3 kilometer kanaal en het liep toen dus nog niet tot aan de knik op het [[Leegveld]]. In 1880 werd door de gemeente Deurne 556.392 ton turf afgevoerd terwijl in dat jaar 292 schepen op- en afvoeren met 21.806 scheepston inhoud.<ref>RHCe toegang 13180 Gemeentearchief Deurne inv.nr. 19/16 Uitgaande brieven van de burgemeester, brief 205 van 24 december 1880</ref>


24-1-1883 No 2 Nieuws van de Week Ook in de Zuid-Willemsvaart
Er was grote rivaliteit tussen [[Jan van de Griendt|Van de Griendt]] van de [[Maatschappij Helenaveen]] en het gemeentelijk veenbedrijf van Deurne. Van de Griendt weigerde zijn eigen kanaal (de Helenavaart) in medegebruik te geven en dwong de gemeente daardoor zelf een nieuw kanaal te graven, het Kanaal van Deurne. Aan die geschiedenis dankt de Peel zowel de zogenaamde [[bajonetbocht]] als de opmerkelijke aanwezigheid van twee parallelle kanalen.
Volgens gehouden aantekeningen zijn het Deurnenes kanaal in 1882 op en af gevaren
In 1882 kwam 223 schepen met een inhoud van 17.515 ton tegen 244 schepen met een inhoud van 18.717 ton in 1881. De vermindering ten opzichte van het voorafgaande jaar werd toegeschreven aan het gebrek aan droge turf ten gevolge van de natte zomer.<ref>Zie Delpher: [https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMRHCE01:000036681:mpeg21:p002 ''De Zuid-Willemsvaart'' van 24 januari 1883]</ref>


== Wateraanvoer ==
== Wateraanvoer ==
Regel 103: Regel 74:
Veel bovenlopen van talrijke beken in de uitgestrekte, verdroogde landbouwgebieden in de noordelijke Peel worden daarmee in de zomer van water voorzien. Dat betreft de [[Astense Aa]], de [[Vlier]] en de [[Oude Aa]] aan het Kanaal van Deurne zelf en nog meer beken aan het Defensiekanaal. Consequenties van wateraanvoer zijn en tegennatuurlijk peilbeheer (hoog water in de zomer, laag peil in de winter) en een grote hoeveelheid voedingsstoffen op bovenloopjes die van nature juist relatief voedselarm waren.
Veel bovenlopen van talrijke beken in de uitgestrekte, verdroogde landbouwgebieden in de noordelijke Peel worden daarmee in de zomer van water voorzien. Dat betreft de [[Astense Aa]], de [[Vlier]] en de [[Oude Aa]] aan het Kanaal van Deurne zelf en nog meer beken aan het Defensiekanaal. Consequenties van wateraanvoer zijn en tegennatuurlijk peilbeheer (hoog water in de zomer, laag peil in de winter) en een grote hoeveelheid voedingsstoffen op bovenloopjes die van nature juist relatief voedselarm waren.


==Bruggen==
== Natuur ==
Over de totale lengte waren er acht bruggen: De eerste brug lag al op 34 meter van de Noordervaart. De tweede brug lag 205 meter van de Noordervaart in de weg Meijel-Helden. Hier liggen op een afstand van nog geen 100 meter de Helenavaart en Kanaal van Deurne parallel naast elkaar als een teken van strijd in de vorige eeuw. De derde brug lag op 4900 meter van het begin aan de Zwaai. De vierde brug, de [[Neerkantse hoge brug]], lag op 6525 meter van het begin in de weg [[Neerkant]]-Helenaveen. De vijfde brug, de [[Helenaveense hoge brug]] bij [[Johan Bruggenwert (1868-1947)|opzichter Brüggenwirth]] van het [[Gemeentelijk Veenbedrijf|Deurnese veenderijbedrijf]], lag op 8.225 meter van het begin in de weg [[Liessel]]-Helenaveen. De zesde brug op 9300 meter bij de [[Soeloop]]. De zevende brug op 11110 meter aan de Liesselse wijk. De achtste brug op 13.000 meter bij de [[Mussenkeet]]. Bij de halte in Helenaveen werd in 1915 een tijdelijke smalspoorbrug aangelegd voor het transport van materialen voor de verharding van de weg Deurne-Venray in 1916.
 
