U steunt de heemkundekring door lid of vriend te worden.
Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis

Godefridus Beekers (1855-1937)

Uit DeurneWiki, de historische encyclopedie voor groot-Deurne.
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Godefridus Beekers
31.083.jpg
Foto: collectie Ria Honings-Bouwmans
Persoonsinformatie
Volledige naam Godefridus Beekers
Roepnaam Fried
Geboorteplaats Deurne
Geboortedatum 21 augustus 1855
Overl.plaats Deurne
Overl.datum 4 februari 1937
Partner(s) Johanna van de Laar (1857-1940)
Beroep(en) landbouwer, bierhuishouder, rijtuigverhuurder, voerman
Bidprentje NBA man
NBA vrouw
Stamboom.png Beekers
Godefridus Beekers feliciteert het gouden echtpaar Coopmans - Verriet.
Foto: collectie Oudheidkamer
Godefridus Beekers
foto collectie Ria Honings-Bouwmans
Johanna Beekers-van de Laar
foto collectie Ria Honings-Bouwmans

Godefridus (Fried) Beekers (1855-1937)[1] was landbouwer, bierhuishouder, rijtuigverhuurder en voerman in de Stationsstraat 44.


Familie en gezin[bewerken | brontekst bewerken]

Fried was een zoon van Johannes Beekers (1802-1867) en diens tweede vrouw Christina Berkers (1822-1906).

Hij huwde op 21 januari 1880 in Bakel met Johanna van de Laar, (Mierlo 23 september 1857 - Deurne 14 november 1940), dochter van Martinus van de Laar (Bakel 1827-1893 Bakel) en Anna Maria van Meijl (Someren 1830-1906 Bakel).
De foto van het 50-jarig huwelijk; zie beneden op deze pagina.

Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren:

  1. Johannes, (Deurne 26 oktober 1880 - Eindhoven 6 augustus 1960). Hij huwde met Cornelia Petronella Schönis (1886-1960).
  2. Marinus, (Deurne 25 maart 1882 - Deurne 1 februari 1885).
  3. Hendricus, (Deurne 8 augustus 1883 - Deurne 27 februari 1888).
  4. Marinus, (Deurne 4 november 1885 - Eindhoven 29 december 1964). Hij huwde met Adriana Bal (1891).
  5. Cornelis, (Deurne 1 juni 1887 - Bakel 16 april 1965). Hij huwde met Maria Catharina Dijcks (1891-1974).
  6. Martinus, (Deurne 19 mei 1889 - Venlo 2 september 1967). Hij huwde (1) met Johanna Baudewijns (Luyksgestel 1889-1949 Luyksgestel) en (2) met Josephina Meijer.
  7. Catharina, (Deurne 15 juli 1892 - Deurne 8 september 1962). Zij huwde met Willem Wijnands (1883-1971).
  8. Anna, (Deurne 5 augustus 1895 - Hoensbroek 5 september 1976). Zij huwde op 5 februari 1916 in Deurne met Pieter Hendrik Gielkens (Nuth 1893-1974 Hoensbroek).
  9. Petronella, (Deurne 12 juni 1898 - Deurne 29 mei 1989). Zij huwde met Petrus Bouwmans (1892-1969).
  10. Jozef (Sjef), (Deurne 14 februari 1900 - Hoensbroek 1977). Hij huwde met Hendrica Johanna van Diesen (Deurne 1901-1991 Amstenrade).


Turbulent leven[bewerken | brontekst bewerken]

In de herberg van Godefridus Beekers werd herhaaldelijk onroerend goed publiek verkocht.

Op 8 november 1884 werd de voerman Godefridus Beekers op het Hoogeind (bedoeld is waarschijnlijk 't Haageind) te Deurne flink mishandeld en verwond door de 27-jarige boer Piet van Gog, hetgeen de dader acht dagen celstraf kostte.

