Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Heibergweg 1
Heibergweg 1 | ||
Locatie | ||
adres | Heibergweg 1 | |
wijk | Achterste Beersdonk | |
plaats | Vlierden-Brouwhuis | |
1921-1954 | V.99 B.7, B.6a | |
1908-1921 | B.7 | |
1890-1908 | B.7 | |
1880-1890 | B.7 | |
1869-1879 | B.7 |
Heibergweg 1 is een adres op de Achterste Beersdonk in Vlierdens Brouwhuis.
Voorgeschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]
Van Bree, Van de Cruys en Roijackers (1721-1788)[bewerken | brontekst bewerken]
De geschiedenis van Heibergweg 1 gaat minstens drie eeuwen terug. De voorganger van de huidige boerderij lag wat verder naar het zuidwesten in de landerijen. Vermoedelijk hebben we te maken met huis 62 uit de huizenlijsten van Vlierden. In 1736 bezat en bewoonde Jan Jansen van Bree de boerderij. In 1776 was Willem van Bree de bewoner, en in 1781 was hij samen met Mattijs Jans van Bree de eigenaar. Jan Aert Roijackers bezat de boerderij in 1786. In 1791 bewoonde en bezat Peter Berckers het huis.[1]
Jan, zoon van Jan van Bree kocht deze boerderij op 5 februari 1732 van François van de Cruys, inwoner van Asten. Het betreft een huis, schuur en aangelag, gelegen op de Beersdonck, groot 10 lopense, aan de ene zijde grenzend aan het bezit van Jan Mooren en aan de andere zijde aan dat van Jan Tonis. Verder grenste het aan de gemene gronden en aan de Aa. Uiteraard hoorden er de nodige percelen land bij. Interessant is de belending van een perceel op de Langenacker: eenen weg streckende van deen zijde Jan Tonis tot den anderen eijnde op erve de Hoogbeersdonck sijnde een heyhorst. Kennelijk stond de boerderij Heitveldweg 9 ook wel bekend als de 'Hoogbeersdonck'. Deels was het bezit Van de Cruys aangekomen van zijn ouders, deels door koop van Francis van Heugten. De koopprijs bedroeg 125 gulden.[2] Op 30 mei 1723 verkocht Francis van Heugten een vierde part van goederen op de Beersdonk, zoals die op dat moment gebruikt werden door Reijnder Matijs Coolen, aan Franciscus van de Cruys. Van de Cruys bezat de rest al.[3] Van Heugten had dit kwart op zijn beurt weer op 11 augustus 1721 gekocht van Lijsken Jan Peteren Jansse, weduwe van Hendrick Jacobs Boogaerts, inwoonster van Asten. Zij had het eertijds gekocht van Anthonis Joseph Verdeuseldonck (ca 1640 - 1720). Coolen was ook toen al de pachter.[4]
De ouders van de Astense pastoor Franciscus van de Cruijs waren Antonius van de Cruijs (ca 1636 - voor 1687) en Maria Verrijt. Hun nagelaten goederen werden op 21 januari 1708 te Asten verdeeld. Franciscus kreeg het huis en aangelag, land en groes op de Beersdonck te Vlierden, alles voor 3/4, bij deze boedeldeling. Het andere 1/4 behoorde toe aan Elisabet weduwe Hendrick Bogaerts. Antonis Jan Peters was de gebruiker.[5] Op 10 oktober 1704 hadden zij ook al eens gedeeld.[6] Anthonis Joseph Verdeuseldonck was overigens gehuwd met de tante van Franciscus; zo zal het 1/4 los van de rest zijn geraakt (evenwel niet pas bij de boedeldeling, maar eerder). De boerderij was daarvóór afkomstig uit de familie Verrijt, want op 17 oktober 1687 kwam aan de kinderen van Antony van de Cruys hun gedeelte toe van hun oom Peeter Aert Fransen Verrijt. Het andere deel ging aan Verdeuseldonck. Matijs Lammerts bewoonde toen de boerderij. Op dit moment is de splitsing over beide families dus ontstaan.[7] Pachter Matijs legde in deze periode nog een verklaring af: Mathijs Lamberts, 40 jaar en Willemke Fransen de Groot, 42 jaar, zijn vrouw, beide wonende te Asten, verklaren ter instantie van Antony Josephs ”Verdijsteldonck• (= Verdeuseldonck) dat zij, deponenten, nu, omtrent vier à vijf jaar geleden, toen zij op de Beersdonck woonden, gezien hebben dat Willem Claesen de Snijder, in die tijd vorster te Vlierden heeft "gescut" de beesten van Jacob Jacobs van den Bogaert en Dirck Adriaensen, beiden wonende op den Beersdonck in de beemden of in de Weert op den Beersdonck. De vorster heeft de "gescutte" beesten gedreven tot op de gemeente-hei over den Helmontse pat, naast de zijde van Vlierden. Daarmee bezig zijnde, zijn gekomen Dirck Adriaensen en Elisabet, de vrouw van Hendrick Jacobs die de beesten weer terug gedreven hebben. Enz. enz. [8]
- Opmerkelijk is dat Van Bree in 1733 een tweede boerderij op de Beersdonk kocht, zijnde huys, schuer en aengelagh op de Beersdoonck, en een perceel dicht bij het huis grensde aan land van Mevrouwe Ravenschot, de eigenaresse van Heitveldweg 9. Hij kocht de boerderij van Petrus van Tricht (1667-1735), burger van Helmond, die het weer van zijn ouders had gekregen.[9] Ook kocht Jan op 2 februari 1748 een huyske met den schob en aangelag daar aan gehoorende soo teul- als groeslandt, groot et samen circa 6 lop. gelegen te Vlierden ter plaatse genaamd de Beersing, dat grensde aan zijn eigen bezit.[10]
- Jan Jansen van Bree bezat in 1736 slechts één boerderij op de Beersdonk.[11] Had hij één van beide boerderijen direct weer van de hand gedaan? Mogelijk was dat die van Van Tricht, zoals we hieronder zullen zien.
