Iedere eerste maandag- en woensdagochtend van de maand van 10 tot 12 uur kunt u ons bezoeken in het heemhuis Vanaf 1 januari 2025 wordt dat Iedere eerste maandagochtend en derde woensdagochtend van de maand. |
Evardus Peters (1737-1813)
| Evardus Peters | ||
| Persoonsinformatie | ||
| Volledige naam | Evardus Peters | |
| Roepnaam | Everard | |
| Geboorteplaats | Helmond | |
| Doopdatum | 30 augustus 1737 | |
| Overl.plaats | Deurne | |
| Overl.datum | 7 december 1813 | |
| Partner(s) | Margaretha van Munster (1731-1808) | |
Evardus (Everard) Peters (1737-1813) alias Ro(o)ija(c/k)kers was landbouwer in Helmond en overleed in Deurne, waar zijn vrouw onroerend goed bezat.
Hij was een zoon van Arnoldus Peters alias Ro(o)ija(c/k)ers of Haenen en Catharina Jansen. Zijn oudste broer was Joannes Peters (1730-1801), in Vlierden beter bekend als Jan Aert Rooijakkers.
Everard huwde op 13 februari 1763 in Helmond met Magarita (Margo) Geven, ook genoemd van Munster, Munsters, Geeven, Berkers en Martens, (Stiphout 16 oktober 1731 - Deurne 16 december 1808), dochter van Joannes Schepers (1707) alias Geven en Joanna Jan Hendrix (1703).
Uit dit huwelijk werden de volgende kinderen geboren:
- Arnoldus, (Helmond 12 december 1763 - Deurne 17 juli 1839). Hij huwde met Catharina Scheepers (1773-1853).
- Joannes, (Helmond 1 februari 1767 - Helmond 11 februari 1767).
- Johannes, (Helmond 15 maart 1768 - Deurne 16 februari 1855). Hij huwde met Beatrix van de Mortel (1778-1842).
- Elisabeth, (Helmond 23 oktober 1770 - Deurne 15 september 1846). Zij huwde met Wilhelmus Keunen (1764-1850).
- Petrus (Pieter), (Helmond 12 december 1772 - Helmond 1 mei 1779).
- Catharina, (Helmond 24 augustus 1775 - Helmond 10 januari 1827). Zij huwde met Joannes Corsten (Bakel 1769-1846 Helmond).
Onroerend bezit[bewerken | brontekst bewerken]
Op 5 september 1804 woonde hij nog in Helmond. Hij machtigde toen voor schepenen van Deurne Michiel van Schaijk om namens hem de koop te effectueren van een huis en de daarbij horende landbouwpercelen, gelegen in Vreekwijk. Op 22 augustus 1804 had zijn zoon Johannes het geheel voor 375 gulden van hem gekocht. Een officiële overdrachtsakte werd in de archieven niet aangetroffen. Mogelijk hangt dat samen met erfrechtelijke problemen. Op 24 mei 1809 verzocht Evert Rooijakkers namelijk om registratie, met permissiebiljet van 14 april 1809, van de goederen van overleden vrouw Margo Geeven, met de erfgenamen of verkrijgers, hij zelf ter tocht en zijne vier kinderen Arnoldus, Johannes, Elisabeth en Catharina ten erfregte (zie tabel).
Bij de volkstelling in 1810 woonde in bij zijn schoonzoon Willem Keunen in Deurne.
Op 12 maart 1814 vond de boedeldeling en -scheiding plaats tussen zijn kinderen. Willem Keunen werd daarbij eigenaar van de onderstaande goederen en moest daarvoor aan zijn zwagers Johannes en Arnoldus Rooijakkers ieder tweehonderd gulden betalen.[1]
Herkomst Margo[bewerken | brontekst bewerken]
De identiteit van Margo was lange tijd met raadselen omgeven. Zij komt in verschillende bronnen voor met de namen Van Munster, Geeven, Munsters en Berkers. Een zekere Margaretha Geven, gedoopt in Deurne in 1730, was aantoonbaar iemand anders. Ook binnen de familie Munsters, ook genoemd Van Munster, komt niemand voor die direct met haar geïdentificeerd kan worden. De doopboeken van Stiphout leverden de oplossing: zeer waarschijnlijk werd zij op 16 oktober 1731 te Stiphout gedoopt als dochter van Joannes Geven en Joanna Jan Hendrix. Haar vader Joannes (Jan) Geven was afkomstig uit Deurne.
Interessant was de naam van de doopmeter van Magarita: Anna Noije. Dat voert ons naar de potentiele herkomst van vader Joannes. Eduardus Scheepers alias Munsters, wel genoemd Gevert Jan, kreeg met Anna Nooijen drie buitenechtelijke kinderen, onder wie Joannes (1707). Mogelijk werd hij naar zijn vader Geven genoemd en was grootmoeder Anna meter van kleindochter Magarita.
Een identificatie via het bezit van Margo was lastig, omdat de koppeling die Meulendijks in zijn studie over het Derp maakte, mogelijk niet klopt. We zien in het artikel over echtgenoot Evardus Peters dat het echtpaar Roijackers-Geven de boerderij in 1804 al bezat, terwijl de koppeling die Meulendijks legde zou betekenen dat een andere familie de boerderij in 1803 al bewoonde. Bovendien geeft hij voor de periode-Roijackers een andere perceeloppervlakte dan voor de vroegere eigenaren. Vermoedelijk is daar dus een foutieve koppeling gelegd.
| goed | grootte | nummer(s) verpondingsboek in 1809 |
waardering bij boedeldeling 1814 |
|---|---|---|---|
| huis, hof en aangelag te Vreekwijk | 6 lopense 16 roeden | 2062, 2063 en 2064 | 300 gulden |
| een perceel land de Langenakker | 1 lopense 44 roeden | 1715 | 30 gulden |
| een perceel groes en land de Nieuwerf | 1 lopense 25 roeden | 1995 | 25 gulden |
| groes in den Donschot | 2 lopense 29 roeden | 2023 en 2024 | 50 gulden |
| groes in de Donschot | 2 lopense 17 roeden | 2041 | 45 gulden |
| groes en heide in de Donschot | 2 lopense 4 roeden | 2053 | 60 gulden |
| land te Vreekwijk de Korte Veldjes | 2 lopense 16 roeden | 2108 | 50 gulden |
| land | 1 lopense 25 roeden | 50 gulden |
Op 12 maart 1814 vond de boedeldeling en -scheiding plaats tussen zijn kinderen.
Bronnen, noten en/of referenties
|