== Natuur en recreatie ==
Het kalkrijke water in het kanaal brengt met zich mee dat men in het water en aan de oever veel soorten vindt die voedsel- en kalkrijke wateren begeleiden, zoals gele lis, riet en brandnetel. Langs de bovenloop van de Astense Aa treft men zelfs de zwanenbloem aan. De typische boomsoort langs het kanaal is de zwarte els, terwijl in de zuur gebleven Peelgebieden de berk overheerst. Het kanaal is vanwege zijn ligging in de [[Deurnese Peel]], maar ook vanwege zijn eigen hydrobiologische betekenis, aangewezen als deel van het beschermd natuurmonument de Deurnese Peel.  
Het kalkrijke water in het kanaal brengt met zich mee dat men in het water en aan de oever veel soorten vindt die voedsel- en kalkrijke wateren begeleiden, zoals gele lis, riet en brandnetel. Langs de bovenloop van de Astense Aa treft men zelfs de zwanenbloem aan. De typische boomsoort langs het kanaal is de zwarte els, terwijl in de zuur gebleven Peelgebieden de berk overheerst. Het kanaal is vanwege zijn ligging in de [[Deurnese Peel]], maar ook vanwege zijn eigen hydrobiologische betekenis, aangewezen als deel van het beschermd natuurmonument de Deurnese Peel.  


Het water is visrijk, het trekt veel libellen en wordt druk bezocht door de ijsvogel. Merkwaardig is de krabbenscheer, die zich na jarenlange afwezigheid soms plotseling massaal laat zien.  
Het water is visrijk, het trekt veel libellen en wordt druk bezocht door de ijsvogel. Merkwaardig is de Krabbenscheer, die zich na jarenlange afwezigheid soms plotseling massaal laat zien.  


Op de strook grond tussen de beide peelkanalen, die vroeger van de gemeente Deurne was en in 1993 weer werd overgedragen aan de gemeente Meijel, is ten behoeve van het toerisme een camping gevestigd.  
==Bruggen==
Over de totale lengte waren er acht bruggen: De eerste brug lag al op 34 meter van de Noordervaart. De tweede brug lag 205 meter van de Noordervaart in de weg Meijel-Helden. Hier liggen op een afstand van nog geen 100 meter de Helenavaart en Kanaal van Deurne parallel naast elkaar als een teken van strijd in de vorige eeuw. De derde brug lag op 4900 meter van het begin aan de Zwaai. De vierde brug, de [[Neerkantse hoge brug]], lag op 6525 meter van het begin in de weg [[Neerkant]]-Helenaveen. De vijfde brug, de [[Helenaveense hoge brug]] bij [[Johan Bruggenwert (1868-1947)|opzichter Brüggenwirth]] van het [[Gemeentelijk Veenbedrijf|Deurnese veenderijbedrijf]], lag op 8225 meter van het begin in de weg [[Liessel]]-Helenaveen. De zesde brug op 9300 meter bij de [[Soeloop]]. De zevende brug op 11110 meter aan de Liesselse wijk. De achtste brug op 13.000 meter bij de [[Mussenkeet]]. Bij de halte in Helenaveen werd in 1915 een tijdelijke smalspoorbrug aangelegd voor het transport van materialen voor de verharding van de weg Deurne-Venray in 1916.