Dramatisch dieptepunt in het leven van Godefridus Beekers was wel op zondag 1 februari 1883, zoals blijkt uit het volgende krantenbericht:

Te Deurne (N.-B) had Zondag jl. het volgende ongeluk plaats. G. B. ging, na vooraf het vuur flink opgestookt te hebben, in de buurt een praatje houden terwijl hij het huis en een kind dat in de wieg lag, aan de hoede van een 3-jarig meisje overliet. Na verloop van een half uur zond de vader een meisje uit de buurt om eens naar de kinderen te gaan zien. Verschrikkelijk was de ontdekking dat het oudste kind voorover in het vuur was gevallen, terwijl de wieg in brand stond. Op haar geschrei mocht het door toegeschoten hulp gelukken het kind in de wieg nog te redden. Van een en ander is proces-verbaal opgemaakt.[2]

Het was overigens geen meisje, maar zijn zoontje Marinus die bij het ongeluk het leven liet.

Op 20 april 1891 huurde Fried Beekers met zijn gezin het woonhuis in de Stationsstraat A.324 (oude nummering 244c). Hij verzocht en kreeg vergunning om met ingang van 1 mei 1891 sterke drank te verkopen in de kamers links en rechts van de hoofdingang.

Op 16 april 1894 raakte Fried Beekers verwikkeld in een handgemeen met Frans van Baar en Theodorus van der Veer, waarbij zijn slachtoffers gewelddadig door hem worden aangegrepen, heen en weer geslingerd en op de grond gegooid. Daarom kwam hij in het beklaagdenbankje bij de rechtbank in Roermond en moest hij acht dagen gaan zitten.

Twee weken na dit voorval ging op 1 mei 1894 zijn vergunning over op Joseph Vos. Mogelijk is er verband met de ruzie en werd hem zijn vergunning afgenomen. Het opknappen van die acht dagen celstraf kwam Fried bijzonder ongelegen. In Deurne wilde men een nieuw gemeentehuis bouwen en daarvoor moeten de oude huizen van H. Goossens en de weduwe Janssens wijken. Fried had tijdens een publieke veiling geboden op het sloopafval van die huizen en was met f 153,45 koopman gebleven. Hij wilde van dat sloopafval met de hulp van enkele vrienden een "nieuw" boerderijtje gaan bouwen voor zijn inmiddels uit vijf kinderen bestaand gezin. Maar juist nu er zoveel werk aan de winkel was kreeg hij in juli 1894 van de rechter in Roermond te horen dat hij acht dagen de cel in moest. Fried riep de hulp van de burgemeester in om gedaan te krijgen dat het uitzitten van zijn celstraf met een maandje of drie kon worden uitgesteld. Of hij dat uitstel ook gekregen heeft is onbekend, maar waarschijnlijk zijn de bouwplannen wel doorgegaan. In september 1895 nam hij namelijk een hypotheek op van 1250 gulden van Jan en Maria Anna Lenders uit Meijel, waarschijnlijk bedoeld voor de afwerking en inrichting van zijn nieuwe woning aan de Stationsstraat 44 (huidige huisnummering), staande op sectie E nummer 1693, met ruim 18 aren grond.

In 1902 verkocht Beekers een deel van zijn tuin, ongeveer 600 m², aan Harrie Swinkels, die daarna het pand Stationsstraat 42 liet bouwen. Na een publieke veiling op 1 en 8 april 1937 werd Harrie Goossens eigenaar van zijn boerderijtje. Het pand werd door hem gesloopt en op die plek verscheen een nieuw pand.

Op 24 december 1904 verzocht Godefridus Beekers, bierhuishouder te Deurne A.357, verlof voor de verkoop van alcoholhoudende drank, andere dan sterke drank. Tien maanden later, op 24 oktober 1905, werd de gevraagde vergunning door B en W verleend.

Op 23 september 1906 werden Fried Beekers en zijn broer Johannes slachtoffer van een vechtpartij met Bert Timmers, d'n Boekelse Bert. Fried werd door Bert in zijn gezicht gekrabd en de dader moest tien dagen gaan zitten.