Duidelijk is namelijk, dat Jan Jansz. van Bree, wonend te Mierlo en weduwnaar van Maria Huijbers, in 1778 afstand deed van het tochtrecht ten behoeve van zijn kinderen, op voorwaarde dat zijn zoon Willem hem jaarlijks 60 Carolusguldens zal betalen. Genoemd worden daarbij een huys, schuur en stallinge en hoff, alhier op de Beersdonk met een groot aantal percelen land.[12] Het gaat hierbij om de hiervoor als eerste genoemde boerderij die afkomstig was van Van de Cruys. Matthijs van Bree verkocht op 31 maart 1783 zijn 1/6e deel in het huis met land op de Beersdonk aan zijn broer Willem van Bree, die het andere 5/6e deel bezat.[13]
Kennelijk kwam het geheel toch weer bij Willem terug, want op 9 juni 1786 verkocht hij een huys, schuur, stallinge, bakhuys en aangelag, gestaan en gelegen op de Beersdonk rondom de volgende parcelen met het bijbehorende land aan Jan Aart Roijackers.[14] Die verkocht het geheel op 12 november 1788 aan Peter Berkers. Het werd toen al bewoond en gehuurd door Hendrik Verhoeven.[15]
Van der Putten en Van Kessel c.a. (1805-heden)[bewerken | brontekst bewerken]
In 1832 werd deze boerderij kadastraal aangeduid als A 511, en was deze net als Heibergweg 5 eigendom van Francisca Roijakkers (1777-1863), weduwe van Wilhelmus van der Putten (1769-1823). Dit echtpaar kwam vermoedelijk tussen 1805 en 1807 in Vlierden wonen; Francisca was een dochter van bovengenoemde Jan Aart. Mogelijk kochten zij de boerderij van Berkers. Vruchtgebruikers in die vroege periode waren Johannes van Geffen c.s. te Asten. In dienstjaar 1866 werd haar nalatenschap van bijna 21 hectare door haar erfgenamen verdeeld. Dat waren schoonzoon Joost van de Weijer en zoon Jacobus van der Putten. Het erf met huis ging naar de laatstgenoemde.[16]
Bij de invoering van het bevolkingsregister in 1869 had het huis adres Beersdonk B.7. Hoofdbewoner was de nieuwe eigenaar Jacobus van der Putten (1812-1897), zoon van de vroegere eigenaresse. Toen hij het bedrijf erfde, was zijn deel bijna 12 hectare groot. Hij breidde dat naar ruim 15 hectare uit. Inmiddels was het huis kadastraal bekend als A 870.[17] Jacobus vertrok met zijn gezin op 9 januari 1873 naar Deurne. Zijn plaats werd ingenomen door Wilhelmus Vermulst (1832-1908) met zijn gezin, die op dezelfde dag de boerderij betrokken en uit Mierlo afkomstig waren. Op 1 mei 1880 vertrokken ze weer, naar Aarle-Rixtel. Twee weken later betrok Wilhelmus van der Putten (1844-1918) met zijn gezin het huis. Van der Putten vertrok met zijn familie op 9 april 1885 naar Deurne. Al die tijd was het huis nog eigendom van Jacobus van der Putten.[18]
Of daarna de boerderij daadwerkelijk drie jaar leeg stond is niet helder, maar op 22 februari 1888 werd Johanna Maria Verberne (1833-1911), de weduwe van Hendrik van Kessel, de hoofdbewoonster van B.7. Terwijl zij het erf huurde, overleed eigenaar Jacobus van der Putten. Hij werd opgevolgd door weduwe Johanna van Heugten voor de helft en, ieder voor 1/8, Johannes en Arnoldus van der Putten, Franciscus van der Putten en Antoon Berkvens. Deze vijf personen verkochten het erf in dienstjaar 1904.[19] Kopers waren familieleden van de huurder: Karel, Antonius, Johannes en Maria van Kessel kochten het bedrijf van 16 hectare.[20]
Op 9 mei 1908 trof de familie Van Kessel op de Beersdonk een zwaar lot:
- Vlierden. - Het gezin van de wed. van Kessel op de Beersdonk werd donderdagmiddag door een droevig ongeval getroffen. Terwijl hare dochter en schoonzoon, die bij haar inwonen, afwezig waren viel hun vierjarig dochtertje in een diepe sloot. Toen men het opmerkte was het reeds te laat en de kleine jammerlijk reeds verdronken. Voorwaar diep treurig voor de ouders en de grootmoeder.[21]
In dienstjaar 1912 werd de boedel gescheiden, waaronder het erf met huis en bijgebouwen. Nieuwe eigenaar werden Lambertus van Heugten (1867-1947) en zijn vrouw Johanna Maria van Kessel (1876-1913). Na de dood van zijn vrouw namen Lambertus en zijn kinderen Wilhelmus, Hendrika en Maria het eigendom over.[22] De familie verliet als hoofdbewoner omstreeks 1924 de oude boerderij ten gunste van een nieuwe op adres B.6a.
