Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Antonie Jan Gallé (1766-1792)
| Antonie Jan Gallé | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Antonie Jan Gallé | |
| Geboorteplaats | Elmina (Afrika) | |
| Geboortedatum | 22 juni 1766 | |
| Overl.plaats | Venlo | |
| Overl.datum | 27 januari 1792 | |
| Partner(s) | ongehuwd | |
Antonie Jan Gallé (1766-1792) was schepen van Vlierden.
Hij werd in de Afrikaanse vestingstad Elmina, in het tegenwoordige Ghana, geboren als zoon van Gillis Servaas Gallé en J. Plangé. Zijn vader was daar gouverneur-generaal van 15 maart 1784 tot 14 februari 1785 en van 2 juni 1786 tot 24 augustus 1787.
Toen Antonie Jan Gallé tien jaar oud was werd hij in 1776 door zijn vader naar Nederland gestuurd. Hier werd hij opgevangen door Sluijter die in Rotterdam woonde. Deze liet de jongen opvoeden door de Kralingse schoolmeester. Zijn oom Charles Jean Gallé, die predikant was bij de Waalse gemeente en professor te 's-Hertogenbosch, stuurde hem in 1782 naar de Vlierdense schoolmeester Antonie Ramaer. Op oudejaarsdag 1785, Antonie Jan Gallé was toen 19 jaar oud, werd hij samen met Huibert Coolen en Willem Verdeuseldonk, beëdigd tot schepen van Vlierden. Naast schepen was hij ook loco-secretaris van Vlierden.
In 1788 werd hij diaken van de protestantse gemeente Deurne en Vlierden. Na het overlijden van zijn vader schreven zijn moeder en zusters hem vanuit Elmina dat zij hem daar graag zouden terugzien; de brief werd echter beëindigd met de woorden: Edog waerde, indien UEd het buiten de kust kunt stellen raade ik UEd niet hier te komen want ronduit gezegd het is niet als 't tevoren was.
In het najaar van 1788 stimuleerde zijn oom Charles Jean zijn terugkeer naar Afrika door voor hem naar een betrekking aan de Guineese kust te solliciteren. In een brief van 16 januari 1789 schreef oom Charles Jean hem dat zijn vader hem volstrekt onvoldoende middelen heeft nagelaten om als een heer van stand van de rente-inkomsten te kunnen leven en dwong hem min of meer om terug te keren naar Afrika.
Later in dat jaar, hij was inmiddels 23 jaar, wilde hij precies weten hoeveel zijn vader hem had nagelaten om zelf te kunnen bepalen of het wel noodzakelijk is dat hij terugkeerde naar de Afrikaanse kust. Zijn oom, die tevens zijn voogd was, weigerde hem echter inzage in de nalatenschap van zijn vader te geven. Hij wendde zich toen tot de Raad van Brabant met het verzoek om hem opening van zaken te geven.
Hij overleed ongehuwd op 25-jarige leeftijd in januari 1792 in Venlo. Toen op 27 februari 1792 door de Vlierdense schepenen een inventaris van zijn nagelaten goederen werd opgemaakt bleek de totaalwaarde van zijn bezittingen maar liefst 13.650 gulden te zijn![1]
Bronnen, noten en/of referenties
|
| Bronnen, noten en/of referenties |