Rabo-clubsupport leverde dit jaar 765,88 euro op. Allen die op ons stemden hartelijk dank! Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis |
Arnoldus van de Mortel (1836-1918)
| Arnoldus van de Mortel | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Arnoldus van de Mortel | |
| Geboorteplaats | Lierop | |
| Geboortedatum | 27 januari 1836 | |
| Overl.plaats | Asten | |
| Overl.datum | 22 april 1918 | |
| Partner(s) | Hendrica Verberne (1846-1920) | |
| Beroep(en) | landbouwer | |
Arnoldus van de Mortel (1836-1918) was landbouwer in Mierlo en vanaf 1884 op een pachtboerderij op de Baarschot in Vlierden.
Arnoldus was een zoon van Petrus van de Mortel (1805-1866) uit diens eerste huwelijk met Aldegundis Gruijters (1809-1840).
Hij huwde op 4 februari 1880 in Mierlo met Hendrica Verberne, (Asten 29 april 1846 - Asten 4 februari 1920), dochter van Petrus Verberne (1818-1877) en Elisabeth Leenders (1820-1884).
De volgende kinderen werden uit dit huwelijk geboren:
- Petrus Joannes, (Mierlo 9 oktober 1881 - Mierlo 2 december 1883).
- Antonius, (Mierlo 10 juni 1883 - Asten-Heusden 27 december 1963). Hij huwde met Maria Catharina Haazen (1890).
- Elisabeth, (Vlierden 11 juli 1884 - Asten 10 oktober 1964). Zij huwde met Wilhelmus Berkers (1884-1933).
- Peter, (Vlierden 7 augustus 1885 - Vlierden 11 oktober 1889).
- Petronella, (Vlierden 26 november 1886 - Mierlo 7 oktober 1963). Zij huwde op 16 februari 1914 in Asten met Martinus Lambertus Thomassen (Tongelre 1884-1963 Mierlo).
Terwijl hij als pachtboer in Vlierden woonde, bezat hij, mogelijk uit een erfenis, onroerend goed in Mierlo want op 25 juli 1884 liet hij daar veldvruchten verkopen, hetgeen hem 340,25 gulden opbracht.
Op 21 maart 1885 vond een boedelscheiding plaats van de nagelaten goederen van zijn schoonouders. Ofschoon de nalatenschap met negen zwagers en schoonzussen gedeeld moest worden, leverde hem dat toch nog 125 gulden op.
Op maandag 16 december 1889 liet hij door notaris Van Riet de volgende zaken op de Baarschot publiek verkopen: een beste tienjarig merrie, vier gevende en dragende koeien, drie dragende malen, een maal en een stierkalf, een roomkalf van 11 weken oud, een vet varken, de hoge en lage kar, een ploeg en eg, een tob en stand, een trog enz. 10.000 kilo hooi, 2000 kilo roggestro, 35 vimmen ongedorsen haver en erve, 35 vimmen ongedorsen rogge, 1000 droge mutsaards enz.[1]
Hij woonde in Vlierden op adres A.6. Zijn opvolger op de pachtboerderij was Christiaan van den Boomen.
Bronnen, noten en/of referenties
|