Gelijktijdig met de bouw van de nieuwe boerderij betrok Hendrikus van de Ven (1895-1972) met zijn familie op 24 november 1924 een boerderij met adres Beersdonk B.7, later gewijzigd in V.99. In 1930 woonde hij er nog toen de boerderij het nieuwe adres V.99 kreeg en in 1931 woonde hij er met zijn familie volgens het huisbezoekboekje van de Vlierdense pastoor.[23] Merkwaardigerwijs wordt het adres V.99 later gekoppeld aan Heibergweg 3, vermoedelijk een zelfstandig adres binnen de nieuwe boerderij Heibergweg 1 uit 1924. Bewoning van het oude pand wordt besproken in een frase in het artikel ter gelegenheid van de gouden bruiloft:
- Schijnbaar oefende het boerenbedrijf zo'n aantrekkingskracht uit, dat het echtpaar uit Helmond vertrok, toen het een boerderij op de Beersdonk (Brouwhuis Vlierden) kon pachten. In 1939 kocht v.d. Ven een boerderij in Vlierden aan Brouwhuisweg no. 25, waar het gouden paar nu nog woont.
In 1939 verruilde Van de Ven de boerderij aan de Heibergweg voor een boerderij op Schooteind V.70.[24] Daarop werd de oude boerderij in dienstjaar 1943 afgebroken.
Nieuwbouw[bewerken | brontekst bewerken]
Het erf van de voormalige langgevelboerderij met het adres Heibergweg 1 is nog betrekkelijk jong. Deze boerderij werd volgens de jaarankers in 1924 gebouwd op een plek waar tot dan toe nog geen bebouwing had gestaan. Sterker nog: op topografische kaarten uit 1901 en 1912 zien we, dat deze hoek nog uit heide met wat opslag van dennen bestond. Het cultuurland begon hier wat verder van de Heibergweg.
De boerderij, kadastraal bekend als B 260 [25], werd gebouwd in opdracht van Lambertus van Heugten (1867-1947), die achtereenvolgens op de adressen Achterste Beersdonk B.7, B.6a en V.98 woonde. Vermoedelijk tekent de wisseling van B.7 naar B.6a de overgang van de oude boerderij naar de nieuwe in 1924; de naastgelegen boerderij Heibergweg 5 was immers B.8. In dienstjaar 1950 werd de boedel van de overleden Lambertus van Heugten verdeeld.[26] Nieuwe eigenaren waren schoonzoon Antonius van Berlo (1904-1974) en diens vrouw Hendrika van Heugten (1906-1990), die het woongedeelte van Heibergweg 1 bewoonden, en Wilhelmus van Heugten (1909-1997), op Heibergweg 3 (zie hierna meer). Antonius was op 6 mei 1935 van Asten naar de Beersdonk gekomen, nadat hij twee dagen eerder met Hendrika was getrouwd. Uit dit huwelijk werden zes kinderen geboren. Hij zal meteen op de boerderij van zijn schoonvader zijn gaan wonen. In dienstjaar 1951 werden de landerijen in de ruilverkaveling ingebracht.[27]
De boerderij werd in 1955 nog altijd bewoond door Antonius van Berlo, en daarna meer dan 30 jaar door Jan van Berlo. De boerderij vormde steeds het middelpunt van een agrarisch bedrijf; er staan enkele grote stallen bij. Nadien werd de boerderij door de volgende generatie bewoond. Sinds 1 januari 1968 ligt de boerderij op Helmonds grondgebied. De langgevelboerderij werd in 2020 gesloopt en vervangen door nieuwbouw met een vergelijkbare vorm.
Dubbele bewoning[bewerken | brontekst bewerken]
In 1955 werd overigens een gedeelte van de boerderij bewoond door Antonius' zwager Wilhelmus van Heugten (1909-1997), waarvoor zijn zus Hendrika de zorg had.[28] Dit gedeelte kreeg het afzonderlijke huisnummer 3. Doordat de woning, net als bij Heitveldweg 11 en 13, later werd opgeheven, is er sindsdien een gat in de huisnummering tussen Heibergweg 1 en 5. In dienstjaar 1947 was de boerderij in twee woningen gesplitst.[29]
Situering[bewerken | brontekst bewerken]
Bronnen, noten en/of referenties
|