In 1995 verscheen in een beperkte oplage van 200 exemplaren een door de gemeente Deurne uitgegeven brochure, getiteld ''[[Er was eens...]]'' met een sprookje, verteld door Ernst Jansz, verbeeld door [[Henk Kneepkens]] en geïnspireerd op de natuur van de Peel en de merkwaardige geschiedenis van het Kanaal van Deurne.
== Recreatie ==
Aan de gehele westelijke zijde van het kanaal loopt een onverhard jaagpad zodat er overal gewandeld kan worden. Doorgaand gemotoriseerd verkeer is er niet meer mogelijk, verder lopen er geen wandelroutes. Het jaagpad aan het begin van het kanaal is verhard en maakt deel uit van de fietsknooppunt route. Het kanaal heeft zodoende vooral veel te bieden aan de bewuste stiltezoeker. Op de strook grond tussen de beide peelkanalen, die vroeger van de gemeente Deurne was, is ten behoeve van het toerisme een camping gevestigd.


==Geplande verlenging==
==Geplande verlenging==
De gemeentebesturen van Deurne en Liessel en Venray maakten begin twintigste eeuw een plan en besloten reeds in beginsel tot het graven van een kanaal van Deurne naar Venray. Het ingenieursbureau voor afwateringsbelangen en openbare werken te ’s-Gravenhage had het plan, dat aanvankelijk veel kans van slagen leek te hebben, op papier gezet. Volgens dat ontwerp begon dit kanaal bij het eindpunt van het bestaande Deurnes kanaal ter hoogte van de [[spoorweg]] Venlo-Eindhoven en zou verderop via twee vertakkingen naar de bebouwde kom van Deurne en van Venray lopen. Het kanaal zou in totaal 17 km lang worden en geschikt zijn voor schepen van maximaal 300 ton. De haven in Deurne was nabij het [[Groot Kasteel]] gepland, die van Venray nabij de Kemp. De kosten werden beraamd op 960.000 gulden. <ref>Zie Delpher:  ''[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010234163:mpeg21:p002' Nieuw Tilburgse Courant'' van 17 april 1924]'' en ''[https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010009142:mpeg21:p002' Het Vaderland van 22 juni 1924]''.</ref>
De gemeentebesturen van [[gemeente Deurne en Liessel|Deurne en Liessel]] en Venray hadden begin twintigste eeuw een plan gemaakt en in beginsel reeds besloten tot het graven van een kanaal van Deurne naar Venray. Het ingenieursbureau voor afwateringsbelangen en openbare werken te ’s-Gravenhage had het plan, dat aanvankelijk veel kans van slagen leek te hebben, op papier gezet. Volgens dat ontwerp begon dit kanaal bij het eindpunt van het bestaande Deurnes kanaal ter hoogte van de [[spoorweg]] Venlo-Eindhoven en zou verderop via twee vertakkingen naar de bebouwde kom van Deurne en van Venray lopen. Het kanaal zou in totaal 17 km lang worden en geschikt zijn voor schepen van maximaal 300 ton. De haven in Deurne was nabij het [[Groot Kasteel]] gepland, die van Venray nabij de Kemp. De kosten werden beraamd op 960.000 gulden. <ref>''Nieuw Tilburgse Courant'' van 17 april 1924 en ''Het Vaderland, staat- en letterkundig nieuwsblad'' van 22 juni 1924.</ref>


==Consolidatie en onderhoud==
==Consolidatie en onderhoud==
Al uw bijdragen aan DeurneWiki kunnen bewerkt, gewijzigd of verwijderd worden door andere gebruikers. Als u niet wilt dat uw teksten rigoureus aangepast worden door anderen, plaats ze hier dan niet.
U belooft ook dat u de oorspronkelijke auteur bent van dit materiaal of dat u het hebt gekopieerd uit een bron in het publieke domein of een soortgelijke vrije bron (zie DeurneWiki:Auteursrechten voor details). Gebruik geen materiaal dat beschermd wordt door auteursrecht, tenzij u daarvoor toestemming hebt!

Om de wiki te beschermen tegen geautomatiseerde bewerkingsspam vragen wij u vriendelijk de volgende CAPTCHA op te lossen:

Annuleren Hulp bij bewerken (opent in een nieuw venster)