Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Arnoldus Jacobs (1810-1860)
| Arnoldus Jacobs | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Arnoldus Jacobs | |
| Geboorteplaats | Vlierden | |
| Doopdatum | 2 mei 1810 | |
| Overl.plaats | Deurne | |
| Overl.datum | 14 juli 1860 | |
| Partner(s) | Henrica Croijmans (1807-1895) | |
| Beroep(en) | landbouwer | |
| Gedachtenisprent | NBA vrouw | |
De in Vlierden geboren landbouwer Arnoldus Jacobs (1810-1860) woonde en werkte in Bakel, maar zijn kinderen keerden merendeels terug naar Vlierden of Deurne.
Hij was een zoon van Arnoldus Dirckx (1770-1855) en Henrica Aerts (1775-1858).
Hij huwde op 2 mei 1835 in Bakel met Henrica Croijmans, (Bakel 7 augustus 1807 - Vlierden 12 april 1895), dochter van Petrus Croijmans (1771-1844) en Maria Peters (1768-1834).
De volgende kinderen werden uit dit huwelijk geboren:
- Martinus, (Bakel 20 april 1836 - Deurne 8 februari 1920). Hij huwde (1) met Petronella Adriaans (1841-1868) en (2) met Antonetta Lintermans (1834-1903).
- Henrica, (Bakel 2 oktober 1838 - Vlierden 29 maart 1900). Zij huwde met Godefridus Lammers (1829-1914).
- Petronella (zuster Egidia), (Bakel 27 oktober 1840 - Oisterwijk 21 maart 1883). Ze trad in het klooster.
- Antonetta (Antonia, zuster Paula), (Bakel 7 juli 1842 - 's-Hertogenbosch 9 maart 1896). Ze trad in het klooster.
- Johannes, (Bakel 19 oktober 1844 - Vlierden 11 april 1900). Hij huwde met Maria Antonia van den Boomen (1847-1880).
- Henricus (Hendrikus), (Bakel 6 april 1847 - Bakel 30 april 1849).
- Hendrikus, (Bakel 29 augustus 1849 - Vlierden 9 mei 1919). Hij huwde met Maria Hijligers (1855-1929).
In 1826 werkte hij als 16-jarige schaapsherder bij de weduwe van Gerrit Kanters in Bakel op de Rijpelberg. Op 27 december van dat jaar ontmoette hij tijdens het weiden van zijn schapen rond drie uur 's middags op de Dakworm onder Bakel de 15-jarige schaapsherder Joost Martens uit Milheeze, die als knecht werkte bij de weduwe van Hendrik Kuunders op de Kuundert en daar ook zijn schapen aan het weiden was. Ze kregen daarover ruzie en gebruikten hun herdersschopje om elkaar te slaan. Op een gegeven moment trok Arnoldus Jacobs zijn mes en sneed daarmee zijn tegenstander door de linkerzijde van diens gezicht. De gealarmeerde vader Martens kwam vanuit Milheeze naar de Kuundert en bracht zijn gewonde zoon ter behandeling naar de Helmondse heelmeester Konings. Toen vader Jan Peter Martens de volgende dag over het gebeurde onder ede een verklaring aflegde bij de burgemeester van Bakel was zijn zoon nog steeds in Helmond onder behandeling bij dokter Konings.[1]
Bronnen, noten en/of referenties
|