Het jaar daarop moest Fried Beekers zich gaan verantwoorden voor de rechtbank in Roermond. In de avond van 13 mei 1907 kreeg hij, onder invloed van sterke drank, ruzie met de dienstdoende wachtmeester van de marechaussee en beledigt hem met de woorden: Leelijke smeerlappen, beroerdelingen en leelijke verekkelingen.

Men leerde Fried Beekers langzamerhand kennen in Roermond. In 1909 moest hij voor de rechter verschijnen omdat hij verzuimd had paardenbelasting te betalen. Hij werd namelijk aangehouden toen hij met zijn zoon naar Helmond reed, terwijl hij voor zijn rijtuig en paard wel zakelijke maar geen privéritten mocht maken. Hij vertelde tegen de rechter dat zijn zoon hem een gulden had betaald om hem naar Helmond te brengen. Hij zou dit ook verteld hebben tegen de commies van de rijksbelastingen die hem arresteerde. Deze verklaart echter onder ede voor de rechtbank dat dit niet waar was. De rechter geloofde de commies en gaf Fried opnieuw acht dagen celstraf of acht gulden boete.

Enkele weken later ontmoette Fried Beekers opnieuw de verbaliserende commies in de herberg van Jacob Goossens en beschuldigde hem ten aanhore van vele cafébezoekers van het plegen van meineed. De commies maakte van dit gebeuren opnieuw een proces-verbaal op en weer moest Fried naar Roermond. Deze keer veroordeelde de rechter hem tot vijftien gulden of vijftien dagen zitten.

Op 29 oktober 1910 kregen de 26-jarige Willem Wijnands en de 28-jarige Antonius van Veggel, twee Deurnese veenarbeiders, drie gulden boete omdat ze geweigerd hadden na sluitingstijd de herberg van Fried Beekers te verlaten.

Toen in 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbrak kwam er een enorme stroom vluchtelingen op gang vanuit België naar het neutrale Nederland. Fried Beekers herbergde ook een Belgische vluchtelinge, misschien ver weg nog familie van hem. Het was de 32-jarige Anna Maria van Eijk, echtgenote van J.J. Moens uit Antwerpen. Haar elfjarige zoontje Petrus Joannes Moens, genaamd Pierre, was tijdens de vlucht verloren geraakt. Ook was zij op zoek naar haar man die als soldaat was ingedeeld bij het 9e linieregiment forteresse 5.4, en naar Helena Beekers, de weduwe Van Eijk uit Antwerpen.

In januari 1916 werd door Cor Roffelsen een rapport opgemaakt, waaruit onder meer bleek wat de afmetingen van de herberg waren. Het lokaal lag aan de Stationsstraat, links van het gebouw en was onmiddellijk door de hoofdingang te bereiken. Het had een oppervlakte van 22,27 m². De gemiddelde hoogte van de lokalen was 2,805 m. Tenminste een wand van het lokaal was over de volle lengte buitenwand. Het lokaal had één buitenwand aan de zijde van de openbare weg, die gedeeltelijk uit lichtramen bestond. De totale glasoppervlakte van de ramen was 4,125 m². De gezamenlijke oppervlakte van het beweegbare bovengedeelte der lichtramen, waardoor buitenlucht kon worden binnengelaten, was 1,12 m².

Toen in 1930 het Sint Antonius-Abtgilde uit zijn slapende toestand werd gehaald bleek dat Fried Beekers al die jaren de oude bezittingen zoals het koningszilver, de pieken en de wandelstokjes zorgvuldig heeft bewaard. Waarschijnlijk waren hij en/of zijn voorouders vroeger lid van dat gilde geweest en had het gilde daar ook stamhuis gehad.

Het 50-jarig huwelijk van Godefridus en Johanna Beekers-van de Laar op 21 januari 1930.
foto collectie Ria Honings-Bouwmans

Voor de genummerde foto met namen zie Bestand:32.400 a.jpg
Bronnen, noten en/of referenties
  1. Op zijn bidprentje staat zijn geboortejaar foutief als 1856, dit moet volgens de geboorteakte 1855 zijn.
  2. Artikel de Haagsche courant van 5 februari 1885